56 dat men ons in Bergen op- Zoon halverwege de rit laat ophouden. We had den faciliteiten'wé hebben hier gebruik van genaakt en ik dacht, me% redelijk succes. We hebben industrie grond j grote kapitalen zijn geïnves teerd:; we'worden geconfronteerd met grote rentelasten. We waren op de goede weg. Ik zeg net nadruk "waren", want thans laat de rijksoverheid ons in de steek, Is het niet triest te moeten vaststellen, dat er in de Tweede Kamer bij de laatste begrotingsdebatten nauwelijks aandacht is geschonken aan de West Brabantse problemen? Je verwacht wel wat anders in de Kamer dan lauwe opmerkingen als"zorgvuldig volgen van de werkgelegenheid". Met als klap op de vuurpijl, dat.de regeringspar tijen komen verklaren? "zich net de getroffen maatregel te kunnen ver enigen". Als je dat hoort sta je wel even met de oren te klapperen.' Het zal IJ inmiddels wel duidelijk geworden zijn, dat ik onder de huidige omstandigheden weinig vertrouwen meer over heb in een verdere voort schrijding van de Bergen op Zoomse industrialisatie. Niettemin, we moeten voorwaarts. Ik ben dan ook van mening, dat de bestemming van het Noordland industrie dient te zijn en als het College of Raadsleden twijfelt aan eigen kunnen, zullen we over moeten gaan tot de aanstel ling van een industrie-acquisiteur van formaat. Niet een man met veel andere taken, die dat er wel even bijneemt, maar iemand van niveau, die terzake kundig is,'met grote commerciële feeling en ervaring, berekend voor zijn taak. Taak wordt er voor mindere belangrijke zaken veel geld uitgegeven. Ernstige financiële bezwaren kunnen m.i, dan ook niet worden aangevoerd. Nog een enkele opmerking. De regionale Raad voor de rbeidsmarlct in Noord-Brabant vond het wenselijk, dat de gevolgen van de intrekking van de premie-investeringsregeling diep gaand werden onderzocht. Tot zover graag accoord. Maar dan komt het. In een uitgebracht advies aan het provinciaal bestuur staat danj De Raad ziet niet grote vrees de ontwikkeling van met name Midden en Zuid-Oost Brabant tegemoet. Waarom.is West-Brabant niet genoemd? Blijkbaar komen wij er ook bij genoemde Raad bekaaid af. Toch vraag ik mij wel eens af, ligt de oorzaak van dit alles ook niet ten dele bij Uw College. Bent niet teveel een Bestuurscollege, waar mee ik bedoel te zeggen; houdt U zich niet teveel bezig met het uit voeren van overheidsmaatregelen en de naleving hiervan inplaats van dat men er zich goed rekenschap van geeft dat modern bestuur ook be tekent een zwaar accent leggen op het zakelijk aspect. Een, of voor raijn part meerdere leden van Uw College zou of zouden een flink gedeel te van hun werktijd moeten spanderen aan wat ik zou willen noemen de zakelijke promotie van Bergen op Zoom, waardoor economische groei. Ik zou we1 eens precies willen weten wat er vorig en dit jaar met be trekking tot de industrialisatie gedaan is aan acquisitiereizen. U moet goed begrijpen dat ik Uw College geen zaken in de schoenen wens te schuiven, waaraan de hogere overheid debet is. Het is wel zo, dat een College met eea, flink stuk zakelijkheid in zich, zich minder gemakkelijk laat ondersneeuwen.. Koopmanschap, gepaard aan een flink stuk eigen visie, moet succes opleveren. Waarom niet gezorgd of gepoogd, dat een of andere rijksdienst naar Bergen op Zoom komt?. Ja, hoor je dan. Wij zien dat zo niet zitten. Men dient positiever ingesteld "de boer op te gaan", als ik het zo eens oneerbiedig zeggen mag. Of is het de bedoe ling dat we nog jarenlang tegen een lege Lucernaflat zitten aan te kijken. Liever vele volle kantoorflats met alle gunstige gevolgen van dien, dan een lege. Als het gaat «tm financiële verruiming wordt er gezegd: "B.& zien weinig in toezeggingen van Udink". Het gaat er niet alleen om wat" Bergen op Zoom van een te verdelen koek kan krijgen. Het gaat er ook om;-wat willen we krijgen. Dat dient in eerste instantie de instelling te zijn waarmede men in het onderhandelings-strijdperk treedt. Enkele opmerkingen tot slot. Heeft Üw College iets concreets te bieden met betrekking tot het schouwburg-vraagstuk? In dit verband denk ik aan andere activiteiten in de Sporthal dan alleen sport, alhoewel de Sporthal natuurlijk nimmer "een of andere sémi-schouwburg kan zijn".

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1972 | | pagina 98