De heer GORRISSBN meent, dat het ten "behoeve van de "bereikbaarheid van de stad voor auto-bezitters belangrijk is om parkeergelegenheid te scheppen. Hij is voor het^voorstel van het College, omdat men de parkeergelegenheid hard nhdig zal hebben. Ook de middenstand is met een goede bereikbaarheid van de stad gebaat. De heer NIJPELS steunt gaarne de suggestie van de heer A.J. Franken, omdat afbraak van de zuid-west vleugel altijd nog mogelijk is, De heer LEUS zegt, dat het aanvankelijk de bedoeling was om de gehele ka zerne te amoveren en daar voorlopig een parkeerterrein aan te leggen en later een parkeer-garage te bouwen, waarvoor Bergen op Zoom nbrieixtoel nog niet rijp is. Toch zou hij de behoefte aan parkeergelegenheid willen onderstrepen, omdat deze belangrijk is voor de leefbaarheid van de stad. Het creëren van parkeergelegenheid vergt offers, die men zich moet getroostenJii.ss_chdeh. zou dit gebouw nog iets op kunnen brengen, maar men moet het een tegen het ander afwegen. Gezien^de grote investeringen, die nodig zijn om in deze vleugel van het gebouw iets te kunnen doen, komt het hem voor, dat eventuele gegadig den eerdernaar een andere oplossing zullen zoeken, zodat men binnen niet al te^lange tijd toch zal moeten besluiten om het gebouw te amoveren. Hij acht het van belang, dat de mogelijkheid om eerst een parkeerterrein aan te leggen en later een parkeergarage te bouwen wordt opengehouden. De heer A.J, FRANKEN onderkent de parkeerproblemen, maar hij is van mening, dat de Korenmarkt thans nog ruim voldoende parkeergelegenheid biedt en dat men daar de auto nonontoel altijd kwijt kan. Bij afbraak van alleen het oude gedeelte van de kazerne komt er al een heel parkeerterrein bij. Voorlopigis men nog niet aan de bouw van een parkeergarage toemocht dat te zijner tijd wel het geval zijn, dan kan men alsnog de zuid-west vleugel af breken. Nu is er nog geenenkele behoefte om dat vrij goede gebouw af te breken; te meer niet, omdat door afbraak van het oude gedeelte er toch al parkeerruimte bijkomt. Hij stelt voor om de zuid-west vleugel voorlopig van de sloop uit te zonderen. De heer LEUS acht de verkoopmogelijkheden of de mogelijkheden van verhuur zeer gering. Naar zijn mening moet men te zijner tijd toch tot slopen beslui ten, mede gezien de enorme toename van het verkeer en de behoefte aan parkeer ruimte De heer NIJPELS vraagt, of een industrie van buiten, die de zuid-west vleugel van het gebouw wil kopen,hiertoe in de gelegenheid wordt gesteld als het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt aanvaard, De heer LEIJS zegt,da.t,als men in een dergelijk geval wil verkopen, men het structuurplan voor de binnenstad op dit punt moet laten varen. Bij de ver koop van de zuid-oost vleugel blijft de mogelijkheid tot bouw van een par keergarage. Wanneer de zuid-west vleugel zou blijven staan, wordt de mogelijk heid tot bouw van deze garage practisch onmogelijk of veel kleiner» De heer BERGER zegt, dat er naar zijn mening niets verloren is door het slo- pingsbesluit een maand aan te houden. Wanneer er zich binnen dertig dagen gegadigden zouden melden, dan zou de zaak opnieuw bekeken kunnen worden. Komen er binnen die tijd geen gegadigden, dan kan alsnog tot sloping worden besloten. Wanneer men de zuid-west vleugel laat staan zonder dat er een ge gadigde voor is, dan sloopt dit deel van het complex zich zelf wel. De heer LEIJS zegt, dat de sloop van het eerste gedeelte in elk geval moet doorgaan. De zuid-west vleugel zou van sloping kunnen worden uitgezonderd; een besluit omtr -.nt sloping van dit deel van het complex kan eventueel 30 dagen worden aangehouden. De heer van KAAM zegt, dat in een contract met een eventuele tweede koper ook een bepaling moet worden opgenomen, waardoor de mogelijkheid tot bouw van een parkeergarage behouden blijft. Na beraad zegt de heer LEIJS, dat,wanneer het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt aangenomen, het College zich verplicht binnen 30 dagen de zuid-west vleugel niet te slopen. Meldt zich binnen deze 30 dagen geen koper, dan wordt tot sloop overgegaan. De heer GORRISSEN vraagt of die koper iedereen kan zijn of dat dat een bedrijf moet zijn. De heer LEIJS zegt, dat onder"koper"iedereen wordt verstaan. Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel van Burgemeester en Wethouders aangenomen. De VOORZITTER sluit hierna de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 25 oktober 1966. De Secj4tarisS^_uN~~^-DeUfao-arè'itter.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1968 | | pagina 216