-11-
De heer NIJPELS verzoekt hoofdelijke stemming over dit voorstel.
Het voorstel wordt aangenomen ifie-t 15 tegen 8 stemmen.
Vóór stemmende heren Verhoeven, van Heij stLeij s BroosRatsma, Radder A. J,Fran- - -
ken,Nuijten,de JaegerLemetteBr cuwervan der Weege_n,Biesheuvel, van Egeraat en
van Kaam. 'V
Tegen/stemmen Mevrouw Videler-Kil en de" heren Notenboom, W,C.Érahkén,Hopmans,
Hijpels,van Leeuwen,Berger en Gorriësen».
De heer van LEEUWEN zegt tegen het in behandeling nemen van het voorstel te
zijn geweest in verband met de vele vraagpunten die er nog bestaap., Zo: kan
het benoemen van de huidige Regenten van het h.B.Gtot- bestuursleden van de
maatschappelijke fundatie in strijd komen met het-daarvoor vast te stellen reg
lement.
De heer RADDER zou in artikel 5 van het reglement opgenomen willen zien,dat bij
voorkeur geen Raadsleden tot Regent worden benoemd^ zulks om vermenging van func
ties te voorkomen.
De heer van 'der WEEGEN zou daarop toch wel een uitzondering willen maken,Hij
heeft horen beweren, dat de heer van Doorn de beste Regent was, die er ooit
geweest is
De- heer RADDER wenst een correctie aan te brengen door daarvan de huidige Re
genten uit te sluiten,
De VOORZITTER zegt er geen bezwaar tegen te hebben, dat in besluit III "punt
4" wordt geschrapt, zodat voor de eerste maal debenoeming van bestuursleden
van de maatschappelijke': fundatie in afwijking van het bepaalde in artikel 2 kan
geschieden. Hoewel het rapport van de 'commissie alleen maar feiten geeft en
niet een beoordeling bevat van dé huidige Pcegenten van het A.E.G. gelooft de
Voorzitter, dat het'een wijze'daad zou zijn de huidige Regenten.van het A,..-B*G.
tot bestuursleden van de maatschappelijke fundatie te benoemen..Omdat het
slechts een reglementswijziging betreft,zouden de huidige Regenten, ook al zou
den .zij niet worden benoemd, toclrnog zitting hebben.
Het-nog vigerende reglement van het A.B.G. kent de verplichting om 3 Raadsleden-
regenten te benomen, die moeten aftreden bij het eindigen van hun Raadslidmaat
schap. De commissie was van oordeel, dat een dergelijke bepaling niet meer in
het reglement moest worden opgenomen. De Raad is nu :geheel vrij in het benoemen
van.de Regenten» Men kan Raadsleden en niet-Raadsleden benoemen.
Indien nu de voorkeur uitgaat om geen Raadsleden tot Regent te benoemen,kan.
daarmede rekening worden gehouden bij de benoeming» Men behoeft dit niet in
het reglement vast te leggen,
De heer van LEEUWEN vraagt of het de bedoeling is, dat de maatschappelijke
fundatie personeel in dienst neemt»
De VOORZITTER antwoordt, dat zulks inderdaad kan.
De heer RADDER blijft er toch bij, dat Raadsleden niet -tot Regent benoemd
moeten kunnen worden. Hij wil elke politieke interventie uitsluiten,
De VOORZITTER merkt op dat dit nooit helemaal kan. Men kan nu de onverenigbaar
heid van Raadslid-regent wel in het reglement opnemen,maar een latere Raad met
een andere samenstelling kan daarover anders denken en deze onverenigbaarheid
weer schrappen.
De heer BERGER zegt, dat Burgemeester en Wethouders toch een aanbeveling moeten
opmaken en dan eigenlijk dit punt in de beoordeling kunnen betrekken,Plaatsen
zij geen Raadsleden op de aanbeveling,dan bereikt men wat de heer Radder en ook
de heer Gorrissen wensen.
De VOORZITTER wijst erop, dat een aanbeviing niet bindend is. Het is geen voor
dracht. De commissie was echter van oordeel, dat de Raad hierin geheel vrij
moet zijn.
De heer RADDER stelt een amendement voor om de onverenigbaarheid Raadslid-regent
in het reglement op te nemen.
De heren GORRISSEN en BERGER steunen dit amendement.
De heer de JAEGER spreekt zijn spijt uit over het voorstel van de heer Radder»
Aanneming zou een motie van wantrouwen zijn tegenover het huidige College van
-Regenten, dat toch ve_el goed werk heeft gedaan.
De heer RADDER stelt dan voor aan zijn amendement een motie van vertrouwen te
koppelen ten aanzien van het huidige College van Regenten.
De VOORZITTER zegt, dat dat vertrouwen gegeven kan worden door straks de huidige
Regenten te benoemen tot bestuursleden van de maatschappelijke fundatie.
De heer RATSMA wil zijn stem. nog toelichten. Raadsleden-regenten zitten op twee
stoelen. Als Begentzijn zij belast met het beheer van het ziekenhuis en als
Raadslid hebben zij een controlerende functie. Hij acht dit moeilijk te combi
neren en daarom vindt hij .het ongewenst, dat een Raadslid lid is van het college
van beheer.
