10 Het heeft hem deugd, gedaan van de voorzitter te hebben gehoord, dat een wat brutaler opstelling naar buiten zinvol zou kunnen zijn, wanneer het gaat om het feit, dat slechts een zeer gering deel van door ons allen zinvol beschouwde objecten uitgevoerd worden. Hij zou dit echter graag wat concreter uitgevoerd willen zien en acties dienaangaande ziet hij dan ook met bijzonder veel belangstelling tegemoet. Hij is het College erkentelijk dat het bij monde van wethouder van Heyst de toezegging heeft gedaan om de nota van aanbieding 1973 inderdaad de inhoud van een beleidsnota te zullen geven. Hij neemt onmiddellijk aan, dat dit geen simpele aangelegenheid zal worden. Misschien zou in dit verband overleg in de commissie van financiën mogelijk zijn, zodat deze mogelijk een bijdrage daartoe zal kunnen leveren. Sprekende over de begroting heeft de heer Gorrissen de gemeente verge leken met een landbouwbedrijf met één directeur en 4 onder-directeuren. Hij heeft daarbij echter niet duidelijk uiteengezet, wie de functionaris is die het kaf van het koren moet scheiden. Ten aanzien van de werkgelegenheid zou hij, op gevaar af misschien wat vervelend te worden, toch willen opmerken, dat de voorzitter heeft g«- zegd en hij citeert; "Ten aanzien van het verschijnsel pendel moet men ondermeer beschikken over cijfers ten aanzien van salarissen, slaap- en overuren. Het is de vraag cf het bedrijfsleven die gegevens heeft". Naar zijn mening, afgaande op dit antwoord, zijn deze gegevens niet aan het bedrijfsleven gevraagd. Anders was het geen vraag geweest, maar had gesteld kunnen worden;"Ik vreet dat, enzovoorts." Be door minister Boersma gedane uitspraak ligt in een geheel ander vlak. Bie stelde, dat de regering er niet aan denkt op korte termijn maatre gelen te nemen om de pendel uit te roeien. Baar zal hij dan ook maar beter niet aan kunnen beginnen, want het effect van een bepaalde om scholing zal dan waarschijnlijk wel nihil worden. Bit is echter niet het punt. Als een pendelaar kan blijven pendelen, zal hij dat in de meeste gevallen wel blijven doen. Maar als de werkgelegenheid in zijn huidige werkomgeving dwars gaat staan, niet door conjuncturele, maar door structurele oorzaken, wordt des te duidelijker, hoe kwetsbaar de om vang van de structurele werkgele genheid is. Hij zou daarom het College met klem willen verzoeken een en ander, met zakelijke argumenten om kleed, ter kennis te brengen van die bewuste minister, temeer daar deze bewindsman zelf heeft toegegeven, dat spreiding van de rijksdien sten en investeringen mogelijk een belangrijke structurele impuls voor V/est Brabant zou kunnen betekenen. Er zit dus kennelijk wel iets in het vat. Hij heeft weinig vertrouwen in het z.g. plan Coppens om de doodeen voudige reden, dat de bedrijven zich niet zullen laten dirigeren in de zin zoals de gedeputeerde dat stelt. Beze zullen een beslissing nemen om puur economische, financiële en andere opportune redenen, en niet omdat een mijnheer Coppens dat vra,agt. Als wethouder van Heyst zegt, dat Bergen op Zoom bij het werkgelegen heidsbeleid niet is vergeten, gezien de toewijzing van de 2e fase van het combi-bad en de kleuterschool, wil hij toch wel 2 dingen opmerken, namelijk een geringe verlichting van de werkeloosheid en de bevordering en uitbouw van de structurele 'werkgelegenheid, Bit zijn 2 volkomen ver schillende begrippen, liet heeft hem verdroten, dat de voorzitter naar aanleiding van sprekers suggesties over industriële acquisitie even gesproken heeft over een reiziger, alsof het hier over schoenveters zou gaan. Terder heeft de voorzitter gesproken over een zeer goed voorbereide acquisitiereis waarvoor bepaalde plannen zouden bestaan. Hij zou dan wel gaarne die plannen vernemen. Baarbij is hij echter van mening, dat gerichte acqui sitie niet een kwestie is van één acquisitiereisHij kan het wel met de voorzitter eens zijn, dat in de meeste gevallen de gemeente wordt benaderd door een candidaat-industriemaar dat neemt niet weg, dat men zonder meer Bergen op Zoom in gedachten neemt. Bit is een wel merkwaardige denkfout, die hem dan ook geenszins geruststelt.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1972 | | pagina 147