-34- g.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 19^7 (7e wijziging)5 h.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 (8e wijziging)^ i.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 (14e wijziging) °s j.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 (15e wijziging)5 k.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 (16e wijziging) en wijziging van de begroting van het gemeentelijk grondbedrijf voor het dienstjaar 1967 (1e wijziging). De heer AFRANKEN merkt op, dat er vanavond hier en daar nogal woorden van lof gesproken zijn en dat het hem daarom spijt, dat hij nu nog even een ander ge luid moet laten horena Gaarne zou hij even willen blijven stilstaan bij de eerste wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 en dan speciaal bij de post die een verhoging betekent van 95000,zijnde een raming van y/o meer over alle materiële kosten over alle begrotingshoofdstukken gerekend. Tijdens de behandeling van de begroting 1967 heeft spreker erop gewezen, dat hij zich ongerust maakte over een te sterke stijging van sommige uitgaafposten. Een en ander- is momenteel, conform de toen gedane toezegging, onderwerp van gesprek in de Commissie voor financien. Nu krijgt de Raad weer een aantal ver hogingen voorgelegd,waarbij ook posten zitten waarover hij reeds sprak al posten van uitgaaf welke naar zijn mening ineens te ver doorschieten» Men kan zich misschien voorstellen, veronderstelt spreker, hoe hij over deze post van extra uitgaven denkt. Hij heeft dan ook reeds in de Commissie voor financiën duidelijk gesteld, dat hij thans niet voor deze post kan zijn. Spreker wil gaarne zijn motieven aan de Raad voorleggen. Tijdens de behandeling in de Commissie voor financien had spreker nog de indruk, dat. deze post 95»000,--gedekt werd door een nieuwe verhoging uit het gemeente fonds .Kennelijk bleek deze indruk niet juist te zijn, want deze verhoging uit het gemeentefonds zit al in de begroting 1967De dekking moet bij deze eerste wijziging dan ook komen uit de saldoreserve. De Raad mag er wel eens goed kennis van nemen, dat thans ai 274^000,uit deze reserve moet komen om de begroting te doen sluiten. Dit kan zijns inziens zo niet doorgaan en hij vreest, dat men met de gevolgen beslist spoedig geconfronteerd zaLworden in de vorm van enkele flinke tariefs-, belasting- en retrihutieverhogingen. Tijdens de behandeling van de begroting 1967 heeft spreker ook reeds gezegd,dat hij begriï) heeft voor de kostenstijgingen welke zich voordoen, maar dat het College des te meer de plicht heeft om te trachten deze kostenstijgingen beter te beheersen. Spreker wees reeds op een zeer sterke stijging van sommige uitgaafposten. Hij had nu zo gaarne eens gezien,dat men tenminste getracht had om deze 3^-stijging, welke zijns inziens voor sommige posten beslist niet behoeft te gelden,op te vangen door verbeteringen in efficiency en mogelijke besparingen. Hij dacht, dat dit laatste zeer goed mogelijk v/as, omdat men het hier heeft over de materiële kosten In dit verband zou spreker het College nog eens willen wijzen op het inkoopbeleid dat gevoerd wordt. Hij kan zich niet aan de indruk onttrekken,dat dit beleid min of meer verstard is en dat een frisse aanpak wenselijk zou zijn. Een sprekend voorbeeld hiervan heeft men gehad in de laatste Raadsvergadering, Spreker zegt, dat er een schrijven is gericht aan alle hoofden van dienst,waarin staat,dat in de concept-begroting 1967 een verzamelpost is gemaakt voor de vermoedelpte gevolgen van de stijging van het prijsniveau met y/o. "Vaar stond deze post?", vraagt spreker. De brief gaat dan verder met de uitnodiging om maar op te geven hoeveel verhoging men dan we], wenst of heeft. Natuurlijk aanvaardt men deze uitno.diging gaarnej dit is begrijpelijk,Spreker kan een dergelijke brief niet erg waarderen. Deze brief is ongetwijfeld bedoeld als een administratieve maatregel,om meer inzicht te krijgen in de begroting,maar de brief kan even goed worden uitgelegd in deze zins Mijne Heren, we hebben ruimte en geeft U dus maar op hoeveel U denkt nodig te hebben, Onmiddellijk wil hij aannemen,dat men niet onnodig geld uitgeeft,maar waar blijft de prikkel,de stimulans om te komen tot betere beheersing van uitgaafposten? "Laat men zich beijveren om te trachten uit te komen met de cijfers van de eerste begroting. Lukt dat niet,dan is er ten minste een stimulans gwweest en dan kan men nog bij de Raad aankloppen". Nu betekent het een machtiging om het bedrag van 95«OOQ?-~ mogen uitgeven. Gezien de vele andere stijgingen van uitgaafposten,gezien de noodzaak van een frisse aanpak van het inkoopbeleid, gezien de noodzaak van een stimulans tot betere beheersing van uitgaven en aangezien bij de huidige economische toestand een verhoging van alle materiële posten beslist nog geen feit is,zou spreker het College en de Raad willen vragen om deze verhoging van ƒ.95»000,voorlo pig terug te nemen, resp. niet te aanvaarden.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1967 | | pagina 133