I|! -12, Daarom betreurt spreker dit. Als men zelf had gebouwd en de kosten over tien jaar had uitgebreken,zou men goedkoper klaar zijn geweest,terwijl men dan een eigen gebouw had gehad en men nu een huurpand heeft. Als men deze veranderingen aan het gebouw heeft aangebracht,dan zal men alles wat muur- en spijkervast zit moeten laten zitten,zodat het gebouw hiermee meer waard wordt» De heer NOORMAN zou liever hebben gezien, dat bij het voorstel om dit pand te huren een opgave was geweest van de verdere kosten die gemaakt moeten wor den om het pand te doen beantwoorden aan het doel waarvoor het bestemd werd,- het is nu een kostbare zaak; jaarlijks een forse huur en nu dit bedrag voor verandering en inrichting van het pand. Spreker had hiervan liever een opgave gezien bij het huurvoorstel;dan had men een beter inzicht gehad van de werke lijke uitgaven,die dit met zich meebrengt. Een tweede punt is dit smen huurt dit pand voor 10 jaar en men hoopt, dat het v<56r die tijd zo ver is, dat de bedrijven over een eigen modern ingericht kantoorgebouw beschikken, Wat de kosten betreft-? over het algemeen zal men, wanneer men een pand heeft gehuurd, bij het verlaten ervar het terug moeten brengen in de staat waarin men het heeft aanvaard bij de huur. Hier zit dus aan vast, dat na beëindiging van de huur nogmaals belangrijke kosten zullen moeten worden gemaakt. Als men dat geheel in ogenschouw neemt, dan is spreker het met de heer de Jaeger eens; dan vraagt men zich af of het niet beter was geweest te zeggen?Laten we dan maar een nieuw gebouw stichten." Dit zal, wat de te maken kosten betreft, een gering verschil uitmaken. De heer RATSÏÏA gelooft in zijn antwoord kort te kunnen zijn Het gaat er niet om of men een nieuw gebouw zal moeten stichten of huren; dat alternatief kan men niet stellen; het is ten ene male onmogelijk een nieuw gebouw te stichten in deze tijd; daar zou men nooit de goedkeuring voor krijgen in deze tijd van kapitaalschaarste, In de brief die men heeft gekregen van "Binnenlandse Zaken" wordt duidelijk gezegd, dat men het eerste jaar geen nieuwe investeringen zal kunnen doen. Men heeft dus geen keuze tussen nieuwbouw of een gebouw huren.Reeds langer heeft de directie van de bedrijven gevraagd een noodgebouw te stichten,omdat men uit de ruimte gegroeid is. Men kent allen de situatie; men leeft er in zeer primitieve omstandigheden; men kan net de tekenkamers niet meer uitkomen;er moest wat gebeuren. Men kreeg de kans om dit pand te huren en daarover moest men vrij snel beslissen. Het was niet bekend welke de verdere kosten zouden zijn. Waarom dit voorstel op een enigszins vreemde manier naar voren wordt gebracht, heeft spreker in de Commissie voor de bedrijven, waarin het gespeeld heeft,ver teld. Dat houdt verband met het krijgen van toestemming voor de financieringen die men zal moeten doen, Wanneer men ineens een bedrag van ƒ.100.000,als Raadsvoorstel zou indienen,dan zou het op stapel worden gelegd en te zijner tijd,als de financiële middelen er zijn, worden goedgekeurd en dat zou lang kunnen duren. Vandaar is voorgesteld het in kleine begrotingswijzigingen te splitsen van maximaal ƒ.25,000,per wijziging; in de hoop,dat men er dan ook geleidelijk goedkeuring voor zal krijgen.Dat is de reden waarom het op deze manier in de Raad wordt gebracht. Door de heer de Jaeger is de mening naar voren gebracht, dat, als deze ver anderingen worden aangebracht, het gebouw na 10 jaar meer waard zal zijn,ter- wijl de heer Noorman heeft beweerd, dat men na 10 jaar de waardestijging terug zal moeten brengen en het-gebouw in de oude toestand zal moeten brengen. Dat zou een kostbare oplossing zijn, In het Raadsbesluit is op verzoek van de Commissie welke door hem over het huren van het pand geraadpleegd is,opge nomen, dat de gemeente na 10 jaar het recht van koop heeft. Dat is in het be sluit opgenomen. De gehele gang van zaken is niet erg fraai; het is een geval van overmacht en daarom is iaën verplicht het zo te doen. Spreker zou er wel op willen wijzen, dat deze ƒ,100.000,echt niet alleen nodig zijn voor vernieuwingen en verbderingen van het gebouw, maar dat een be langrijk bedrag aan meubilering en inrichting van de tekenkamer wordt besteed, welke kosten men dus anders ook zou hebben. Ook de electriciteitsinstallatie is, nu het pand. als kantoor wordt ingericht, bepaald onvoldoende en ook deze uitgave zal men noodzakelijkerwijze moeten doen. De heer de JAEGER merkt op, dat het hen bevreemd heeft, dat de Wethouder het bedrag van 100.000,gesplitst heeft in vier stukken van ƒ.25.000,.Als hij de Wethouder goed begrepen heeft, zal dit gemakkelijker te aanvaarden zijn dan een bedrag van ƒ.100.000,ineens. Hij zou niet graag deze woorden willen gebruiken bij Gedeputeerde Staten,want men zal dan de schouders ophalen en er eens om lachen. Spreker heeft er ook om moeten lachen. Als men ƒ,100,000, nodig heeft en men verdeelt het in stukken van 25.000,dan zou het in orde kunnen komen Spreker betreurt het, dat deze zaak niet anders tan lopen. .1-3-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1966 | | pagina 113