16
De heer DEKKERS zegt dat zijn fractie op hef standpunt staat» dat de gevest
vorming toch doorgang zal moeten vinden ondanks dat Rucphen het heeft laten
afweten, hetgeen hij een betreurenswaardig besluit vindt. Hij vraagt zich af
wat daarvan precies de redenen zijn geweest omdat naar hij weet» deze ge
meente toch aan allerlei andere gemeenschappelijke regelingen wel meedoet»
Hij betreurt het dat de heer Herbers al diegenen die het niet met hem eens
zijn als ondeskundig of onwetend betitelt» Hij meent dat dit nog al een vrij
krasse uitspraak was» Ook de uitspraak van de heer Godwaldt van Roosendaal
valt zite betreuren waarin deze - en dan namens de raad zoals in de
krant stond - zei dat» als er nog een gemeente afvalt» Roosendaal er ook
mee steptVerder zit hij dan wel een beetje met het probleem wat gisteren
in Fijnaart is gebeurd» Fijnaart heeft gezegd Rucphen niet te willen schrap
pen. Hij zou willen weten of dat nu concreet betekent dat Fijnaart nu ook
buitenspel komt te staan» Dat heeft hij in de betreffende regeling niet direct
-terug kunnen vinden. Als Fijnaart dan uit zou vallen en Roosendaal zou auto
matisch afvallen volgens de uitspraak van de burgemeester daar» vraagt spre
ker zich wei af» waar men met de gewestelijke regeling blijft.
Is het dan niet noodzakelijk dat men zich hierover eens dringend gaat bera
den» zou hij willen vragen» Hij is ook benieuwd naar de motivering hoe men
er toe is gekomen om aan de diverse gemeenteraden te adviseren om Rucphen
te schrappen.
De heer HELSLOOT is het hiermede volkomen eens. Dat gebeurt niet zo vaak
en vandaar dat hij het nu dan een keer wil opmerken.
Spreker wil nog iets verder gaan en weten» of de uitspraken van de burge
meester van Roosendaal voor de voorzitter aanleiding zijn om te verklaren
het daarmee eens te zijn» Ten tweede of het de voorzitter bekend was» dat de
ze burgemeester dat zou .gaan zeggen. Ten- derde» wat de voorzitter denkt te
doen als deze burgemeester ten uitvoer brengt wat hij heeft gezegd.
Op de vraag van de heer Dekkers» wat er nu gaat gebeuren» kan de VOORZITTER
alleen maar zeggen dat hij moeilijk iets anders kan adviseren dan dat de raad
het besluit» wat nu in concept voorligt» aanneemt» Het is hem niet hele
maal duidelijk geworden en heeft ook geen gelegenheid gehad daar verder
naar te informeren» wat de raad van Fijnaart nu in wezen heeft besloten»
Hij heeft ook uit de krant vernemen dat deze raad heeft geweigerd om de
naam van Rucphen te schrappen maar niet heeft gezegd» niet meer mee te doen.
Hij zou daar ook wel graag duidelijkheid over will en hebben» Men is er niet
op geprepareerd om nu maar te zeggen de naam Fijnaart ook maar te gaan schrap
pen, Er is een kans dat de gehele zaak weer opnieuw in discussie moet
komen» Als de heer Dekkers dan vraagt? wat nu» moet spreker die vraag ook
aan zichzelf stellen. Dit is een complicatie die opnieuw bekeken zal moe
ten worden. Als dan ook werd gevraagd hoe dit ontwerp-besluit is ontstaan
weet men dat er een regio Roosendaal en een regio Bergen op Zoom bestaat»
De regio-overlegorganen zijn advies-organen van de colleges van B.&
Deze regio-overlegorganen hebben aan de colleges van B.& W, geadviseerd
aan de raden een voorstel te doen om de naam Rucphen te schrappen,
Hen had hierover ook een hele nieuwe radendag kunnen houden maar dat is een
informele zaak» Nu is de weg gevolgd van het advies-orgaan van de B.& 's.
Dat ligt nu hier vanavond voor.
Hoe dit nu verder moet kan hij op dit moment ook niet zeggen»
Als men dan opmerkingen van anderen aanhaalt brengt men hem wel een beetje
in een moeilijke positie, Op 1 kan hij zonder meer antwoorden» dat spreker
niet wist, dat die burgemeester dat zou gaan zeggen»
Hij heeft het» net zoals de anderen» ook uit de krant moeten lezen.
Of, wat -gezegd is» waar gemaakt zal worden» zal de raad van Roosendaal moe
ien beslissen. Hij hoopt dat de raad van Bergen op Zoom zal blijven trachten
om tot een behoorlijke samenwerking in gewestelijk verband te komen»
Alg er meerdere gemeenten zijn die op een gegeven moment gaan weifelen wordt
wel een moeilijke zaak» maar van de andere kant dacht hij dat men tot