- 2 -
Bergen op Zoom^ ik heb dat onlangs bij gelegenheid uan mijn herbenoeming
nog naar voren gebracht, mag geen museum zijn. Het mag echter ook geen wel-
vaartsmoloch zijn. Beide aspecten moeten naar mijn mening harmonisch vere
nigd worden om zodoende gelukkig en welvarend te zijn. U kent mijn opvat
tingen op dit punt: ik ben helemaal verliefd op dit Bergen op Zoom, dat al
le potenties in zich heeft voor een gezonde ontwikkeling, waarbij de voor
deze stad zo karakteristieke, eigen waarden bewaard kunnen blijven.
Er staan ons echter nog vele taken te wachten. Ik mag misschien in dit ver
band nog eens teruggrijpen naar het investeringsprogramma wat ons tot de
jaren 1980 voor ogen staat. Taken, die een totale1investering vragen van
ruim 400 miljoen gulden, maar waarvoor in deze tijd van krappe centrale fi
nanciering door de rijksoverheid, ik kom op het financiële vraagstuk nog
nader terug, de meest urgente zaken slechts met de grootste moeite' van de
grond kunnen komen.
Om dit allemaal te kunnen verwezenlijken zal de stad een bepaalde groei
moeten hebben, waarvoor in eerste instantie een verdere industrialisatie
absoluut noodzakelijk is.
Allemaal prachtig, maar het uitblijven van landelijke beslissingen omtrent
ingrijpende projecten als de mogelijke vestiging van de tweede nationale
luchthaven in West-Brabant en het - met name ook voor Bergen op Zoom zo be
langrijke - Reimerswaalplan, maakt de planning voor stad en regio een to
taal onmogelijke zaak. Op deze manier wordt het voor de lagere overheden
een uitermate frustrerende bezigheid om ontwikkelingsplannen op te stellen.
De consequenties kunnen verstrekkend zijn. Het ontwerp-structuurplan voor
de regio bijvoorbeeld, waarin met de mogelijke aanleg van de tweede natio
nale luchthaven geen rekening is gehouden, wordt een volkomen slag in de
lucht als niet op redelijk korte termijn beslissingen worden genomen.
Op grond van eerder gedane toezeggingen en verwachtingen, die door recente
uitspraken vanminister Drees weer volkomen op losse schroeven zijn gezet,
heeft Bergen op Zoom in het laatste decennium duidelijk gestreefd naar een
groei van de industrialisatie en daarvoor de nodige financiële offers ge
bracht - pas nog een forse investering in de uitbreiding van het havenin
dustrieterrein op het IMoordland -, om zodoende een springplank voor Rei-
merswaal te kunnen zijn.
De intrekking van de premie-investeringsregeling - hoewel officieel op
schorting genoemd, kan ik dat met de beste wil van de wereld niet anders
zien - is een regelrechte dolksteek, die een doodsteek wordt, wanneer we
nietspoedig weten waar we met de tweede nationale luchthaven en Reimers-
waal aan toe zijn.
Wat de intrekking van de investeringspremie betreft zou ik een vergelijking
willen maken met een zwemwedstrijd, waarbij de deelnemers wel vergunning
krijgen om te starten, maar de organisatoren halverwege de race het water
laten weglopen.
Het is voor ons een onverteerbare zaak, dat de door het rijk zelf nota bene
gestimuleerde ontwikkeling van dit g ebiect op deze brute manier wordt afge
broken. En dat bovendien juist in een tijd waarin de industrie en het be
drijfsleven, gezien de economische teruggang, nauwelijks nog investeren in
nieuwe vestigingen. Toch werden in het afgelopen jaar nog industrieterrei
nen verkocht, t.w. aan Philip Morris (7 ha, in het gebied "De Lage Meren",
dat daardoor is uitverkocht), General Electric (ca. 30 ha,), Bajaco, Duik-
bedrijf Uriens en Sakko.