I De heer MIJPELS merkt op,dat hetgeen de Wethouder zegt niet waar is.Hij geeft een trap achteruit door te zeggen, dat er de vorige 4 jaren ook niets aan is gedaan. De Wethouder heeft thans een aanlooptijd gehad van 4 jaren om dat te bereiken. Dat hij een trap achteruit zou geven, had spreker niet verwacht en dat vindt hij ook niet leuk. De heer GORRISSEN heeft niet veel meer erover te zeggen.Slechts dit, dat hij niet goed begrepen heeft wat de K.S.P. bedoelt; men spreekt in raadselen. De heer NOORMAM merkt op, dat,al hoewel er inderdaad "oude koeien zijn opge haald", hij daaraan geen behoefte heeft gehad. Hij heeft alleen geconstateerd, dat de heer Gorrissen gesproken had van schoolbesturen die het hoofd in de schoot hadden gelegd en berust hebben in de vergoeding die gegeven werd. Aan de andere kant heeft de Wethouder gezegd,dat er geen zunnig overleg mo gelijk was. Aan dit laatste twijfelt hij; er was natuurlijk wel zunnig over leg mogelijk. Laten er enkele schoolbesturen zijn geweest waarmede niet te praten was, maar er waren altijd schoolbesturen waarmede wel te praten was op basis van redelijkheid. Het is daarom niet juist om te zeggen, dat er geen zinnig overleg met de schoolbesturen mogelijk was. Vorig jaar heeft spreker een lang betoog hierover gehouden en de nadruk erop, gelegd,dat er scholen zijn die schoolgeld hebben moeten invoeren om de kwaliteit van het onderwijs, zoals dat noodzakelijk is, te kunnen handhaven. Spreker is er verheugd over,dat het overleg tot stand is gekomen, maar hij is er niet van overtuigd, dat er in het verleden geen zinnig overleg mogelijk wase De heer RADDER vindt het importuum om op het ogenblik te gaan zoeken waar de schuldvraag ligt. Spreker vindt het prettig,dat alle moeilijkheden,welke men in het verleden heeft beleefd, totaal zijn opgelost. Aan wie de schuld? Spreker meent, dat de Wethouder te kennen heeft gegeven, dat ook hij daarin een aan deel heeft gehad. De heer van IiEIJST meent, dat zijn woorden verkeerd zijn uitgelegd,Hij heeft gezegd,- en daarvoor schaamt hij zich niet, dat hij 4 jaar nodig heeft gehad om het vertrouwen van de schoolbesturen te winnen en hij heeft er bij gezegd,dat er anderen, zijn geweest die dat in 4 jaar niet hebben kunnen winnen. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voorstel van Bur gemeester en Wethouders besloten, 23.Voorstel tot het vaststellen van het bedrag per leerling,dat voor het jaar 1967 voor buitengewoon lager onderwijs beschikbaar gesteld zal worden, (Dossier nr. 215E). (Verzameling 1967? nr. 37)0 Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 24.Voorstel tots a)wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1966 (167e wijzi ging) b)wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1966 (168e wijzi ging), wijziging van de begroting van het gemeentelijk grondbedrijf voor he dienstjaar 1966 (19e wijziging) en wijziging van de begroting van het ge meentelijk woningbedrijf voor het dienstjaar 1966(9e wijziging). Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 25.Voorstel tots a.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 (1e wijziging) wijziging van de begroting van het gemeentelijk electriciteitsbedrijf voor het dienstjaar 1967 (1e wijziging), wijziging van de begroting van de ge meentelijke dienst voor sociale zaken voor het dienstjaar 1966 (1e wijzi ging) en wijziging van de begroting van het openbaar slachthuis voor het dienstjaar 1967 (1e wijziging) b.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 (2e wijziging) c.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 (3e wijziging) d.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 (4e wijziging) e.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 (5e wijziging) f.wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1967 (6e wijziging) en wijziging van de begroting van de dienst van gemeentewerken voor het dienstjaar 1967 (1e wijziging);

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1967 | | pagina 132