34 Bovendien heeft die er niets mee uit te staan gehad want de heren zijn hij hem geweest en hij is zonder het advies van de ambtenaar die de heer Broos bedoelt, met deze kwestie in B,& W» gekomen. B„& W, was unaniem van mening dat de vergunning gegeven moest worden. De heer Broos had het ook nog over een sociaal-maatschappelijk probleem. Spreker dacht dat het hier toch eigenlijk meer een psychiatrisch probleem was. Het bouwen en de vergunning zijn in wezen maar bijzaken. De twist is hier toch eigenlijk de hoofdzaak. De heer BROOS wil nog wel even opmerken het toch wel frappant te vinden dat iemand die 38 jaar met een dergelijk bijltje hakt een negatief advies heeft gegeven. Op grond van artikel 50 van de bouwverordening. De heer HARTEL zegt dat dit een mogelijkheid was om deze zaak af te wijzen maar het zou onmenselijk zijn geweest in die situatie om iemand, die een schuurtje bouwt met een zeer ongunstige oppervlakte precies aan de naar hij meent 6 of 8 vierkante meter te houden. B.& W» hebben dan het recht om af te wijken van de voorschriften en die 2 vierkante metertjes meer te geven. Over sociaal beleid gesproken. Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen, De VOORZITTER stelt dan aan de orde de interpellatie van de heer Parel, De heer PAREL zegt dat, gezien de verwikkelingen die zijn ontstaan voor het geven van buitengewoon verlof voor vakhondsaktiviteiten aan een ambtenaar van de gemeente Bergen op Zoom en de onbevredigende beslissingen hierover, hij heeft gemeend aan het college enkele vragen te moeten stellen. De plaatselijke pers heeft over een conflict gesproken en spreker wil dat wel graag uit de wereld helpen. Er is dus geen conflict» De eerste vraag is dans Welke zijn de motieven die ertoe hebben geleid dat het college van B.& W. heeft geweigerd aan een ambtenaar buitengewoon ver lof te verlenen voor het volgen van een door een erkende vakcentrale geor ganiseerde cursus discussie-techniek, hoewel het college volgens ministe riële richtlijnen daartoe de bevoegdheid had» De tweede vraag luidtKan het college de raad mededelen op welke wijze in de toekomst bovengenoemde richtlijnen zullen worden toegepast» Hij zou hij de gegeven schriftelijke toelichting nog willen opmerken, dat de rijksoverheid zonder meer voor die vakhondsaktiviteiten buitengewoon verlof verleent» De heer VAN KAAM dacht dat het goed was om eerst even te bekijken wat nu precies die circulaire van de minister behelst» Die circulaire is van 13 december 1972 van de minister van binnenlandse, zaken die aan de heren mi nisters is gezonden en daarna ook aan de colleges van B.& W. Daarbij kwam dan het verzoek om in voorkomende gevallen ook te handelen zo- nis dat hij de rijksoverheid gebeurde» Er werd echter een punt uitgezonderd» De minister had n.l. een 3-tal faciliteiten voorgesteld n»l» bijdrage in de kosten van het scholings- en vormingswerkhet ter beschikking stellen ■van zaalruimteen een verruiming van de verl@fs-faciliteiten. Vat het eerste punt betreft heeft de minister medegedeeld dat het niet de bedoeling is, om die bijdrage in de kosten van scholing en dergelijke te geven, Wat het tweede punt betreft heeft B»& W» aan het georganiseerd over- - °8 medegedeeld dat, wanneer zij over zaalruimte wilde beschikken voor het öodige overleg ten aanzien van de zaak in de gemeente, dan toegestemd zou worden. Hier gaat het echter over het punt verlof-faciliteiten» De minister heeft voorgesteld dat de mogelijkheid gegeven moet kunnen wor den aan een ambtenaar tot maximaal 26 dagen per jaar buitengewoon verlof» 26 dagen buitengewoon verlof per jaar betekent echter dat het aantal ver lofdagen ongeveer met 50 80 f> wordt vergroot. Dit is in het college van W» besproken. Rekening houdend met de standpunten van de raad, waarbij de uitbreiding van het personeel voor het jaar 1973 gestsld zou mogen worden

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1973 | | pagina 217