-10- citeit zou komen, doch dat zulks bepaald niet nodig is. Spreker eens gedacht aan een vorm, waarin het rapport op discrete wijze zou kunnen worden gegeven. Het rapport geeft een aanduiding van de formatie en daarnaast zal men er ook uit kunnen lezen hoe de moeten en zou kunnen zijn. De VOORZITTER merkt op dat dit werkelijk niet juist is. De heer NOORMAN meent, dat het toch een inzicht geeft in de formatie. De VOORZITTER zegt, dat de heer Noorman de formatie desgewenst kan ontvangen, daar is beslist geen bezwaar tegen. De heer NOORMAN meent, dat de formatie toch getoetst is door het uitvoerend bureau De VOORZITTER geeft de verzekering, dat de- formatie niet is getoetst. De heer Noorman kan de formatie morgen in zijn bezit hebben. Het Stoelrapport bevat geen voorstel tot verschuiving in de formatie, noch voorstellen tot verandering van taken. Wanneer dat wel het geval was, zou hij gelogen hebben. De heer NOORMAN meent, dat het toch een beschrijving is van de situatie zoals men die heeft aangetroffen en dat het rapport een waardering aangeeft. De VOORZITTER zegt, dat het alleen een waardering is. De heer NOORMAN meent,dat het rapport een inzicht moet geven in de formatie, men dergelijk rapport, waarvoor de Raad drediet geeft, moet de Raad ook ter inzage kunnen hebben, door de nodige waarborgen omgeven. Hij heeft er geen behoefte aan het rapport "op straat te brengen" en spreker is van mening, dat geen enkel Raadslid daartoe behoefte gevoelt. De VOORZITTER meent, dat men niet tot elkaar kan komen. Hij hoopt da,t men de nota nadrukkelijk zal lezen. Wanneer de Raad inlichtingen wenst over een be paalde bevordering of een bepaalde niet-bevordering, dan kan één van de over wegingen van het advies van Burgemeester en Wethouders gegrond zijn geweest op mededelingen welke in het Stoelrapport zijn aangetroffen. De heer NOORMAN wenst niets van een bepaalde ambtenaar te weten. Zonder hoofdelijke stemming worden de stukken a tot en met ee voor kennis geving aangenomen. ffNederlandse Stichting Consultatiebureaux voor Huwelijks- en Geslachts leven te s-Gravenhages-Gravenhage17 april 1967. Subsidie-aanvraag. Voorgesteld wordt adressante te berichten conform concept-brief nr. 13/123A. De heer VAN DER WEEGEN is het met het College eens, dat men, waar het in het geheel niet kan, thans het standpunt moet innemen, dat, hoe betreurenswaardig men het - zekér voor 'het Nederlands Astmafonds aldus spfek'er -- ook- vindt momenteel geen subsidie aan adressante kan worden verleend. De VOORZITTER meent dat punt gg hiermede eveneejas is afgehandeld. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. gg. Stichting Het Nederlands Astmafonds te Utrecht, Utrecht, 27 april 1967. Subsidie-aanvrage voor het jaar 1968. Voorgesteld wordt adressante te berichten conform concept-brief nr. 15/123A, Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 4. Voorstel tot benoeming van een lid van vaste Commissies uit de Raad in de vanture A.M.J. Segers. (Dossier nr. 17B) (Verzameling 1967, nr. 104). De heer GORRISSEN stelt candidaat voor de Commissie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen: de heer Notenboom en voor de Commissie voor de Bedrijven: de heer Hopmans Bij enkele candidaatstelling worden beiden bij acclamatie gekozen verklaard. heeft wel ter inzage de bestaan- formatie zou -11-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1967 | | pagina 216