-10-
Het doet natuurlijk wel enigszins vreemd aan, dat men in mèi 1969 een verordening
vaststelt ,die geacht wordt op 1 januari 1968 in werking te zijn getreden»
Dit toont' nog eens de onbevredigende gang van zaken in het grondbedrijf aan,
welke gargvan zaken hij enige malen heeft besproken» Maar eind goed al goed en
hij beschouwt deze verordening dan ook als de afsluiting van de reorganisdie
van het grondbedrijf e
In een gezamenlijke vergadering van de commissies voor de gemeentefinancien en
van het grondbedrijf is deze verordening uitvoerig en artikelsgevijze besproken
en na amendering heeft hij er zich mee accoord verklaard.Dit amendament werd
door het College overgenomen, Hetgeen hem uiteraard zeer verheugde»
Na de behandeling in genoemde commissies heeft hij nog een voorbehoud gemaakt
ten aanzien van de erfpachtsvoorwaarden» Hij kan nu echter mededelen, dat hij
na beraad in de gezamenlijke fracties dit voorbehoud intrekt en dus thans met
de verordening in haar geheel kan instemmen»
De oude verordening was beslist niet slecht, maar bleek al of niet met reden
in de praktijk niet geheel te zijn nageleefd» Nu deze nieuwe verordening er is
spreekt hij de wens uit, dat het belangrijke grondbedrijf die aandacht blijft
krijgen» die het moet hebben»
De heer VAN KAAM zou gaarne zien, dat de in artikel 25 van de verordening be
doelde schattingscommissie niet door Burgemeester en Wethouders maar door de
Raad wordt benoemd» Voorts vcdt hij er veel voor om in deze commissie niet het
hoofd van dienst op te nemen om er aldus zeker van te zijn, dat er steeds twee
schattingsrapporten zullen komen» De verordening tisedt in werking op 1 januari
1968 en het is dan naar zijn mening logisch, dat de in artikel 18, eerste lid,
van de verordening vermelde datum van 1 januari 19^9 wordt gewijzigd m 1 januari
1968, zodat de termjavai vijf jaar voor het herwaarderen van de waarde van de gronden
tegelijk met het inwerkingtreden van de verordening begint te lopen.
De heer RATSMA zal de complimenten aan de samenstellers overbrengen» Hij is voorts
van mening, dat als men de verordening leest men kan begrijpen, dat de voorberei
jöig lang heeft geduurd» Nu is er voor wat het grondbedrijf betreft een sluitende
regeling tot stand gekomen» De door de heer van Kaam bedoelde schattingscommissie
betreft'het benoemen van deskundigen en hij meent, dat zulks beter door Burgemeester
en Wethouders kan geschieden, Overigens zal artikel 25 der verordening vrijwel
niet worden toegepast, maar Gedeputeerde Staten wensen nu eenmaal een dergelijke
commissie, waarvan als regel geen ambtenaren deel uitmaken, maar onafhankelijke
deskundigen. Dat de verordening met terugwerkende kracht in werking treedt vind»
zijn oorzaak in het feit, dat per 1 januari1968de boekhouding en_de indeling
van de grondcompiesen op de nieuwe verordening zijn gebaseerd. De in artikel
van de verordening bedoelde termijn is niet van grote betekenissen de daarin ge
noemde datum van 1 januari 1969 had ook 1 januari 1968 kunnen zijn»
He heer TAN KAAM zegt, dat artikel 25 volgens de toelichting op_de verordening
samenhangt met hot bepaalde in de artikelen 6 en 11» Toch zou hij gaarne willen
zien, dat alsnog opgeno&en wordt dat het hoofd van de dienst geen deel van de
schattingscommissie mag uitmaken»
De heer RATSMA herhaalt, dat deze schattingscommissie in feite overbodig is en
vrijwel niet benoemd zal worden, omdat er toch geen vergelijkingsmateriaal be
schikbaar is» Hij heeft geen principiële bezwaren om de in^artikel 18^van de
verordening genoemde datum van 1 januari 1969 le wijzigen in 1 januari 1968»
Het nut van oen wijziging ziet hij echter niet»
De heer VAN KAAM zegt zulks gaarne aan het oordeel van het College over te. laten»
De VOORZITTER stelt dan voor de verordening ongewijzigd vast te stellen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
11. Financiering uitgaven gedurende het derde kwartaax van19,69.,
"(Dossier nr. 122A)»
(Verzameling 1969? nr» 124)®
12» Tnnrstfii tnt het treffen van voo.r2,i^iiinAan-Jjx_v:erba-nd me-t de:.hQ3XM^muaan
vaT'T'.fvr'P'imgflflat aan de DorgvlletaadxaafU-.da_aari.slulleri8e woningbouw langs
de Scheidelaan en de IJssellaan en de bouw ysa_af?h flat aan, .ds_-5za3a-J£Lai^g^
wijkstraat»
(Dossier nr0 46Q,)o
(Verzameling 1969? nr„122)»
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden de voorstel
len 11 en 12 aangenomen»
