-24-
2e heer van der WEEGEN.vindt het een prettig geluid te horen, dat men probeert
de jeugd op te vangen» Voorheen is dat ook wel degelijk gebeurd in een soort
patronaat, maar dat dit negatief zou zijn geweest ,wil hij bestrijden»
2ie tijd is voorbij en nu zou het mogelijk wel negatief zijn, het past niet
in deze tijd, dat ziet men zelf ook wel in. Vandaar dat men dit werk laat
varen, maar destijds is het wel degelijk positief geweest»
2e heer KOOIMAN zegt, dat,als hij het woord "wij" gebruikt,hij niet bedoelt
in het pluralis majestatis te spreken. Hij wil slechts zeggen, dat"wij"in-
genomen zijn met de nieuwe verordening,die een verdere uitbouw betekent
van de subsidie van de jeugdsport» Spreker zou alleen hierbij willen opmerken,
dat, voor zover er eventueel verschil van mening is in het College,dit moge
lijk tot uitdrukking had kunnen komen in het prae-advies.
2e VOORZITTER zou willen beginner net ea^rtwoord te geven van het College en
daarbij in te haken op de woorden van de heer Berger. Baarbij wil hij zich
in het bijzonder richten tot de heer Radder,maar toch ook tot alle leden.
Wanneer men van "inside-information"spreekt, dan is niet bedoeld het standpunt,
dat Leden van het College hebben ingenomen, maar het moet bedoeld zijn als
informaties - die gegeven zijn in een Commissievergadering. Zo is het niet be
treurenswaard,'. maar het zou inderdaad betreurenswaard zijn,wanneer men inside-
information uit het College ter tafel bracht. Wanneer een der Leden van het
College zich tegen dit voorstel zou hebben verzet dan zou dit in een minder
heidsnota ter tafel zijn getracht. Het is volmaakt ongebruikelijk en ongewoon
uitvoerig te vertellen hoe de meningsvorming in het College is geschied» Bat
zou een novum zijn. Als het nodig was,zou er een minderheidsnota zijn gegeven?
maar om iedere indruk,-dat er een bepaald verschil van mening wasjweg te nemen,
zou hij willen zeggen -en dat mag hij namens het College doen- dat hierover,
zoals over ieder voorstel, in het College gediscussieerd is»
"Men veronderstelt toch niet',' meent spreker,"dat ieder voorstel plotsklaps
wordt aanvaard?"Bij geen der Leden is het belang van de jeugdsport in twijfel
getrokken, maar gevraagd is;"Kunnen wij dit geld uitgeven?"Bat is gebeurd in
dit geval en dat gebeurt bij iedere subsidie die ter sprake komt.
Bat kan hij veilig mededelen? dat is een normale gang van zaken.Dan wordt ook
afgewogen wat een redelijke verhouding is tussen de subsidie en de eigen bij
drage» Zonder het standpunt van de Leden van het College afzonderlijk te noemen,
kan spreker mededelen, dat hierover op de meest normale wijze is gediscussieerd,,
Het College zou zijn plicht hebben verzuimd wanneer het niet over deze twee
punten had gediscussieerd» Iiij vindt het onjuist,dat men een van de Leden van het
College tegenover onwilligen plaatst, die overtuigd moeten-Whdeii. Zo/ikénnhot gist ge>
weest zijn en zo is het niet geweest,met de motieven hier genoemd,Het motief iss
Wat kunnen we doen en wat is de verhouding tussen subsidie en eigen bijdrage?
De heer van HEIJST wijst er op, dat de mogelijkheid is opengelaten, dat deze
inside-inforiiEfcion is verstrekt in de Commissie voor Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen en dat wil hij ten stelligste ontkennen»
De heer RATSI1A deelt mee, dat het in de Commissie voor financiën is geschied,
De heer NIJPELS zegt de Wethouder voor Onderwijs wel te kunnen volgen, als
hij begrijpt wat hij bedoelt.
De VOORZITTER gelooft, dat men deze kwestie verder moet laten rusten, maar nodig
was het de indruk weg te nemen, dat er hierover enig meningsverschil was in het
College,
Het College staat in zijn geheel achter het voorstel.
De heer RADDER geeft toe, dat hij met de formulering "inside-information" een
heel verkeerde indruk heeft gegeven van de gang van zaken. Hij heeft de op
merking gemaaktomdat er een wanbegrip bestaat in de stad omtrent het beleid
"van Burgemeester en Wethouderszoals zij het doen en onbegrip over de wijze
Waarop de Raad daarop reageert. Hij zou het verkeerd vinden, dat een Raadslid
inzage kreeg van de finesses waarop een onderwerp in het College behandeld isü
Daarover is hij het met de heer Berger eens. Zijn bedoeling was uiting te ge-
ven hoe de polsslag in het College is, dat er geen kwesties zijn en men elkaar
altijd vindt en een weg neemt, maar ook,dat er ergens dynamiek in het College
is, een wederzijds gesprek, dat tenslotte kan uitmonden in de sterke argumenten
van de partner» Dat door sterke argumenten van de partner bepaalde mogelijk
heden door het College worden geaccepteerd,vindt zijn registratie in het voor
stel.
he VOORZITTER stelt het op prijs, dat de heer Radder het betreurt de kwestie
°P deze wijze aanhangig te hebben gemaakt,maar hij wil er toch nog op wijzen,
iat hij de dynamiek verkeerd heeft geïnterpreteerd,Het ging uitsluitend over
twee punten,welke hij heeft genoemd.