17 moeizame onderhandelingen*bereikt kunnen worden. Over het storten van gelden, waar de heer Franken het ook nog over had, daar kan spreker helemaal niets over zeggen. Hij dacht ook niet dat het aan het college was om daarop te antwoorden. Het storten van deze gelden is volkomen buiten het gemeentebestuur omgegaan,Officiëel heeft het college daar geen weet van. Wie voor deze gelden verantwoordelijk is zal er ook rekening en verantwoording van af moeten leggen» Dat is niet de gemeente. Hij bedoelr dan niet dat niet ieder initiatief op dit gebied welkom zou zijn» Het college kan daarover echter geen verantwoording worden gevraagd omdat de gemeente geen giro-of bankrekening daarvoor heeft geopend» De heer A.J»FRANKEN heeft nog een paar kleine opmerkingen» De v ooi z.i i, eer zei dat er op de bewuste avond niet over de verzekeringen is gesproken. Deze vergist zich echter daarin want spreker heeft de notulen van die bewuste vergadering voor zich liggen en daar staat» De VOORZITTER zegt dat de heer Franken ernaar heeft gevraagd. Als hij dan zei, dat daarover niet is gesproken, heeft hij gezegd, daarop op dit moment geen antwoord te kunnen geven ©1 iets dergelijks, Althans dat meent hij zich te herinneren. De heer A.J.FRANKEN wil daarover nu niet verder in discussie treden. In de notulen staat letterlijk het antwoord van de voorzitter en dat is volkomen duidelijk; Er zijn 2 verzekeringen» de normale brandverzekering en een eon— o truc i/.iei' erzekermg, Daarnaast heeft de aannemer zijn eigen maatregelen ge— troffen. Er is dus die avond wel degelijk over de verzekeringen gesproken. De VOORZITTER meent dat dit dan wel in een andere zin was dan hij bedoelde. Er is geen uitsluitsel gegeven, De heer A.J.FRANKEN zegt dat het voorts juist het punt is dat de all-risk verzekering niet tegen brand gesloten is. Hij betreurt hef» dat de all-risk verzekering» waartoe de gemeente toch eigenlijk verplicht was krachtens het regie-contract» eigenlijk dan niet gesloten is» Over de kwestie van het storten van gelden wil hij zeggen, dat niet goed te begrijpen» Hij heeft voorjzieh een stortingsbewijs van een burger uit de stad tan 100»— waarbij dan staat vermeld; wegens de Peperbus, Inderdaad is dat dan wel gegaan naar de Stichting Stadsherstel» Hij neemt dan aan dat de gemeente toch van deze stichting wel iets vernomen zal hebben» De heer BROOS wil kort» maar niettemin wel duidelijk zijn» Hij vraagt of het nier, wenselijk zou zijn om de burgers van Bergen op Zoom te laten meespreken of de Peperbus nu wel of niet moet worden hersteld» Hij meent dat toch niet de hele bevolking het er mee eens is om dat zo snel mogelijk te doen. De 00RZXTIER dacht dat men de dingen niet met elkaar moest gaan verwarren. Dat is dan de Peperbus en de kerk. De Peperbus is gerestaureerd. Heeft brand schade opgelopen» die moet worden hersteld» Dat valt dus buiten de eigenlijke res cauras ieverken die op het ogenblik aan de gang zijn en door het rijk worden gesubsid.ieidHe*, herstel van de brandschade aan de Peperbus is nauwelijks een kwestie» dacht hij» Wa, de kerk zelf betreft dacht hij» dat men zich moest vasthouden aan het cooh wel algemeen gevoelen» toen uitgesproken op die bewuste extra raads vergadering» dat de kerk moest worden hersteld. Dat het een monument is van een dergelijke waarde in deze stad» dat dat met alle kracht bevorderd moet worden» Of hef zo is dat daaraan alles ten koste moet worden gelegd» ten kos te van alles» is weer wat anders, Hij meent dat daaraan gewoon doorgewerkt moet worden, naar middeleeuwse trant, Velen van ons zullen de voltooiing niet meer mee kunnen maken.Een van de architecten heeft wel eens gezegd; wij werken niet eens voor onze kinderen» maar voor onze kinds-kinder en. Daarom is de arbeid toch nog wel waardevol» Hij dacht dat dat gewoon moest gebeuren-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1973 | | pagina 144