3 De opiaerking dat, wat de bijvelden voor de eerste elftallen betreft de ta rieven verdubbeld gaan worden, acht hij echter niet redelijk. Inclusief de 10$ verhoging betekent dit een stijging van maar liefst 120$. Hy wil wel meegaan met de gedachte, dat het verschil tussen bijveld en hoofdveld kleiner dient te worden, voor zover men thans nog als gebruiker van de sportaccommodaties Rozenoord een keuze moet maken. Hij vindt het echter bepaald onjuist, dat een jarenlange gebruiker van een bijveld nu ineens 120/ó xnéêx moet gaan betalen. Dit betreft de F. C.Bergen, Zeker in deze tijd past zijns inziens niet een prijsstijging ineens van 120$. Hij acht dit niet redelijk. Hij zou daarom aan. het College dringend willen vragen, de kwestie van de 100$ verhoging ineens, bij een club die een bijveld voor zijn eerste elftal reeds jaren in gebruik heeft, soepel toe te passen. De heer DE JAEGER kan zich volkomen met het standpunt van de heer Franken verenigen, maar daarnaast zou hij ook nog iets willen opmerken in verband met de verhogingen voor de tennisbanen-tarieven. Hij vindt dan het verschil in de verhouding tussen hetgeen de heer Franken opmerkte en de tennisclubs zo schril, en vooral, omdat bij een later agendapunt nog gevraagd wordt om toestemming voor grote investeringen voor de tennisvelden, waarop hij later nog terug zal komen. De^heer YAH BEYST heeft, gezien de besprekingen in de commissie van finan ciën, deze vragen van de heer Franken wel verwacht. Hij dacht, dat het iedere keer weer een duidelijk streven van het College is geweest, om de tarieven in deze sector jaarlijks bij te stellen, om zodoende het verschil tussen de werkelijke kosten en de huuropbrengsten procentueel niet groter te laten worden. Het verheugt hem, dat de heer Franken het in principe met de voorgestelde verhoging eens is. Ditzelfde geluid heeft hij van de heer de Jaeger nog niet kunnen beluisteren. De heer Franken vindt echter een bepaald detail van deze verhoging moeilijk te verteren. Inderdaad is het een streven van het College, om het verschil in huur prijzen van hoofd- en bijvelden, voor zover die door eerste elftallen wor den gebruikt, te verkleinen. Hij dacht, dat daarvoor toch ook wel redenen zijn. Hij dacht dat daar, waar een eerste elftal speelt, ook wel iets meer kon worden opgebracht, omdat daar toch altijd nog entree 's kunnen worden geheven. En dit kan zeker, wanneer een bepaalde club zich op een goede positie op de ranglijst bevindt. Dan zullen zeker aanzienlijke bedragen aan entree's binnenkomen. Als de positie niet zo goed is, zal de positie van de entree's ook niet zo gunstig zijn. Daarvan is hij zich wel bewust. Als echter een bepaalde verhoging voor alle velden zou gelden, gaat er naar zijn mening toch een tè groot verschil ontstaan tussen de kosten voor een eerste elftal op een hoofdveld en een eerste elftal op een bijveld. Met de thans voorgestelde verdubbeling van de tarieven voor de bijvelden voor zover bespeeld door eerste elftallen, wordt dus een poging gedaan om dat verschil' te verkleinen en een tweede poging daartoe is dan nog, dat de tarieven voor het hoofdveld niet met 10, maar slechts met 5$ wor den verhoogd. Als een nieuw schema voor de tarief-opbouw wordt ingevoerd zitten daarin altijd nadelige facetten ten opzichte van deze of gene. Hij wil dan echter nog wel even duidelijk stellen, dat er in dit voorstel toch wel iets meer zit dan alleen een verdubbeling van huren. Het is ook zo, dat het veld, dat' door F,C.Bergen thans voor het eerste elftal wordt gebruikt, toch een veel prettiger accommodatie is geworden dan het voor heen was, gezien ook de daarbij gesitueerde clubhuizen en gezien ook de kwaliteit van het huidige veld. Het is dus ook zo, dat zij betere waar krijgen, zij het voor aanzienlijk meer centen. Het pleit natuurlijk wel voor de heer Franken en voor de sport- specialist de heer de Jaeger, dat zij het opnemen voor deze club. Hij wil echter wel zeggen, dat hij contact heeft gehad met de voorzitter van deze vereniging en hij kan uitdrukkelijk zeggen, dat het bestuur van die vereni ging het enerzijds een bitter pil vindt, maar anderzijds toch alle begrip kan opbrengen voor dit nieuwe schema van huren. Hij is gerechtigd om na drukkelijk te verklaren, dat zij inderdaad verwachten, daar viel een mouw aan te' kunnen passen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1972 | | pagina 213