23 Wij hebben vertrouwen in het renovatieplan voor het westelijk stadsdeel, hoewel dat vertrouwen bepaald een deuk zou krijgen indien wij zouden merken dat het hobby-isme een grotere prioriteit zou krijgen dan de nuchtere zakelijkheid. Ten aanzien van de stadsrenovatie een aantal vragen: 1. Welke mogelijkheden ziet het College voor het economisch heropleven van het oude westelijk stadsdeel. 2. Welke invloed heeft de eventueel veranderde bestemming, van het lioordland op de ontwikkeling van deze plannen. Vooropgesteld, dat wij die veranderde bestemming niet bepleiten, naar de indruk hebben, dat er bij het College toch ernstig met die mogelijkheid rekening wordt gehouden. 3. Hoe denkt het College over de door de voorzitter van de "Stichting Stadsherstel" geuite opmerking als zou het noodzakelijk zijn een adjunct-directeur van gemeentewerken aan te trekken, die speciaal belast zou zijn met de zorg voor de binnenstad-. 4- Op welke financiële tegemoetkoming rekent het College voor de komende jaren. Huisve s ting/woningbouw Wij achten het onjuist, dat het in oktober 1973 verschenen rapport "Hoogbouw-Laagbouw" tot hu toe In commissie- of raadsvergaderingen geen onderwerp van discussie is geweest. Vandaar dat wij gedwongen zijn in het kader van de algemene beschouwingen een aantal opmerkingen daarbij te plaatsen. De opmerkings "de woonomgeving is bij toepassing van uitsluitend éénsgezinshuizen 'gewoonlijk klein en mist de nodige ruimte en afwisseling, hetgeen naar het oordeel van deskundigen vooral voor kinderen een bezwaar is te achten", vinden wij belachelijk. In het hoofdstuk "De inrichting van de bestemmingsplannen i.v.m. de beschikbare ruimte" staat; "met het bebouwen van het grondgebied zal, over langere termijn bezien, de ruimte schaarser worden en daarom zal, met datgene wat beschikbaar is, zuinig moeten worden omgegaan". Dit uitgangspunt wordt in de loop van het rapport gehanteerd om duide lijk te maken, dat Bergen op Zoom bij beperkte beschikbaarheid van grond noodzakelijkerwijze hoogbouw moet plegen. Wij vinden dit een typisch voorbeeld van onzindelijk redeneren. Indien n.l. ied_ereen het er over eens is dat het voor een goed woonmilieu noodzakelijk is dat hoogbouw in beperkte mate wordt toegestaan, dan is de enige goede oplossing, dat de gemeente tracht meer grond te krijgen, dan zij nu ter beschikking heeft. De gemeentegrens is niet voor 10Ofo een fixum. Over het algemeen hebben wij wel waardering voor het feit dat dit rapport is samengesteld. Het bevat een hoop nuttige informatie. Wij zouden het echter op prijs stellen te vernemen, wat U met dit rap port gaat doen. Het zou bepaald zonde zijn indien het bij informatie alléén op zou houden. Ten aanzien van de in oktober 1971 vastgestelde verordening op logeer- en kamerver huur inrichtingen vragen wij ons af in hoeverre reeds controle is uitgevoerd, wat de resultaten van deze controle waren en hoe men denkt een en ander in de toekomst te continueren. Onder_wijs. Wanneer wé de onderyajsmogelijkheden in Bergen op Zoom bekijken, zijn we, wat sommige richtingen betreft, zelfs royaal voorzien. Basisscholen en scholen voor algemeen voortgezet onderwijs en voorbereidend wetenschap pelijk onderwijs zijn voldoende aanwezig. Wat betreft het beroepsonderwijs kunnen we minder opgetogen zijn. Reeds eerder hebben wij gepleit voor be vordering van de vestiging van lager economisch en administratief on derwijs, liet is ons bekend, dat de gemeente zelf daadwerkelijk niet zo veel kan doen. Men had echter wel de gedachte kunnen overnemen, een en ander kunnen stimuleren en openlijk steun kunnen uitspreken aan poten- tiê'le initiatiefnemers. Waarom in Roosendaal binnenkort wel oprichting van een Leao-school. Is het verzorgingsgebied daar zo veel groter dan' bij ons

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1972 | | pagina 85