3
Bij punt x wil Mevrouw VLUG opmerken dat zij dit een vrij optimistisch en
rooskleurig schrijven vindt .Zij zou echter toch wel de aandacht van het
college willen vragen voor het idee wat hierin tot uitdrukking wordt ge
bracht. Het lijkt haar namelijk helemaal geen ongezond principe.
De VOORZITTER kan mevrouw Vlug verzeke ren dat dit soort problemen het col
lege voortdurend bezig houden, maar dat oplossingen zeer moeilijk zijn.
Bij punt v mtrkt de heer HELSLOOT op dat hij dit rapport, ondanks dat dat
een hele kluif was, goed gelezen en bestudeerd heeft. Het was erg inte
ressant. Er stonden inderdaad enkele dingen in die, als advies omgeturnd,
volgende maand waarschijnlijk als advies van de democrat is er ings commissie
het college zullen bereiken. Hij wil hierop niet vooruit lopen.
Los daarvan zou hij het college willen vragen, in hoeverre dit rapport en
de adviezen daarin vermeld, het college hebben aangezet om met bepaalde
voorstellen te komen.
De heer DE JAEGER zegt dat men zich zal kunnen herinneren dat hij, toen
destijds het voorstel, om geld voor dit onderzoek ter beschikking te stellen
aan de raad werd voorgelegd, daar toen niet al te hoge verwachtingen van
had. Hij moet thans constateren, dat het hem allemaal nog al is meegevallen.
Hij heeft ook nog niet gehoord dat men met het geld, wat toen is verstrektniet
is uitgekomen.
Hij dacht dat de opdrachtgevers aan dit rapport zeer weinig zouden hebben.
In wezen is het eigenlijk meer een studie-object voor die onderzoekers ge
weest. Op bladzijde 15 staan dan wel heel summier enkele oorzaken.
Dat is hem allemaal wat tegengevallen en ook de suggesties die worden ge
daan.
De heer VAN KAAM wil opmerken, dat het bewuste rapport er dan eindelijk
toch nog is gekomen. Als de heer de Jaeger dan opmerkte, dat men, er, wat
het bedrag betreft, dan toch van schijnt te zijn gekomen wil spreker daar
bij zeggen, dat er niet meer betaald wordt als het bedrag van 5.000.-
wat door de raad aan subsidie werd toegekend. Het eventuele tekort is
dan voor rekening van de hogeschool die aan een paar studenten de gelegen
heid gaf om een scriptie te maken, om zodoende een bepaald diploma te
kunnen behalen. In de raad en in diverse commissievergaderingen is wel eens
meer aan de orde geweest dat door deze gang van zaken niet alleen de wijk,
maar ook een paar jongens werden geholpen om een bepaalde positie te kun
nen verkrijgen.
Als de heer Helsloot vroeg, wat het college nu met dit rapport gaat doen,
kan hij hierop antwoorden, dat het college op dit moment nog niets met dat
rapport zal gaan doen. Dit rapport is wel besproken op een vergadering
waar maar liefst ruim IOC) personen aanwezig waren. Op die vergadering
hebben zich toen enkele mensen aangemeld om gezamenlijk een werk-commissie
te formeren, welke werk-commissie intussen reeds haar eerste vergadering
heeft gehad. Aan deze commissie is de adjunct-directeur van sociale zakgn
toegevoegd die, zoals men weet, speciaal voor dit soort werk is aangetrok
ken. De verwachting is dat deze werkgroep op "basis van de gegevens die
in dit rapport tot uitdrukking komen, zal gaan proberen om een wijkcommis
sie te formeren, zoals enige jaren geleden ook al eens in de raad werd be
sproken. Langs die kant wil men dan trachten om aan de problematiek die
daar in de wijk tFort/Zeekant nog steeds ligt, iets te gaan doen.
Straks, na een verdere bestudering in die commissie, zullen de raad onge
twijfeld nadere informaties en verzoeken bei-eiken.
Bij punt w merkt de heer M.J.FRANKEN op dat hij het volkomen eens is met het
schrijven van deze Middenstandsvereniging» Hij hoopt dat de verkoop daar al
leen beperkt zal blijven tot de groothandel.
De VOORZITTER wil de heer Franken er op wijzen dat dit schrijven gaat over
een mogelijke overtreding en dat dit geen zaak voor B.& maar eventueel
een voor de justitie is»