- 18 -
Naar zijn mening zal de definitieve school verder in het plan "Meilust" gesitueerd
moeten worden en niet aan de rand van dat plan waar nu de noodschoot komt* Hij xs er
van overtuigdj, dat op deze plaats ook nooit een "basisschool zal komen v_.or "bij
voorbeeld het katholiek onderwijs. De plaats moet men zien als een noodoplossing
en de school dus als een noodschoolc
De heer A.J.Franken verwijt, dat men de hoogte van het leerlingenaantal nxet
tijdig inziet, daar het niet de normale gang van zaken is,dat- de ouders hun
kinderen in januari of februari al opgeven aan het schoolbestuur en hij vinut het
een prestatie van dit schoolbestuur, dat het reeds in- mei over duidelijke cijfers
beschikte over het te verwachten aantal leerlingen» Deze cijxers bleken voor e
schoolbestuur mee te mflmiea gezien de planning voor de gemeente iets tegen te
vallen, maar men zal toch het onderwijs moeten laten prevaleren en aan deze school
alle ontplooiingskansen moeten geven» Als de cijfers uit ^wijzen, dat er 5 klas
sen moeten komen dan moet het voor de Raad voor de hand liggen om daaraan meae
te werken. De cijfers zullen straksook uitwijzen of en wanneer er 6 klassen
zullen moeten komen. Als de Belangstelling van dit onderwijs zo groot blijkt o
zijn, dat er 6 leerkrachten moeten komen, dan meent hij, dat de Raad ook dix zeer
positief zal moeten benaderen.Maar zelfs dan blijft het een noodschool.
De schriftelijke toezegging van de leverancier van de eerste 4 lokalen is van
dien aard, dat deze lokalen tijdig gereed zullen zijn» Als de Raad vanavond een
besluit neemt voor het vijfde lokaal en als de opdracht daarvoor aanstaande maan
dag 2 juni wordt gegeven dan is dat lokaal eind augustus gereed» Hij^heeft reeds
de toezegging, dat Gedeputeerde Staten het benodigde crediet onverwijld zullen
goedkeuren» Hij heeft gemeend in de scholenruil het belang van het onderwijs e
dienen en speciaal het belang van het l.o.ra.-onderwijs en tevens hetprotestants
christelijk onderwijs in het noordelijke stadsgedeelte tot ontwikkeling te brengen,
welke richting van onderwijs in dit gebied inderdaad de beste kansen heeft. Bij
de scholentuil heeft hij de medewerking gehad van zeer toegewijde ambtenaren^en
persoonlijk heeft hij daarvoor hard gewerkt en dan verbaast het hem,^dat er m
de Raad juist op het kritieke moment een spaak in het wiel gestoken dreigt te
worden» Temeer daar door deze scholenruil het leegvallen van een school in
Eergen op Zoom—Oost en daarmede een financiële strop voor de gemeente voorkomen
kan worden. Hij heeft getracht de belangen van de gemeente en van het onderwijs
zo goed mogelijke te dienen en het heeft hem wel eens^ moeite gekost om daarvoor
in de Raad de juiste reacties te ontvangen, waardoor hij mogelijk soms te
emotioneel heeft gereageerd®
De heer A.J. FRANKEN zegt niet te betwijfelen, dat niet alles is gedaan om de
scholenruil zo goed mogelijk te laten verlopen. Hij meent nu te^mogen concluderen,
dat de scholenruil tot gevolg heeft, dat de school aan de Sweelinckstraat een
houten noodschool moet worden,De Wethouder heeft gezegd, dat er op^aeze pha s
nooit, een definitieve protestants chritelijke school zal komen. Hij moeter
dan toch op wijzen, dat juist in dit stadsdeel veel protestants christelijke
gezinnen wonen. De noodschool wordt nu aangepast aan het aantal leerlingen» Hij
"Vraagt zich af of men bij de scholenbouw niet vooruitziet» Naar zijn mening blijk
hat de bouw van een stenen school verantwoord zou zijn geweest en reeds na twee
maanden wordt hij in die mening gesterkt» De bouw van een stenen school is als
het enigszins mogelijk is te prefereren in het belang van de gemeente en het
onderwijs.
De 4-klassige school is reeds besteld, omdat de Raad daartoe heeft besloten»
Het is een democratisch gegeven, dat hij thans niet tegen de^uitbreiding ban
Heze school kan stemmen, maar hij meende wel enige kanttekening bij het voorstel
te moeten maken.
De heer GORRISSEN is blij met de conclusie van de heer A.J.Franken en met^diens
Zorg voor het onderwijs in het algemeen» Het onderwijs mag in deze Raad niet
op kritiek stuiten» Hoe men ook politiek gezien tegenover de huidige Wethouder
van onderwijs staat, men kan toch niet anders zeggen dan dat hij op allerlei
manieren tracht het onderwijs in de stad op een hoog peil te brengen en te
houden. Yoor wat deze scholenruil betreft merkt nij op, dat ook de school-
hesturen geen andere oplossing zien en omdat op deze wijze het onderwijs het
heste wordt gediend staat hij met zijn fractie er geheel achter»
De heer A.J. FRANKEN meent, dat zijn betoog zakelijk was en geenszins bedoeld
Hegen de persoon van de Wethouder,
De heer YAN HEUST is blij met deze algemene instemming» Hij vindt het jammer,
Hat hij de heer A.J. Franken niet heeft kunnen overtuigen, dat gezien de be—
s°h.ikbare tijd de bouw van een stenen school niet mogelijk is. Op de plaats van
He noodschool zal nooit een definitieve school komen, omdat de plaats daardoor
He excentrisch in het plan "Meilust" ligt» Hij meent,, dat de heer A.J. Franken
hem verkeerd begrepen heeft»