24
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden de voorstel
len 8 en 9 aangenomen.
10Voorstel om ten behoeve van de bouw van een clubhuis aan de R.K.
Sportvereniging M.O.C. '17 te Bergen op Zoom:
a. een bijdrage a fonds perdu van 25»000,te verlenen;
b. een geldlening van f. 10.000,-- te verstrekken.
(Dossier nr. 284 A)
(Verzameling 1971, nr. 49).
11. Voorstel om ten behoeve van de bouw van een clubhuis aan de voet
balvereniging F.C.Bergen te Bergen op Zoom:
a. een bijdrage a fonds perdu van 25.000,-- te verlenen;
b, een geldlening van 10.000,-- te verstrekken.
(Dossier nr. 284 A).
(Verzameling 1971, nr. 51).
De heer M.FRANKEN zegt, dat zijn fractie graag accoord gaat met de voor
stellen 10 en 11. Hij wenst M.O.C. en F.C.Bergen geluk met het bereikte
resultaat. Hulde aan de noeste werkers van deze beide verenigingen is
zeker op zijn plaats. Hij vindt het jammer, dat de Raad in een zo'n laat
stadium zijn goedkeuring moet geven, want de gebouwen zijn bijna klaar.
Hij vraagt zich af of het bouwen zo snel ging of het de voorstellen zo
laat kwamen.
De heer DE JAEGER vindt deze voorstellen een duistere zaak. Twee maanden
geleden heeft hij het ook reeds gezegd, maar als men goed geïnformeerd
had dan had men eerder kunnen weten, dat een rijkssubsidie niet verleend
zou worden. Dit zou mogelijk geweest zijn als men een goed contact heeft
met de een of andere ambtenaar, die met deze zaken te maken heeft.
Hij vindt, dat de wethouder een beetje St.Nicolaas heeft gespeeld.
Eerst kan deze niet met de plannen meegaan, want hij wilde slechts een
clubhuis en naderhand verleent hij zijn volle medewerking.
Over dit laatste is hij verheugd. Niettemin wil hij over deze zaak nader
geïnformeerd worden en wel over de bijdragen in twee termijnen.
Men kan deze bijdragen wel ineens uitkeren, want er is al gemeid en de
vlag heeft er al op gestaan. Het verwondert hem, dat deze zaak zo laat
in de Raad komt.
De amateurclubs zitten voor zware financiële lasten. Dat zal in deze
gevallen ook wel zijn, al hoopt hij van niet. Hij vraagt zich af welke
rechten de gemeente op de clublokalen heeft als een van deze twee clubs
onverhoopt mocht worden opgeheven. Dit is uit het besluit niet te halen.
Mevrouw VLUG vraagt waar de andere uitgaven vandaan moeten komen als
deze clubs de rente en aflossing uit de subsidie moeten betalen.
De VOORZITTER wil zich gaarne aansluiten bij de hulde, die de heer M.
Franken heeft betuigt aan de noeste werkers van deze verenigingen.
Het is geen kleinigheid om met de geringe middelen, waarover de clubs
beschikken, de durf op te, brengen om een dergelijk project aan te pakken»
De leden van de commissie voor de gemeente-financiën weten waarom deze
voorstellen zo laat in de Raad komen. In eerste instantie leek de moge
lijkheid te bestaan, dat er een subsidie van C.R.M. ontvangen zou kunnen
worden» Deze mogelijkheid is uit en te na afgestast' en dat heeft tijd
gekost. Er is voortdurend contact geweest met de Inspecteur van C.R.M.
voor Zuid-Nederland en er is zelfs contact geweest met de Staatssecre
taris, de heer van de Poel. Naar zijn mening was men verplicht om deze