- 7 - Het ligt niet op de vreg van "een Haalslid dat bg de interne wetten op financieel gebied zou bestuderen, zodat hij ze geheel zou kennen. Dat is dus het zoeken naar een motief dat geen grond heeft. Door de Voorzitter is nu voorgesteld het verleden te laten rusten, maar spre kers' fractie kan zich daarmee niet verenigen. Zij willen dat een bepaalde periode - hij bedoelt dan de laatste periode - wordt onderzocht opdat even tuele restitutie kan plaats vinden. Het is geen bezwaar er ook een vorige periode bij te nemen. Men zal zeggen; "Er is toen ook een 7ethouder van jullie geweest on toen is het ook toegepast", maar dat heeft er niets mee te maken. Het gaat om de rechtvaardigheid. Zij kunnen er zich daarom niet mee verenigen om het verleden te laten rusten. De heer van LAjU MjN heeft in de krant gelezen dat ook in de' gemeente Amster- dan de presentiegelden van de Haa(3si0(jen zijn gewijzigd en gebracht zijn van 25,op 30,voor elke vergadering. Zr schijnen dus in de diverse provincies nog wel verschillen te zijn. Spreker zou daarom in overweging wil len geven om eens te informeren hoe het in andere provincies is en<iienovereen komstig een voorstel voor Gedeputeerde Staten te maken. De heer VERSCHURDiT weet niet wat het betoog van de heer van Leeuwen met deze kwestie te maken heeft. Hij kent ook gemeenten waar 12,50 betaald wordt, maar dat heeft met deze zaak toch niets te maken. Het gaat v/aarschijnlijk naar de grootte van de gemeente. Men heeft thans echter alleen te maken met het aantal Commissievergaderingen dat per dag gehouden wordt. De hoer BERGER staat er eigenlijk een beetje van te kijken dat er geen enkel waarderend woord vrordt gesproken dat van achter de bestuurstafel erkend \vordt dat er in het verleden onbewust een fout gemaakt is en men deze vanaf vandaag wil redresseren. Dat vindt hij lofwaard-5g. Men kan nu het rechtvaardigheids begrip zo ver doorvoeren?dat men cegt::haat men het onrecht van het verleden herstellen". Spreker is het op praktische gronden met de Voorzitter eens dat het uitzoeken van v/at men te veel heeft ontvangen zoveel arbeidsuren zal gaan kosten dat dit niet opweegt tegen de restitutie die er van zal binnen komen. Op deze zakelijke gronden zou hij dan ook met de Voorzitter akkoord willen gaan om vanaf heden de gemaakt.*- fout te herstellen. De heer van der W. HGEH neent dat men de zaak zo moet zien dat men dankbaar moet zijn dat thans is geconstateerd?dat deze bepaling bestaat en hij zou ook waarderende woorden kunnen spreker dat erkend wordt dat een fout is gemaakt. Door deze daad op deze wijze tot uiting te brengen?heeft men z.i. zijn plicht gedaan. Terugkaarten is wel aardig maar niet altijd juist. Met alle respect dus voor de opmerking die hierover is gemaakt zou spreker thans met een schone lei willen beginnen. De heer van KAAM zegt? dat het vervelend is dat deze zaak nu naar voren wordt gebracht en dat hij niet ontkomt aan de gedachte dat persoonlijke motieven de achtergrond van deze zaak vormen. Het feit,dat kleinere fracties meer Commissies hebben gekregen dan in de opzet van deze Raad de bedoeling is ge- v/eest, heeft ook tot gevolg gehad dat door de betrokkenen meer dan één ver gadering per avond moest worden bijgewoond. Dit feit is hiervan dus ook niet los te maken. Het gevolg ervan is geweest dat, omdat veel vergaderingen m een korte spanne tijds gehouden moesten worden, verschillende Gommissie- leden inderdaad meer dan een vergadering per avond moesten bezoeken, wilde men aan het commissiewerk deelnemen en dit voortgang laten maken. 'armeer men op het standpunt staat dat terugvordering moet plaats vinden en spreker heeft daar geen enkel bezwaar tegen dan zou hij dat echter niet willen doen alleen vanaf de huidige zittingsperiode, maar dan zou hij daarin ook willen betrekken de vorige zittingsperiode. Dat betekent dus vanaf 1958» De heer GORRISaElT is het niet eens met zijn collega van Kaam omd'at Hij ankoord kan gaan met de zakelijke overwegingen die de Voorzitter heeft aange voerd. Dovendien "meent hij ook dat het een heidens v/erk zou zijn om het uit ue zoeken, tervj"ijl het waarschijnlijk niet eens helemaal uitgezocht kan wor den. uproker is er voorstander van, nu de fout gesignaleerd is, deze te corrigeren <en vanaf deze datum de zaak overeenkomstig de voorschriften van G.S. uit t.e voeren. De heer de JAEGER was eigenlijk niet van plan om hier het v/oord ovt.r te vragen, maar gezien de heer lïijssen een paar insinuaties toebe ee **ee gekregen, meent spreker toch te moeten opmerken,dat hij niet ka., egrijpen waarom deze aan het adres van de heer ITijssen gestuurd worden. Men weet waar het eigenlijk om gaat. Zijn fractie is wakker geschud omdat,toen zij een maand of 4 geleden te-Ug in de Commissies kwamen,de opmerking werd gemaakt,

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1964 | | pagina 173