In de Kieswet staat duidelijk, dat de Voorzitter van het Centraal Stembureau de desbetreffende candidaat-Raadsleden schriftelijk op de hoogte moet stellen van een vacature in de Raad. Men heeft dan vier weken bedenktijd om zich al dan niet voor een zetel beschikbaar te stellen. Een gesprek tussen de personen van de lijst"van der ¥eegen"kon niet plaats vinden, omdat pas óp4 maart 1969 bekend wsra, dat de heer Brouwer zou bedanken voor het Raadslidmaatschap. De personen die voorkomen op de lijst "van der Weegen','zijn door ambtenaren benaderd met de uraag, of zij het Raadslidmaatschap al dan niet zouden .aannemen. Het ig zelfs gebeurd, dat een ambtenaar tot tweemaal toe bij een van de per sonen van de lijst"van der Weegen"is geweest om een handtekening "lo& te Hranden"Hij weet niet in wiens opdracht aldus is gehandeld? de juiste weg is uaar zijn oordeel in elk geval niet bewandeld. Het is voor hem onbegrijpelijk, dat deze zaak op zo'n korte termijn moest worden afgedaan. Door dit initiatief van bepaalde duistere machten was het voor hem onmogelijk om op korte termijn de vereiste stappen te ondernemen. Op 12 maart 1969 was het de Voorzitter van Het Centraal Stembureau reeds bekend, dat in de vacature Brouwer niet meer kon Worden voorzien. Op 13 maart daaraan volgende verloor de heer Willem van der Weegen het leven en op 14 maart wist de pers met betrekking tot de opvolging Van de heren Brouwer en van der Weegen alles haarfijn uit de doeken te doen, terwijl hij -als meest belanghebbende- nog niet eens een berichtje had ont vangen. Op 16 maart verzocht hij de Voorzitter van de Raad in een vertrouwe lijk schrijven om een advies en om een onderhoud. Hij heeft er begrip voor, Hat de Voorzitter toen -nadat hij van een lange reis terugkwam- geen tijd voor Hem had. Hij is bijzonder gebelgd en ontstemd over de manier waarop men getrach Heeft de groep"van der Weegen"zoveel mogelijk uit te schakelen. Hij eist niet ulleen vernietiging van de gewraakte formulieren en verklaringen, maar ook een ttieuwe -volgens de wet opgelegde- procedure met betrekking tot de vervulling van de open-gevallen plaatsen in de groep"van der Weegen'i He heer GORRISSEN constateert, dat de heer Lemette de behandeling van deze i|2aak zakelijk heeft willen houden, maar hij vindt het vreemd, dat hij dan over Huistere machten"gaat praten. Hij wil graag horen welke "duistere machten" Hat dan wel zijn. Hij gelooft niet, dat hier sprake is geweest van een poging °m de groep'Van der Weegen" zoveel mogelijk uit de Raad te weren. Hij meent,dat Ho grote schuld bij de heer Lemette zelf ligt, omdat gebleken is, dat er on voldoende contact bestond tussen de personen van de lijst"van der Weegen". Overigens vestigt hij er de aandacht op, dat de heer A.J.Franken destijds bij Het aftreden van de heer Houg er op heeft aangedrongen om bij de voorziening 111 deze vacature de grootst mogelijke spoed te betrachten. Hij heeft niet ge- Hoord, dat er geprotesteerd is tegen de gang van zaken met betrekking tot de vervulling van deze vacature en om 4 weken bedenktijd heeft de heer A.J. ^ranken helemaal niet gevraagd. Hij vindt het daarom vreemd, dat deze argu menten nu naar voren komen. Hij begrijpt helemaal niet wat er aan de hand is, Bu de betrokken personen hebben bedankt voor het Raadslidmaatschap en er tot °P heden niet gebleken is, dat men op de afgelegde verklaringen wenst terug He komen. He VOORZITTER gelooft, dat over dit soort zaken niet al te lang moet worden besproken, want er dreigt nu van alles te worden bij gehaald, dat er niets ®ee te maken heeft. Toen de heer Brouwer als Raadslid heeft bedankt, is dat °P de normale en altijd gebruikelijke manier niet onmiddellijk schriftelijk Hekend gemaakt aan zijn opvolgers, maar zijn deze personen eerst mondeling fePolst of men het Raadslidmaatschap zou accepteren. Dat gebeurt overal; ook vacatures in de Tweede Kamer. Wanneer men gaat schrijven, dat er een plaats 'ls opengevallen en er komen dan bedankjes, dan ontstaat er vertraging. Haarom is het een heel gewoon gebruik, dat de candidaat-Raadsleden eerst wor- H®n gepolst. Verklaart men tevoren, dat men het Raadslidmaatschap niet aan neemt, dan hoeft de gehele procedure niet te worden afgelopen, waardoor tijd ^ordt bespaard. In de vacature Houg is ook deze weg gevolgd; men heeft ge- Polst of zijn opvolger het Raadslidmaatschap zou aannemen; toen bleek, dat 2Plks het geval zou zijn, is de procedure pas in.werking gesteld. Te Honken, dat in dit geval de waarnemend Voorzitter van het Centraal Stembureau ePaalde manipulaties heeft uitgehaald, is natuurlijk niet waar. Het is zo gegaan, dat de ambtenaren hebben gezegd, dat de eerste.voor benoeming in aan- ^rking komende persoon voor het Raadslidmaatschap heeft bedankt en toen do volgenden gevraagd of zij het Raadslidmaatschap zouden aanvaarden, doordat de Voorzitter op reis ging, heeft hij aan de behandelend arts ge- ^I'aagd. hoe lang raar zijn nenirg de heer van der Wee gen nog zou leven. Oze heeft toen gezegd, dat het een kwestie van 2 weken tot 2 maanden zou Hunnen zijn.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1969 | | pagina 83