Het eindresultaat van de besprekingen met de ambtenarenorganisaties is geweest,dat en unnerzijds geen bezwarent^genbestean dat Burgemeester en Wethouders zich informe ren omtrent de inhoud van de functies, wat als leidraad moet dienen bij het promouiebeleid,doch dat de organisaties zich wel verzetten tegen invoering van een systeem, nu een systeem landelijk uitgedokterd wordt, urgemeester en Wethouders zullen zodra de landelijke gegevens bekend zijn, op deze zaak nader terugkomen iphefc georganiseerd overleg. Daarbij zullen tevens worden besproken de mensen die in de werkclassificatie geplaatst zijn, de hand-arbei- hers, nu BTambtenaren. Er is een streven merkbaar om de bestaande verschillen ussen hoofd- en handarbeiders te laten vervallen en hierover worden bespre- mgen gehouden in de landelijke commissie, Tenslotte is afgesproken omtrent -e invoering van een systeem,dat de ambtenaren-vertegenwoordigers in georgani seerd overleg, plaatselijk dus,zullen worden gehoord vooraleer het College vari Burgemeester en Wethouders tot invoering van een systeem zal overgaan. et gaat er het College zuiver en alleen om richtlijnen te krijgen en dat het -jOllege objectieve maatstaven heeft, los van wat door de hoofden van takken van dienst voorgesteld wordt, waaruit men vergelijkenderwijs kan beoordelen of wat voorgesteld wordt al dan niet juist is. Het is dus niet iets wat bindend is,maar er kunnen bepaalde omstandigheden zijn, dat door Burgemeester en Wethouders van wat in een functie-omschrijving wordt voorgesteld,kan worden afgeweken.B.v.zal voorambtenaren op bepaalde leeftijd, die de pensioengerechtigde leeftijd gaan ereiken, de mogelijkheid bestaan sociale indicatie toe te passen, Heu gaat er'het College zuiver en alleen om richtlijnen te hebben bij het promotie- eleid,opdat men niet, zoals in het verleden, in de mist moet varen, oor^de heervan der Weegen isr gezegd, dat hij vreemd staat tegenover dezeuitgave en^hij verwijst naar het particuliere bedrijfsleven,waar dit niet het geval zou zijn. Spreker moet deze mening bestrijden; hij weet zeker,dat ook in grote be- rijven een functie-onderzoek plaats heeft. Men heeft ook daar een apparatuur opgebouwd,waarbij het functie-onderzoek van belang kan zijn.Door dhr.Nijpels is ge- vr&OGd of, wanneer-een rapport uitgebracht wordt door het Bureau Personeelsbeheer ai gaasafcie vaadeverni^ngvanllederlandse Gemeenten, dit ook voor de Raad ter inzage kan worden gelegd. Dat kan spreker niet toezeggen, maar hij wil het wel in het o lege bespreken. Door de heer Nijpels is gedoeld op een soortgelijk rapport, maar spreker zou er op willen wijzen, dat dit geen soortgelijk rapport is ge weest, maar een efficiëntierapport van een onderzoek,dat gedaan is door een ureau^voor de dienst gemeentewerken en de gemeente-bedrijven.Dit ging over de ezetting van deze diensten, losvrn de salariëring en ook los van de arbeidsvoor waarden. De heer BERGER is dankbaar voor de uiteenzetting. Hij had ook wel gedacht, dat e niet de^bedoeling kon zijn, dat de organisaties een belemmering zouden zijn voor de vrijheid van Burgemeester en Wethouders om van de resultaten van het rapport gebruik te maken. niet» v. Ha's®a^e_ in het voorstel voorkomt ten aanzien van dit punt was hemechter thsyemêal duidelijk. Ha de uitleg hierover kan hij accoord gaan met het voteren van het bedrag, He heer HIJPELS zou willen vernemen ws,arom de Voorzitter niet de toezegging an doen, dat het rapport ter inzage wordt gelegd voor de Raad, De Raad voteert bedrag, maar als het rapport komt,zou de Raad dit niet mogen zien. e VOORZITTER zegt daarin persoonlijk geen beslissing te kunnen nemen en het aarom te zullen voorleggen aan het College, Hij wil het graag in de eerstvol gende vergadering van Burgemeester en Wethouders hespreken. Men moet niet denken, a het rapport binnen enkele maanden zal worden uitgebracht. Elke ambtenaar Voet hiervoor worden benaderd door de rapporteur; hij heeft daarom de idee, dat -©t wol 8 maanden zal voirderen® He heer BTJPELS merkt op, dat dit niet ter zake doetjhet gaat er om dat,als het app*rt er is,het ook ter inzage wordt gelegd, heer van der WEEGEN kan zich indenken, dat er verschil van mening bestaat» ,een heeft die ervaring opgedaan, de ander weer andere ervaring, beeft ervaring opgedaan hij groot-industriëlenenhijkan de verzekering geven, zij^het zelf doen. Het zal misschien wat langer duren, maar men haalt er ^©en andere instanties bij. Spreker dacht, dat dit hier ook zou kunnen gebeuren» Q VOORZITTER zegt, dat de mogelijkheid hiertoe aanwezig zou zijn door aantrek- ^-ing yan een taak- analist, maar hij gelooft, dat dan de apparatuur voor per— oneelszaken te zwaar heiast zou .worden, daar taak- analist een blijvende Hnctie is en dat zou duurder zijn dan wat thans wordt voorgesteld. onder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voorstel van ^Rngemeester en Wethouders besloten.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1966 | | pagina 149