11 MBIMl.
GEMEENTERAAD VAN BERGEN OP ZOOM.
TWEEDE VERGADERING
Donderdag, 12 januari 1967, des namiddags om 8.00 uur.
Voorzitter: de heer M.F. Broos, loco Burgemeester.
Aanwezigs Mevrouw Y.M.M. Videler-Kil en de, heren DrsW.C.A. Oomen, P.A.
Gorrissen, D.J.J. Nijpels, A.M.J. Segers, Jos. de Jaeger, A.J. Franken,
P. Brouwer, P. Ratsma, J. van Leeuwen, D. Nuijten, Drs. P.G.M. van Heijst,
N.A. van Kaam, W.C. .Franken, D. Leijs, V.C.A. Verhoeven, C-.ALemette,
Drs. M.J. Berger, E. Noorman, M.F. Broos, L.C.M. Radder, J.H. Houg, C.
Biesheuvel, W.F.M. van Egeraat.
Afwezig met kennisgeving wegens ziekte: de Burgemeester, de heer Drs.
L.J.M. van de Laar.
Secretaris: de heer Mr. J.C.A.F. Kuijpers.
De VOORZITTER opent de vergadering met gebed, waarna hij de tweede ronde van
de algemene beschouwingen over de begroting 1967 aan de orde stelt,
npreker merkt op, dat de besprekingen van gisterenavond hem iets uit de hand
gelopen zijn, maar hij hoopt dat dit met de replieken, die van de zijde van
de Raad naar voren zullen worden gebracht, niet het geval zal zijn. Hij heeft
nog een ogenblik overwogen een tijdslimiet te stellen aan de spreektijd, hij
vertrouwt echter dat met medewerking van de Raad deze avond niet geheel ge
wijd behoeft te worden aan de algemene beschouwingen.
Spreker vraagt wie van de heren die gisterenavond aan de algemene beschouwin
gen hebben deelgenomen, daarvan nu in tweede instantie gebruik willen maken.
.Hiervoor geven zich op de heren Berger, Nijpels, Noorman, Van Leeuwen, Radder,
Biesheuvel, A. Franken en De Jaeger.
De heer BERGER vraagt of het hem is toegestaan op te merken, dat hij
naar^zijn mening maar een mager antwoord gekregen heeft op de suggestie, wel-
me hij heeft gedaan tot het instellen van een gezamenlijk avondspreekuur van
de heren WethoudersMen zal deze in overweging nemen, maar als hij het goed
eluisterd heeft, zal men nog liever een andere oplossing overwegen dan de
gedane suggestie. Indien hier geen positiever geluid kan worden gegeven, dan
moet spreker -al gaat het tegen zijn overtuiging in - adviseren het politiek
spreekuur voort te zetten. Omdat spreker het geen fraaie figuur vindt dat het
politiek spreekuur wordt gehouden onder auspiciën van de landelijk georgani
seerde partijen, heeft hij schriftelijk aan de Burgemeester medegedeeld, dat
hij het spreekuur liever zou zien voortgezet onder auspiciën van het Senioren
convent van de Raad. Hij heeft de Burgemeester daartoe verzocht het Senioren
convent samen te stellen.. Dit is tot heden nog niet gebeurd. Men belijdt wel
re wenselijkheid van een zo ruim mogelijke informatie, maar zijn klacht is,
dat men er te weinig aan doet. Komt de informatie te berusten bij andere per-
sonen^dan de heren Wethouders, dan treedt weer hetzelfde euvel op als bij het
politiek spreekuur, dat men voor de laatste informatie toch weer is aangewe
zen op het College van Burgemeester en Wethouders.
Spreker gunt de heer Ratsma graag het recht met hem van mening te verschillen
over de mate van bewegingsvrijheid van de gemeente. Het zal, naar hij meent,
ook wel een kwestie van accentverschil zijn. Maar, wanneer hij van de heer
Ratsma verneemt dat deze geregeld telefoneert met Gedeputeerde Staten om te
informeren hoeveel geld er voor de gemeente Bergen op Zoom uit de "pot" be
schikbaar komt, dan meent hij dat zijn bewering, dat de gemeente nog nauwe
lijks een eigen leven leidt, niet zo ver bezijden de waarheid is. Spreker
estrijdt de bewering van de Wethouder, dat met een kleine jaarlijkse cor
rectie van de voorschotheffing het vorderingenbestand van de gemeentebedrijven
binnen aanvaardbare proporties kan worden gehouden. Men zal dan tenminste een
verscnil moeten maken in het bedrag van de voorschotheffing voor de zomer
en voor de wintermaanden.
De Wethouder heeft zijn betoog voor grotere zelfstandigheid van de ambtenaar
verceerd begrepen. Hij propageert met die grotere zelfstandigheid geen vrij
brief voor de ambtenaar om van bepaalèfe voorschriften af te wijken, maar wel,
dat die ambtenaar die voorschriften mag interpreteren naar de geest en niet
naar de letter. Wethouder Ratsma stelt nu dat samenwerking van bovenaf wordt
gewenst en gepropageerd en hij vindt dit een positief goed. Spreker sluit
-2-
