-11- De kwestie "grondzaken" acht hij ook zo belangrijk,uat hij meent hic - algemene beschouwingen niet te kunnen voorbijgaan.Hij heeft hierover enkel aesteld,die het inzicht in deze materie noesten scherpen. ÏÏii°kan zich niet aan de indruk onttrekken,dat de grondprijzen in deze gemeen nïtïïtW e" berend zijn.Hatuurlijk «let hij,dat er plaatsen op te noemen zijn waar de prijken weel en weel hoger llggen.Reëel re "et echter ook tontel len,dat Eergen op Zoon net enkele onliggende gemeenten nu n curreren. Laat men de prizen van duurdere grond naar eens net - niet moeilijk Z bepalen waar bijvoorbeel bungalowbouw het aantrekke lijkst is. Als nenile prijzen voor mdustriegrond van Roosendc ZOnder deze gemeente vergeli jkt-dit is niet helemaal mogelijk, omdat dao.r de p ophogingskosten geldt- dan vraagt hij zich toch af of een zeer sterk bcj sing van de kosten die de grondprijs bepalen niet alleszins op h,P In dit verbaand kont spreker terug op het debat dat heeft plaats geh.,d 3 voorlopige vaststelling van de rekening van het grondbeunjf 1965 gemeend hebben, dat dit ging om de administratie van ^VT^ Ïchït^ het be nig, hebben hot gelijk niet aan hun zijde.Met de ueskunaib J Q zwaar van spreker zich tegen het feit,dat er geen verantwoorde exploitatie^ zetten voor de diverse grondeónplexen bestaan*althans, cL.t deze n g worden getoetst en ter inzage werden verstrekt aan do deskundige. He+ eins voorshands niet over de rechtmatigheid van de cijfers,doch veelee over de doelmatigheid c.q.het beleid van het College,dat naar zijn in de mist vaart, ondAt de administratie niet de juiste gegevens kan produceren» ui c mede in verband gebracht met hetgeen hij zoeven opmerkte,is van zoveelbelang, int hïi meent dat de Raad het debat over deze zaak moet afronden.Daar is ook nog een f ormele reden voor, volgens de gemeentewet moet de Raad immers de leu ning vaststellen.Gebeurt dat niet, dat zou artikel 151 ,2e li vu-n ce gomoo wet door het College gehanteerd kunnen worden. brekenins Hij zou daarom gaarne van het College willen vernemen of de bedrijfsrekenxng van het grondbedrijf opnieuw aangeboden wordt^ian denkt het de deskundige goedgekeurde beginbalans per 1 januari l^b.In hoeverre aenkt College de Raad nader in te lichten over het resultaat van de o g 0rderd' odninistratie ven dit bedrijf? In hoeverre is de gang van zaken daar gevorderd. Heeft het College al neer inzicht in het grondbedrijf? Spreker hoopt,dat het College een modus kan vinchen maardoor de Raad de rekening alsnog kan goedkeuren. Kont hierop ïhans van hot College geen concreet jntwoorh d» *a epreher ov we een de Raad te vragen een commissie ad hoc m te stellen, die zal moeten r.,j. uorteren hoe de gang van zaken momenteel is en welke maatregelen er genome dienen te wordontopdat de Raad de rekening van 1965 alsnog voorlopig kan vast- stellen Indien aan genoende verlangens ten aanzien van deze grote beleidskwestxe in geen enkel opzicht wordt voldaan dan zal hij ook van zijn bezwaren doen bH,- ken bij de" stemming over de begroting en de begroting van het grondbedrijf Spreker heeK zoëvfn het woord- •induetrialisatie.baieid" laten vallen rn verband net de grondprijzen.¥11 de industrialisatie bevorderd worden,dan is een rn- riohtings- en stimuleringsbeleid van de overheid noodzakelijk.Onze st„d i al kerngemeente aangewezende resultaten daarvan zijn bepaaldelijk nog mu groots noemen Heeft hot College een 'visie waarom de industrialisatie wat moeizaam .ver- loopt?Heoft de aanwijzing tot kerngemeente ep de industrie voldoende ^tre^^ Hij meent thans echter ook te moeten ingaan op het mnchtingsboleia of opbouwwerk, dat immers noodzakelijk is on een goede industrralisat j heid te hebben. Haar hij meent,is dit een specifiek punt veer de post ooor.i iïfnl echter weet,dat de Stedelijke Raad voor Maatschappelijk °^°™ïerznke „phoel mnnr niet bij-e on gekomen is ,dan meent hij, dat hoe beleic. tekort schiotl Het is een algemeen aanvaardbaar prineipe.dat opbouwwerk een algemene zaak is en deze dient vanuit een algeneen bestuurlijk kader te woi geleid. Hij zou de'Wethouder voor sociale zaken willen vragen waar deze leid g en de noodzakelijke coördinatie is. ni-i+- Hij heeft in het begin gezegd,dat de voorliggende oegrotxng er veel boter uit ziet dan die van vorig jaar. De Ministers van Binnenlandse Zaken en riaa - hebben echter medegedeeld,dat uitkeringen uit het gemeentefond, voo J verder verhoogd zullen worden,hetgeen echter niet geldt voor de gevolgen van s-W - t» isnaatrevelen in de overheidssector .Dit betekent, dat de Raad en het ooi lege alles moeten doen om de grotere ruinten, die de begroting nu verloren te laten gaan.Dit betekent vooral een goede Q ffJ;' ven een eerlijk doch scherp inlcoopbeleid, bevordering van bezuinigingen ,n ciii_ ciency daar waar mogelijk is. Als men daarin kan slagen ,dan komen er meer Ruim ten om met het beschikbare geld neer te iloen.kr zijn nog velo verlangens- nog veel te doen.Spreker wil dit alles aanvaarden als een uitdaging voor ue stad Bergen op Zoon.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1968 | | pagina 61