Wanneer deze ongetwijfeld moeilijk te bereiken overeenkomst niet gereali seerd kan worden, dan zal de koper van het gebouw zich moeten reali seren, dat de eerste schrede naar een mogelijke oplossing er niet is en dat verder praten zinloos is. Derhalve zal de huidige situatie blijven bestaan. Hij zegt uitdrukkelijk een eerste schrede naar een mogelijke op lossing, want partijen dienen zich goed te realiseren, dat er dan be slist ook nog met de gemeente gesproken dient te worden over nog andere problemen De heer GORRISSEN kan de woorden van de heer A.J.Franken grotendeels onderschrijven. Hij merkt nog wel op, dat de vorige Raad een besluit ge nomen heeft en dit ook openbaar gemaakt heeft. Wanneer de huidige Raad op dit besluit terug zou komen en gevolg zou geven aan het verzoek van de heer de Veth, dan zou het vertrouwen in het Stadsbestuur een gevoelige knak krijgen. Dan zou duidelijk blijken, dat een bescheiden man duidelijk in het nadeel zou zijn ten opzichte van een brutale. Spreker vindt het namelijk een brutaal stukje werk van de heer de Veth, dat deze ondanks het feit dat hij gewezen was op de moeilijkheden, die er ook voor hem aan vast zaten, toch gegokt heeft, mogelijk met het idee, dat de Raad dan wel in een dwangpositie een ander besluit zou nemen dan voorheen. Hij vindt daarom ook, dat de Raad geen gevolg mag geven aan het verzoek van de heer de Veth. Wat de heer A.J.Franken vraagt met betrekking tot het rond de tafel brengen van beide gegadigden voor een gesprek, zal zeer moeilijk te verwezenlijken zijn, omdat het twee concurenten zijn. Bei den zullen streven naar een soort zaak, zoals zij zich die voorstellen. Vandaar ook, dat hij in een gesprek tussen deze twee mensen weinig heil ziet. Hij kan de heer A.J.Franken dan ook slecht volgen, als deze zegt, dat het een taak is van het stadsbestuur om deze heren bij elkaar te brengen. De heer A.J.FRANKEN mehkt op, dat hij duidelijk gesteld heeft, dat het niet de taak van de Raad, noch van het College is om hiervoor te zorgen, maar dat de beide heren hiervoor zelf het initiatief moeten nemen. Hij concludeert, dat de heer Gorrissen hem op dit punt verkeerd heeft begrepen De heer VERHOEVEN acht het ten ene male uitgezloten om deze 2 concurenten bij elkaar te brengen om deze zaak in onderling overleg tot een goed einde te brengen. De heer GORRISSEN zegt, dat wanneer hij de heer A.J.Franken goed begrepen heeft, deze dus bedoeld heeft om beide gegadigden met elkaar te laten overleggen om tot een compromis te komen, zonder Burgemeester en Wethou ders en in eerste instantie bij bij te betrekken. Dit betekent dus, dat deze avond door de Raad nog geen besluit genomen kan worden. Zoals de" zaken nu staan heeft de Raad er eigenlijk weinig be moeienissen mee. Indien de beide heren tot een compromis zouden komen is de mogelijkheid aanwezig om het door de Raad ingenomen standpunt te herzien. Wanneer de procedure, die de heer de Veth via zijn advocaat wil gaan aan spannen kans van slagen heeft, dan zal de Raad zich moeten bezinnen over hetgeen hier eigenlijk aan de orde is. Hij zou het zeker betreuren, dat een man als de heet van Sprundel, die de normale weg bewandeld heeft en een afwijzende beslissing krijgt, ten achter zou worden gesteld. Temeer daar het gemeentebestuur door de andere partij, die de hulp van een advo caat heeft ingeroepen, gedwongen zou kunnen worden gevolg te geven aan diens verzoek.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1971 | | pagina 22