S; *24— zioh voorstellen dat de heer Bierbooms gedacht heeft:Beter een half ei dan een lege dop. Het is echter uiteindelijk zo, dat het stationnetje zo is ingekrompen, dat hij er, als spreker goed geïnformeerd is, zijn eigen wagen niet eens in kan stallen. Deze man heeft tien jaar geleden onroerende goederen vrijgemaakt tot een "bedrag van 50« 000,.--, omdat hij dacht dat de gemeente over de "brug zou komen en zou zeggen, dat hij de "bouw van een "benzine-station kon verwezen lijken, Als men 10 jaar geleden onroerende goederen omgezet heeft in liquide middelen is het gevolg ervan een verliespost van 15,000,Spreker vindt het niet juist om nu de man op dat pleintje "weg te stoppen',' ofschoon hij het wel zal nemen, omdat er anders helemaal niets van terecht komt. Spreker zou nu graag hebben, als er anders niets aan te doen is, dat de huur van het benzinestationnetje onder de gebriiikelijke voorwaarde/1- zonder speciale clausule aanvaard kan worden, Spreker zou alsnog willen voorstellen, maar dan op korte termijn, om de heer Bierbooms een gunstiger punt toe te wij zen, de man heeft dat zijns inziens na 11 jaar wel verdiend. Hij wil dus het voorstel niet terugtrekken* hij wil alleen de man aan zijn trekken laten komen. Hu kan de Wethouder wel zeggen, dat de heer Bierbooms dat zelf had moeten vragen, maar als men uit de correspondentie de lijdzaamheid ziet van de man, dan moet men daarvoor bewondering hebben. Elf jaar lang heeft hij in zijn brieven geschreven of het geachte College dit of dat zou willen doen. Spreker wil nu de man een ruimere gelegenheid geven? niet alleen een pompstation, maar ook ruimte voor een autowasserij enzovoorts. De heer van DOORN wil beginnen met ronduit te verklaren, dat hij zich aan do redevoering van de heer Verschuren geërgerd heeft. Wanneer iemand in 1952 vraagt om een benzine-pompstation te mogen plaatsen aan een rondweg, die er nog moet komen en nu nog altijd niet gekomen is, hoe kan men dan aan die aanvrage een recht ontlenen voor later? Daar is geen sprake van, In 1952 vroeg hij om een plaats aan een nieuwe rondweg. Die rondweg is er nog niet en hem wordt geantwoord s "Meneer, de rondweg zal nog wel eens komen, maar ze is er nog niet, we kunnen niet op uw verzoek ingaan," Daarmee was deze kou3 af. Nu komt er een vervolg in 1956. Ontleent nu de heer Bierbooms sa» het feit,dat hij in 1952 een onmogelijk in te willigen ferzoek heeft ingediend, een reoht om in 1956 een voorkeur te genieten? Spreker kan daar niet bij. "Dat kan aan mijn verstand liggen", zegt hij, maar tot nu toe heeft hij daaraan toch niet getwij feld, Dan komt de verdere ontwikkeling. De Raad heeft in de vergadering van februari over de aanvrage van de heer Bierbooms kunnen oordelen aan de hand van stukken waarvan het dossier naar zijn absolute overtuiging terecht komt in 1956, Men heeft kennis kunnen nemen van de verschillen aanvrage en van de mo tieven waarom geweigerd moest worden. Wanneer de srkeerscommissie gevraagd wordt om een advies en zij geeft advies en Burgemeester en Wethouders volgen dat bp, dan ziet spreker niet in waarom Burgemeester en Wethouders als "mis handelaars" van een weerloze ingezetene moeten worden betiteld. Spreker heeft tegen gestemd en nog negen andere leden met hem» Hij vond de plaats niet goed en vindt deze nog niet goed, maar de Raad heeft het aangenomen en Gedeputeerde Staten hebben het goedgekeurd en daarmee is de mogelijkheid geschapen, dat het verzoek van de heer Bierbooms wordt ingewilligd. Men is daarmee gebleven binnen de grenzen, die aan het College, dat vanaf september 1962 optreedt, zijn gesteld. Wat er nu nog verder aan te merken is op het gedrag van Burgage ester e cthoudersspreker heeft met aandacht geluisterd»maar hij kan het niet ont? dekken. Hij moet zeggen dat hij eigenlijk het hele betoog moet betitelen als het zoeken van spijkers op laag water, De heer van KAAM kan in aansluiting op het betoog van de heer van Doorn zeggen dat deze zaak uitvgnrije besproken is in de Commissie voor openbare werken en in de Raadsvergadering van februari j.l. is dit ook kenbaar gemaakt De Commissie voor openbare werken was unaniem tegen het voorstel om het Wijn gaardpleintje te onttrekken aan het openbaar verkeer, omdat de Commissie van mening was dat dit voor een. benzine-station geen geschikt punt was. Spreker kan ook verklaren dat de Commissie over de diverse verzoeken van de heer Bierbooms volledig ingelicht is door de Wethouder, Tot zijn verwondering is dit voorstel bij stemming, niettegenstaande het feit dat de Commissie unaniem e" was, met de volledige steun van de K.S.R, toch aangenomen. Het was toen dus 'eSe- een feit, Vandaag,bij de ingekomen stukken, heeft men kunnen zien, dat Gedepu teerde Staten hun goedkeuring hebben gegeven aan dit beslui!in sprekers fractie is de vraag naar voren gekomen of er ten aanzien van de ingekomen stukken» act name over hot betrefferüe ingekomen stuk van Gedeputeerde Staten, nog het woord moest worden gevraagd. Hunnerzijds is toen gezegd "Hier ligt een be sluit van de Raad van februari, dus we spreken er niet meer over'.1 Tot zijn verwondering heeft men ook van de zijde van de K.S.P, niet de gelegenheid aangegrepen om over de goedkeuring van Gedeputeerde Staten het woord te vragen. 'i

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1963 | | pagina 210