24
Er is berekend, dat wij tot 1982 op deze voet de vuilverwerking kunnen
voortzetten. Vóór die tijd zal er echter in regio- of liever nog in
gewestelijk verhand naar een nieuwe oplossing gezocht moeten worden.
De- verbranding biedt, zo het zich nu laat aanzien, dan goede, maar wel
veel duurdere mogelijkheden. Grotere problemen bieden momenteel de
chemische afvalstoffen» Het is niet per definitie een zaak voor de
gemeente, om deze te verwerken. Daarom ook bestudeert een club uit de
chemische industrie of er in een aantal plaatsen in Nederland vernieti
gingsovens gesticht kunnen worden. De gewest-vorming van West Brabant,
hoe die er ook zal komen uit te zien, zal ons toch dichter moeten
brengen bij de oplossing van de vraagstukken omtrent de vuilverwerking.
Men denkt daarbij b.v. aan een stortplaats in de buurt van Zevenbergen,
waarop dan later een recreatie-gebied zou kunnen worden aangelegd.
Door de heer Franken is gevraagd wat er gedaan wordt aan het illegaal
storten van vuil. De dader, zo die bekend is, en dat gebeurt vaker dan
men wel zou denken, krijgt meestal een boete van 50>~? terwijl ook het
opruimen moet worden betaald. Niet zelden beloopt dat eenzelfde bedrag.
Illegale stortplaatsen worden zo snel mogelijk opgeruimd. Wat meer mede
werking van de burgerij inzake gegevens omtrent clandestiene storters en
stortplaatsen zou ons milieu nog aanmerkelijk kunnen verbeteren.
Speciale aandacht vroeg de heer Franken over het pand aan de Biauwe-
handstraat- hoek Engelsestraat, voor zover men nog van een pand kan
spreken. De vorige eigenaar is wel met het herstel begonnen maar is er
niet mee geëindigd. De nieuwe eigenaar heeft weliswaar opruiming in
deze bouwval gehouden en heeft bovendien een plan voor herstel laten
maken. Dit plan is zelfs goedgekeurd door Monumentenzorg. Toorts zijn
een maand of 4 geleden in overleg met de architect provisorische voor-
zieningen getroffen om gevaren weg te nemen. De tand des tijds knaagt
echter verder en de eigenaar is wederom gesommeerd om voorzieningen te
treffen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen. De eigenaar schijnt
niet in staat te zijn op korte termijn, de voorgenomen restauratie uit te
voeren. Slopen is dan tenslotte de enige oplossing. De teksten op de
restanten van deze bouwval nodigen daartoe trouwens ook uit.»
De heer Westerhof heeft nog gevraagd naar een mogelijkheid om op de
Kragge voor niets vuil te laten storten. We hebben daar enige ervaring
mee opgedaan» Er zou dan materiaal bij moeten komen en eigenlijk is uit
die ervaring gebleken, dat we met een technische onmogelijkheid zitten»
Het vuilstorten loopt dan n.l. uit de hand.
De heren Gorrissen, Helsloot en Westerhof sneden het probleem van de
woningbouw aan. Het verslag "I-Ioogbouw-Laagbouw van de dienst Gemeente
werken" is bij diverse Raadsleden ondervtierp van overdenking geweest.
Terechtwant dit is een zeer belangrijke kwestie. Maar ik zou toch een
beroep op IJ willen doen om te Y/achten tot dit stuk in de commissie
ruimtelijke ordening is geweest. Bij deze nodig ik de heer Westerhof
gaarne uit, die zitting met zijn aanwezigheid te willen opluisteren.
Overigens is daar uiteraard iedereen welkom.
Ter geruststelling van o.a, mevrouw Elseman mag ik misschien zeggen,
dat er gestreefd wordt naar een hoger percentage laagbouw in de nieuwe
bestemmingsplannen, Tolgens de jongste studies schijnt een verhouding
van hoog- tot laagbouw van 20 op 80/£ een heel goede norm te zijn. Het
is de moeite vfaard daarnaar te streven. Dat is dan meer dan de heer
Westerhof als gezond principe (namelijk minstens 70%) aanvaardt»
De klasse-indeling van Bergen op Zoom had o.a. ook de aandacht van de
heren Gorrissen en BloksZij betreuren zeer terecht, met het College,
dat onze stad zich nog in de 2e klasse bevindt. Reeds in 1971 is door
ons College intensief gepoogd te be?rerkstelligen, dat onze gemeente
met ingang van het jaar 1972 voor de subsidiëring van de woningbouw
zou Y/orden ingedeeld in klasse I. Reeds op 2 maart 197i-s deze materie
door ons College op het ministerie van volkshuisvesting en ruimtelijke
ordening besproken met enkele hoofden van dit ministerie. Daarbij Y/'erd
ons in overweging gegeven, om in de maand september 1971 een geargu
menteerde aanvrage in te dienen.
