De moeilijkheden zijn voornamelijk op punt 3 geconcentreerd en hij is van mening, dat het verstandig zou zijn het voorstel van de heer A.J.Franke te volgen, hetgeen als hij het goed beluisterd heeft overeenstemt met wat in de motie van de heer Wilbers wordt gezegd.,, Hij zou het College willen verzoeken om met betrekking tot punt 3 de opmerkingen, die daaromtrent uit de Raad zijn gemaakt in overweging te willen nemen De heer LEIJS zegt geen groot verschil te zien tussen de door de heer A.J.Franken voorgestelde wijziging en hetgeen op bladzijde 3 bovenaan van het rapport is vermeld. Hij meent toch goed begrepen te hebben, dat de heer A.J.Franken wel geïnformeerd heeft bij de andere leden van de commissie ad hoe. De heer PASSIER zegt naar aanleiding hiervan, dat dit niet het geval is. Tijdens de vergaderingen van de commissie ad hoc is dit heel duide lijk de bedoeling van de meerderheid van de commissie geweest. En..wan- neer de heer A.J.Franken zegt, dat hij namens de meerderheid van de commissie spreekt, dan bedoelt hij daarmee wat er in de commissiever gaderingen gezegd is. De heer LEIJS vraagt zich af, waarom het er dan op deze manier is in gekomen De heer WILBERS zegt het vervelend te vinden, dat de heer Leijs denkt, dat de overige commissieleden contact met de heet A.J.Franken hebben gehad inzake de redactie. Dit is helemaal niet het geval. De heer A.J. Franken heeft kennelijk gedacht, dat hij het iets zuiverder moest stel len. Eerlijk gezegd iets meer in de richting van de minderheid, door er in op te nemen, dat het niet zo moet, maar dat er alleen maar een mo gelijkheid is. Er stond "beslist de commissie" en de vraag is- of de meerderheid dit nu inderdaad als zodanig bedoeld heeft. Hij was misschien wat bevreesd, dat men het zou uitleggen in de trant van de commissie zal altijd zo en zo beslissen, Het is alleen maar een mogelijkheid. En om die mogelijkheid wat duidelijker te accentueren heeft de heer A.J.Franken gedacht, dat hij het beter kon veranderen in "kan de commissie aan de hand van enz.". Ook spreker heeft deze verandering nu pas voor het eerst gehoord en kan er mee accoord gaan. Een en ander moet worden gezien als een verduidelijking van het stand punt van de meerderheid van de commissie. Het moet de heer LEIJS van het hart, dat hij niet direct een essentieel verschil ziet in het woordje "kan". Voorts vraagt hij zich af, of wan neer men elkaar heeft gevonden op dit punt men dan elkaar ook niet kan vinden op hetgeen in het prae-advies van B. en W. staat namelijk, dat in een bepaald geval ook de wethouder de commissievergadering besloten kan maken. Hij wil in dit verband niet spreken van dictatuur, omdat hij van mening is, dat de wethouder wel doorslaggevende redenen zal hebben als deze met een voorstel zal komen om in besloten vergadering te gaan Het kan er bij hem niet in, dat men dit als een onoverkomelijk bezwaar blijft zien. De heer PASSIER brengt in het midden, dat dit toch ook geldt voor de voorzitter bij de Raadsvergaderingen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1971 | | pagina 202