24
Hij wil nog eens heel duidelijk de bedoeling van de gedane mededeling onder ogen
brengen. De burgerzinlening is goedgekeurd. Op die goedkeuring door het Depar
tement van Financiën en vervolgens ook nog door Binnenlandse Zaken, hebben Ge
deputeerde Staten moeten wachten om het Raadsbesluit betreffende de sporthal
te kunnen goedkeuren. De goedkeuring van Gedeputeerde Staten is inmiddels af
gekomen, hetgeen betekent dat nu met de bouw gestart kan worden. Vandaag is er
dan ook eontaot opgenomen met de aannemer.
Spreker heeft met de heer Wilbers de ervaring opgedaan, dat men heel goed op
moet letten wat men zegt, maar hij wil vandaag ook bijzonder goed letten op het
geen hij niet heeft gezegd. De heer Wilbers toonde zich bijzonder verheugd, dat
de Raad voor Jeugd- en Jongerenwerk er komt en dat de wethouder daarvoor reeds
een limiet zou hebben toegezegd. Deze toezegging heeft hij evenwel niet gedaan.
Hij heeft onder meer gezegd, dat er geprobeerd wordt in te schieten in de rijks
subsidieregelingen, die begin 1970 aangekondigd waren, maar die waarschijnlijk
eerst half 1971 zullen worden geëffectueerd. Dit houdt niet automatisch in,
dat hij aan diezelfde limiet gebonden is.
Als men de zaken nu eens omkeert en let op de woorden van de heer Wilbers, dan
heeft die gezegd, dat hij geen belangen had bij de industrieën in Etten. Daarbij
liet hij zich ontvallen "Was het maar waar". Toen kwam bij spreker de gedachte
op van "Hé, zit er in deze democraat dan toch een kapitalistisch verlangen".
De heer WILBERS zegt, dat niets menselijks hem vreemd is.
De heer VAR HEIJST vervolgt en zegt, dat men het eens geworden is over het
woord chaos, zodat hij daar niet verder op in hoeft te gaan. Ook op de aangele
genheid inzake de Zanderijen meent hij niet verder te hoeven ingaan.
Wat het openbaar onderwijs betreft, heeft hij eigenlijk precies hetzelfde willen
zeggen als de heer Wilbers. Hij dacht het zelf ook gezegd te hebben, namelijk
dat men daar in de toekomst ongetwijfeld voor zal komen te staan, Op het gebied
van het economisch administratieve onderwijs is er in Bergen op Zoom een bijzon
der actieve stichting voor handelsavondonderwijs en het zou gewenst zijn, dat
hier ook een dag-meao zou komen. Het middelbaar onderwijs is meer gemeentelijk
gericht, aldus de heer Wilbers. Dit zei deze laatste vooral, omdat spreker ge
zegd had, dat men een en ander moest zien in verband met het totaal van alle
onderwijsvoorzieningen, die al aanwezig zijn. De stelling, dat het middelbaar
onderwijs meer gemeentelijk gericht is moet niet al te strikt worden genomen.
Dit kan duidelijk worden afgeleid hit het feit, dat de middelbare technische
school ook niet zuiver gemeentelijk gericht is. Bergen op Zoom heeft er een,
maar Roosendaal heeft er toevallig geen. Hij wil wel de toezegging doen, dat
het gemeentebestuur gaarne de initiatieven van particuliere zijde zal onder
steunen om tot verdere ontwikkeling in het economisch-administratief onderwijs
te komen en waar mogelijk zelf initiatieven zal ontwikkelen.
Op hetgeen hij over inspraak heeft gezegd is natuurlijk een reactie gekomen. Een
reactie van de BBB in de vorm van een brief, die hij via de heer Franken van de
Stads Partij in zijn bezit heeft gekregen.
Een dergelijke reactie had hij zeker wel verwacht. Maar toch heeft hij de indruk,
dat men aan het slot van zijn gisteren gehouden betoog is voorbijgegaan.
Hij heeft geen bezwaar tegen inspraak, maar wel heeft hij bezwaar tegen het feit,
dat inspraak van bepaalde zij den een te grote betekenis dreigt te krijgen en de
inspraak van WIM bijvoorbeeld zou worden uitgelegd als dè inbreng van de burgerij.
Hij vraagt zich daarom ook af hoe groot die groep wel is en wie zij eigenlijk ver
tegenwoordigt. Hij meent WIM niet te moeten zien als de thermometer van Bergen
op Zoom. Dat hij voorstander van inspraak is getuigen zijn slotwoorden van de
vorige avond, die hij gaarne nogmaals herhaalt. Toen heeft hij gezegd
"Laten we echter hopen, dat de thans aanwezige luide roep naar meer inspraak
en de in enige terreinen aanwezige rustige inspraak een synthese zullen vinden
in een duidelijke grote inbreng van de gehele burgerij in het bestuur van onze
gemeente
Dat de heer Passier het bijzonder opgenomen heeft voor de groep WIM gunt hij hem
wel, maar hij moet dan toch oo.k constateren, dat juist deze inspraak hèt element
was in diens gesprek in tweede instantie .en over sprekers betoog over finan
ciën, grondzaken, sport en onderwijs heeft hij met geen woord gerept.