Er wordt op deze hele materie -volop gestudeerd en er is reeds hij andere gemeenten geïnformeerd. De voorlopige conclusie is niet zo erg "bemoe digend wat de particuliere huisvuil-ophaaldienst "betreft. Een zeer zwaarwegend argument is, waarbij hij dan'moet opmerken nog niet aan de behandeling van de brief van de firma Coppens toe te zijn, maar men vraagt er toch eigenlijk wel om, dat de sociale status van de mensen die thans bij de reinigingsdienst werkzaam zijn, beslist achteruit zal gaan. Hun worden een heleboel zekerheden ontnomen. Hij zou haast willen zeggen, dat, als men tot die verandering zou besluiten, dit eigenlijk een soort handel in mensen zou gaan betekenen. Hij gelooft dat het College zich daarvoor moet wachten. Terder moet hij dan helaas wel een paar ervarin gen uit het verleden naar voren brengen. Diezelfde firma heeft een eigen stortplaats, waarvoor in 1968 een ontgrondingsvergunning werd afgegeven. Er is daar afgegraven en er is daar toen een stortplaats van genaakt. Gedeputeerde staten hadden die vergunning afgegeven onder voorwaarde, dat de stortplaats alleen voor puin gebruikt mocht worden, dat vervol gens afgedekt moest worden net een laag grond. Ook werd door GS een hinderwetvergunning ge-eist. Ondanks deze eisen, die later nog door de gemeente werden verzwaard, kwamen van omwonenden verscheidene keren klachten binnen tegen de stank- en rookhinder als gevolg van verbranding ter plaatse. In 1969 werden nog veer scherpere voorwaarden opgesteld. Weer kwamen dezelfde bezwaren binnen, weer van andere mensen. B.& W. hebben daarop gereageerd in augustus 1970 door nog scherpere maatregelen te nemen. Ook daaraan werd door de betrokken firma geen gevolg gegeven. Er werd verschillende malen gewaarschuwd. Er werd ook een laatste waar schuwing gegeven» Toen ook dat geen resultaat opleverde, werd de stort plaats gesloten. Toen naderhand weer wel voldaan was aan de voorschrif ten, is de stortplaats weer heropend. Spreker dacht, dat dit een slecht uitganspunt vormde om aan een dergelijke firma een zb belangrijke milieu hygiënische zaak te gaan opdragenDit is echter nog naar een aanloopje. Er zullen straks, en spreker hoopt zelfs in de volgende raadsvergadering in antwoord op het schrijven van deze bewuste firma, de nodige, ook practische bezwaren naar voren konen. Hij dacht, dat hij het hier voor lopig wel bij kon laten. Hij zou aan de Raad willen vragen, om. het voor stel tot aanschaffing van deze wagen die zo hard nodig is, goed te keu ren, ondanks datgene wat er eventueel later zal gaan gebeuren. De heer WE'STERHOF dacht, dat het hele referaat van de wethouder dan misschien wel niet.buiten de orde is, naar dan toch zeker wel niet aan de orde. Dit was dus een beantwoording van de brief van de firma Coppens Dat is echter'niet het punt. Hij heeft ook geen pleidooi gehouden .om het hele zaakje net alle daaraan verbonden konsekwenties nu naar over te dragen. Hij heeft alleen gezegd, dat er dus klaarblijkelijk al wel een stellingnane bij het College heerst, maar dat dit nog niet naar buiten is gekomen. Een van de konsekwenties van 'die stellingnane vormt het thans aan de orde zijnde voorstel tot aanschaf van deze wagen. De T00RZITTER zegt, dat de wethouder dat niet heeft beweerd. De wethou der heeft in eerste instantie alleen gezegd dat, wat er ook gebeure. deze wagen er zou moeten komen. Deheer tffiSTERHOff' dacht, dat dat niet zo was. Hij vindt dit jammer en voornamelijk, dat deze 2 voorstellen niet gecombineerd in de raadsver gadering zijn gekomen. Dat had hij wel eleganter gevonden. De heer M.J.FRAKKEN zegt, dat er in de commissie openbare Y/erken nog wel neer bezwaren naar voren zijn gebracht, die dan wel niet in de pers thuishoren, naar waarvan hij hoopt, dat als dit punt aan de orde zal worden gesteld, deze wel openbaar gemaakt zullen worden. De heer HOPMANS wil wel vaststellen, dat de leden van de reinigings dienst tot volle tevredenheid van de burgerij service verlenen voor de altijd moeilijke opdrachten, om al het huisvuil te verzamelen. Hij dacht, dat mede in aanmerking nemende de milieu-verontreiniging in de toe komst, het ophalen van huisvuil zeker in handen van de overheid zal

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1972 | | pagina 258