16
Over punt h« zou de heer AJFRnNKEN willen zeggen, dat hij dit punt zijns
inziens toch wel een erg principieel punt aan de orde wordt gesteld. Hij
meent dat het hier gaat om de vraag, of men hier naar meer beroepskrachten
voor de "brandweer moet, waarhij dan automatisch de volgende vraag naar voren
komt, hoe het dan verder moet net de vrijwilligers. Deze begrotingswijziging
gaat over het aantrekken van 3 c-hauffeurs-beroepskrachten voor de brand
weer en daarmee is toch ook maar weer een bedrag gemoeid van 57.000.-
Daarbij heeft hij zich alleereerst afgevraagd of dit nu soms misschien
niet een begin is, In het bij de stukken gevoegde schrijven van de comman
dant van de brandweer heeft hij dingen gelezen die hem redenen geven om
aan te nemen, dat de brandweer onze gemeente in de naaste toekomst veel
geld dreigt te gaan kosten. Het behoeft natuurlijk geen betoog, dat de
gemeente een goede en parate brandweer dient te hebben, maar hij dacht
dat men er zich voor moet hoeden, de zaken niet te overtrekken. Het moet
natuurlijk wel reëel blijven.
Daarnaast heeft hij er dan toch eigenlijk ook wel bezwaar tegen, dat der
gelijke toch wel principiële zaken via een begrotingswijziging in de Raad
komen. Dan zijn er de zaken die de Raad de laatste tijd brok voor brok
voorgeschoteld heeft gekregen en ook heeft aanvaard. Alles ineens zou
misschien moeilijker verteerbaar zijn geweest. Hij breidt dan in herinnering
het in november aangenomen voorstel voor de aanschaf van een nieuwe auto
ladder van 228.000.- en het voorstel van januari j.l. om 86.412.-
voor draadloze oproep- en alarmontvang-ers ter&ikbaar te stellen.
Zijn frac uie heeft daar toen haar goedkeuring aan gegeven en zijns in
ziens terecht, oradat de brandweer deze investeringen nodig had, mede ge
zien de omstandigheden. Bij het laatstgenoemde voorstel heeft het College
deze investering verdedigd door er op te wijzen, dat het noodzakelijk is
om binnen de kortst mogelijke tijd de beschikking te hebben over voldoende
mans chap penDaarmee kan hij het volkomen eens zijn. Hij vindt het echter
merkwaardig, thans bij het aan de orde zijnde voorstel te moeten lezen,
dat het in feite tè lang duurt eer de vrijwillige brandweer er is, met
name Y/at betreft de chauffeurs. Dit moet dan maar meteen opgelost worden
door het aannemen van vast personeel. Dit klopt naar zijn mening toch e»ht
niet met elkaar.
Het is hem bekend dat het College niet zonder meer,en zelfs zichzelf Toe-
perkt heeft, alvorens het is overgegaan tot het odoen van dit voorstel tot
aanneming van beroeps-personeel.
Hij vindt het desondanks toch een moeilijk verteerbare zaak, zoals dit
voorstel thans in de Raad wordt gebracht. Hij heeft een groot aantal vragen
leromtrent, die naar zijn mening toch eerst eens grondig bestudeerd zouden
dienen te Y/orden en wel:
ten eerste; of er geen maatregelen genomen kunnen worden, zodat de vrijwil
lige brandweer volkomen voldoet aan de eisen die men in onze stad aan een
goe e brandweeir moet stellen, en dit dan inclusief goede chauffeurs voor
de auto!s.
ten tweede; hoe het met de ge-oef endheid van de vrijwillige brandweer is,
terwijl dan tevens de vraag naar voren komt, of door extra honorering niet
veel minder kosten gemaakt zouden worden dan nu het geval is met het aan
trekken van beroepskrachten.
ten derde: als nu dan toch persé tot het aantrekken van extra beroeps-
crachten moet worden «vergegaan komt de vraag naar voren, YTat deze mensen
een ne e agen nacht zullen gaan doen. Er komen dan 3 ploegen van 2 man.
n Roosendaal Middelburg en Vlissingen hebben de beroepskrachten, naast
brandwacht, ook duidelijk andere productieve taken. Hij heeft nameliik gele
zen, ^dat men daar deze ook bij de ambulance-dienst inschakelt.
Hij vindt de hele zaak, alles bij elkaar, vanavond voor hem en zijn fractie
erg moeilijk te verteren en meent dat deze principiële zaak toch YTel een
betere voorbereiding mag hebben. Hij moet er dan sterk aan twijfelen, of het
_esultaat dan nog zo zal zijn, als wat nu in het voorstel van het College
is opgenomen. Hij zou dan ook het College in'overweging willen geven, het
oorstel voor vanavond maar terug te nemen en in een volgende vergadering,
na een goede voorbereiding en bestudering, met een ander voorstel te komen.