I -15- Op de vraag hoeveel de brochure gekost heeft, welke door Gemeentewerken is uit gegeven, kan spreker geen antwoord geven;; de heer Leijs zal deze vraag wel be antwoorden. Vervolgens is de heer Noorman teruggekomen op de onderwijsvergoeding en hij heeft daarbij uitdrukkelijk gesteld, dat het een open zaak moet blijven wan neer dit voorstel in behandeling komt. Het blijft ook een open zaak. Het is in het geheel niet zo, dat de Wethouder van financiën aan de Wethouder van onderwj-js zou kunnen of willen zeggen, dat gaat niet, daar is geen geld voor. De Wethouder van onderwijs zou zich daar ook niet bij neerleggen, denkt spre ker, Het belang van het onderwijs moet hierbij prevs.leren. Spreker vermoedt wel dat de Wethouder van onderwijs zal nagaan wat er voor de toekomst gedaan moet worden en dat dan het geld er voor wel gevonden zal worden. Op de vraag van de heer Van Leeuwen betreffende de telefoonaansluitingen, heeft de Voorzitter reeds ten dele antwoord gegeven. Het gebouw van de tele foondienst is eigendom van de gemeente en wordt door de telefoondienst van de gemeente gehuurd. Het gaat er nu om, dat het gebouw moet worden uitgebreid om aan de nieuwe aanvragen voor telefoonaansluitingen te kunnen voldoen. Wan neer dit de gemeente moet financieren zou het van lange duur kunnen zijn. Daarom heeft men besprekingen gevoerd met de telefoondienst om de mogelijkheid te onderzoeken of de dienst niet zelf het gebouw kan zetten, waardoor de finan ciën daarvoor spoediger zouden kunnen worden verkregen. Die bespreking heeft reeds vorig jaar plaats gevonden en spreker hoopt dat er iets uit de bus zal komen Door de heer Radder is gewezen op de chemische industrie en de levensmiddelen industrie, omdat die het minst gevoelig zijn voor conjuncturele verschijnse len. Het College is daarvan ook overtuigd. Dan komt spreker hij de heer Franken, die een motie heeft ingediend. Eerst zou hij iets willen rechtzetten. De heer Franken heeft opgemerkt, dat spreker zou hebben gezegd, dat het in de sector subsidies zou moeten worden gevonden. Dat heeft spreker naar hij meent niet gezegd. Hij heeft gesteld dat hij de vorige behandeling van de begroting een der Leden meende, dat aan de subsidies iets gedaan zou moeten worden» Het was een toenmalig lid van de KS.P.-fractie dat hiermede naar voren kwam. Toen heeft spreker gezegd, laat men de subsidies in de Commissie stuk voor stuk bezien. Voorts heeft hij medegedeeld, dat het resultaat hiervan zeer mager is geweest en dat er geen bezuinigingen uit zijn voortgekomen. Hij meent dan ook niet dat een deel van de bezuiniging hieruit zou moeten plaats vinden» Thans, aldus spreker, iets over de begroting. Bij het onderzoek van de begro ting in de afdelingen, was het de heer Franken, die zich hierin werkelijk ver diept had. Dat is zeer nuttig. Hij is gekomen met bepaalde cijfers die hij vanavond enigszins heeft herhaald, waarhij een belangrijke toename van de begrotingspos ten werd geconstateerd. Zonder de beschikking over de boeken te hebben kon men er die avond niet uit komen en hij heeft toen gezegd; mijnheer Franken, gaat U maar eens met de ambtenaren hij eikaar zitten en de posten eens rustig bekijken, misschien komt U tot de conclusie dat er toch nog wel redelijke motieven voor deze toename zijn. Men is echter in tijdnood geraakt en er is niet meer van gekomen. Maar toch heeft men er enkele posten kunnen uitlichten en deze aan de hand van cijfers kunnen toelichten. In het antwoord op de vragen is een toelichting gegeven op een post, post 22, die een stijgins vertoont van 22,4'/°' Duidelijk is uiteengezet, welke de oorzaak is van deze stijging* En is een stijging van 108,000,- geraamd. Uiteengezet is dat bij het opstellen van de begroting 1966, dus die van verleden jaar, deze begroting al een half jaar te voren was opgemaakt en dat verschillende verhogingen van deze begroting nadien hebben plaats gevonden, waarvoor men in een later sta dium begrotingswijzigingen heeft aangebracht. Nagegaan is, dat dit ongeveer 11 fo verschil geeft door loonmaatregelen, die door het Rijk getroffen zijn en die door de gemeente dienden te worden overgenomen» Deze 117° vertegenwoordigen een bedrag van 48*000,- welk bedrag dus voor een juiste vergelijking in mindering moet worden gebracht op de verschilpost van 108.000,-, zodat resteert 60.000,-, Bij de raming van dit Bedrag is rekening gehouden met twee in 1966 extra aangestelde ambtenaren en bevorderingen en periodieke ver hogingen, waarmede 36.000,-- gemoeid is. Verder is de vacantietoelage ver hoogd van 4 op 6fo, waarvoor 15.000,- extra geraamd is. Het restant van cir ca 9.000,- zit in verhoging van de posten minimum-loon, kindertoelagen, diploma-toelagen en huurcompensatiesWellicht ten overvloede moet worden op gemerkt, dat alle posten, welke betrekking hebben op lonen en salarissen, bij -16»

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1967 | | pagina 50