lil
32.
Spreker meent, dat de middenstand er zelf tij het gemeentehes tuur op
heeft aangedrongen om aan de westkant van de stad een flink'gat te
slaan, zodat de TTestersingel tenminste afgebouwd kon worden, fat ver
zoek werd met veel handtekeningen bekrachtigd, faaruit zou de conclusie
kunnen worden getrokken, dat men zonder meer niet zo maar het "gaten
slaan" mag veroordelen, fat is ook sprekers visie. Men moet proberen
alleen daar waar nodig gaten te slaan.
fe heer Hendriks kwam nog terug op de prognoses van de cijfers voor de
leao-school. Tragen is ook hier weer het gemakkelijkst. Antwoorden
is iets moeilijker, fe Nederlandse Katholieke Schoolraad heeft spreker
niet uitgenodigd bij de berekeningen over die prognose. Zij zullen echter
zeker zijn uitgegaan van de bevolkingsaantallen, het percentage jeugdi
gen daaronder, van daarmee weer verband houdende schoolbezoekers en
een landelijk percentage van potentiële leao-candidaten. Een methode,
die ook overal elders in Nederland wordt toegepast. Er is dus geen
enquete gehouden. Het vervolg van de opmerkingen van de heer Hendriks
heeft spreker niet kunnen bijhouden met noteren, faar kwamen echter
nog al wat schooltypes in voor, waarvan spreker moet denken, dat die
al lang uit de tijd zijn. Hij heeft de indruk, dat de heer Hendriks heel
dicht in de buurt van zijn bureau een gids heeft staan over school- en
beroepskeuze. Het is dan niet moeilijk om daaruit een rijtje van een
40 of 50 schooltypes te trekken, die wij hier nog niet hebben. Spreker
meent, dat men alleen maar voor een bepaalde school moet gaan werken,
als daar behoefte aan bestaat. Men moet niet gaan breien aan een li
tanie van scholen.
fe heer HENfRIKS zegt dat, als de wethouder spreekt over een litanie
van scholen, dit dan zeker slaat op het algemeen voortgezet onderwijs,
want die zijn er hier nog al wat. Het beroepsonderwijs is echter slecht
vertegenwoordigd. Hij zou dus willen vragen om te bevorderen, dat er
hier zo veel mogelijk beroepsonderwijs komt en zo gevarieerd mogelijk,
fe heer TAN ÏÏEYST wil dan nog opmerken, dat op onze LTS en ook bij de
MTS een groot aantal studierichtingen aanwezig zijn en dat hij niet zou
weten waar de leerlingen vandaan te halen voor b.v. een middelbaar
grafische school, fan zou men toch in een streek moeten zitten met
grote landelijke drukkerijen, fe noodzaak daartoe is hier in Bergen op
Zoom glad niet aanwezig.
Hij is de heer M,Franken dankbaar voor diens pleidooi voor de sport.
Hij heeft de functie van de sport nooit anders gezien dan zoals die
door de heer Franken werd toegelicht. Hij gelooft dat het ook nuttig is,
om in deze Raad ook eens het geluid van zo .iemand te horen, van iemand
dus, die in de sport hijzonder actief is,
fe heer ARNOYS wil proberen om in zo kort mogelijke tijd te antwoorden.
Hij wil dan beginnen met de heer Gorrissen te bedanken voor diens op
merking over het houtrot-herstelHij moet het echter met hem ou«©ns
zijn toen die verder sprak over een eentonigheid van kleuren. Hij is het
wel eens, dat hierin een zekere doorbreking van die eentonigheid moge
lijk is 5 om er echter een landkaart van te gaan maken, waar ieder zijn
eigen kleur kan kiezen, is niet mogelijk, dacht hij, en wel wat teveel
gevraagd van het goede. Er werden door verschillende Raadsleden opmer
kingen gemaakt over sprekers uitlating over de commissie van financiën.
Zelfs collega van Heyst moest daarvan wat gal van de lever laten komen.
Er werd opgemerkt, dat spreker zou hebben gezegd, dat de commissie van
financiën het advies van de commissie van de haven naast zich zou neer
leggen. fat heeft hij echter beslist zo niet gesteld, fe heer Gorrissen
gaat er van uit, dat de commissie van financiën de problemen op een
andere manier benadert dan andere commissies .Hij is het daar volkomen
mee eens
fe heer A.J.Franken gaat nog verder en heeft gesteld, dat spreker de
eigen plaats van de commissie van financiën niet zou erkennen, en dat
de commissie van financiën zich niet mag bemoeien met zaken, die in
andere commissies al behandeld zijn. Hij kan zich niet herrinneren, dit
gezegd te hebben, faarvan heeft hij de bewijzen ook voorliggen.
life-
