Ten aanzien van het beleid van de plaats van vestiging, opname-capaciteitin richting en beheer van een regionaal woonwagenkamp - en dit zou spreker ook willen stellen aan het adres van de heer Radder - hebben de 19 deelnemende ge meenten in West-Brabant haar taak ten aanzien van het woonwagenwerk overge dragen aan het bestuur van het Woonwagencentrum West-Brabant» In artikel 13, 1e lid, van de gemeenschappelijke regeling staat n.l,,dat de bevoegdheden van regeling en bestuur, toekomende aan de Raden respectievelijk de Colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten ten aanzien van het woonwagencentrum voor het gebied van de gemeenten bij uitsluiting worden toege kend aan en uitgeoefend door het algemeen bestuur respectievelijk het dagelijks bestuur van het Woonwagencentrum West-Brabant» Door het toetreden tot deze intergemeentelijke regeling heeft de Gemeenteraad zijn bevoegdheden en verplichtingen met betrekking tot de inrichting en exploi tatie van een woonwagenkamp overgedragen aan het bestuur van het Woonwagencen trum West-Brabanto "De Gemeenteraad is",aldus spreker, "dus niet bevoegd tot het oprichten van een tweede regionaal kamp in Bergen op Zoom, tenzij de deelname aan de gemeen schappelijke regeling wordt opgezegd,hetgeen dus zou inpliceren een zeer ster ke kostenstijging door een nieuw op te richten kampwaardoor de deelname van de gemeenten,gespreid over twee kampen, veel kleiner zou zijn en de kosten daarintegen belangrijk hoger". Indien er dus al een tweede woonwagenkamp zou dienen te komen, hetgeen spreker persoonlijk toch in twijfel blijft trekken, dan zal de plaats daarvan dienen te worden bepaald, door het bestuur van het Woonwagencentrum West Brabant, Daarbij doet zich nog een andere moeilijkheid voor, omdat in artikel 25,2e lid, van de intergemeentelijke regeling is bepaald, dat, - indien een gemeente zou willen uittreden, zulks alleen kan plaats vinden in het vijfde kalenderjaar na dat van de toetreding en dan vervolgens telkenjare, zij het dan onder bepaalde omstandigheden» Deze intergemeentelijke regeling heeft de goedkeuring-gekregen van Gedeputeerde Staten dd» 24 november 1965 en is derhalve in werking getreden op 1 januari 1966» Uittreden uit deze regeling zou voor alle gemeenten dus pas mogelijk zijn na 1 januari 1972, Intussen staat het wel vast,dat het woonwagenkamp "Kortjan" in ieder geval moet worden geliquideerd. Bovendien laat de financiële positie van de gemeente niet toe,dat er voor voorzieningen die slechts gedurende een korte tijd effectief zouden zijn hoge uitgaven worden gedaan» Dit laatste neemt natuurlijk niet .weg, dat er hoognodige voorzieningen dienen te worden getroffen» Burgemeester en Wethouders hebben dan ook inmiddels een burger-kampcorveeër aangesteld op het kamp; bij de ingang van het kamp is de electrische verlich ting vebeterd, terwijl bovendien op het kamp meerdere schakelkasten zijn of worden aangebracht,waardoor het aantal aansluitingen op het lichtnet kan wor den verhoogd»Yoorts is een gedeelte van het kampplein met puin verhard,terwijl momenteel via gemeentewerken plannen worden voorbereid voor een verdere verhar ding. Ook het gebruik van de telefoon door de kampbewoners is beter geregeld» Men mag echter bij dit alles niet vergeten,dat één van de belangrijkste oorzaken van de moeilijkheden iss de overbevolking van het kamp. De oorzaak van de zeer grote toeloop naar de "Kortjan" moet worden gezocht in de omstandigheid, dat een niet onbelangrijk deel der bevolking de regionale, goed ingerichte kampen verlaat, omdat er in die kampen minder vrijheid is en men de kleinere, minder goed geoutilleerde kampen prefereertuit hoofde van een grotere vrijheid» Daarnaast is er natuurlijk de moeilijkheid voor de gemeente doordat de totstandkoming van het regionaal kamp te Roosendaal langer op zich laat wachten dan was voorzien» Daardoor ook is Roosendaal in dezelfde moeilijk heid gekomen als Bergen op Zoom» De Raad mag niet vergeten, dat de "Kortjan" krachtens een beslissing van Gede puteerde Staten slechts een aantal staanplaatsen mag hebben van 35, "terwijl het gemiddelde wel is te stellen op 50 a 60 wagens» Een alternatief zou dus kun nen zijns het verwijderen van de meerdere wagens op het kamp.Daarvoor is echter de medewerking nodig van "Justitie"die echter niet ingrijpt,omdat ook zij machteloos is» Door de heer Radder is er o„m» voor gepleit om het kampeerterrein "De Heide" in de wintermaanden te benutten voor zogenaamde "langkampeerders van de "Kort jan", waardoor er ruimte zou komen op het bestaande kamp voor de zogenaamde "doortrekkers". Afgezien van de vraag of ons recreatie-terrein hiervoor moet worden benut - het heeft namelijk een geheel andere bestemming - geldt toch ook hier de onmogelijkehid tot het verwijderen van de woonwagens als het zomerseizoen aanbreekt". Deze suggestie, hoe goed ook bedoeld, lijkt spreker daarom onuitvoerbaar.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1967 | | pagina 153