~20~ Da VOORZITTER gelooft niet dat van bestuurszijde een antwoord nodig is op e betoog van de heer van hoorn,die zelf het antwoord van Burgemeester en Wethouders uitvoerig heeft gedocumenteerd. INKOMSTEN farktgelden, §.A>. Weekmarkt en zaterdagmiddagmarkt he heer BEENAARDS kan,wat het antwoord van Burgemeester en Wethouders op de vraag inzake de wekelijkse markt betreft, mededelen dat hij zeer verheugd is dat bij het College de mening bestaat dat de wekelijkse markt niet naar de Gedempte Haven moet worden verplaatst. Spreker zou vervolgens willen aandringen op wederinvoering van de zaterdag middagmarkt. Door invoering van de vrije zaterdag bestaat daar naar zijn mening een grote behoefte aan. Reeds in verschillende delen van het land is de zater- aagmiddagmarkt ingevoerd met groot succes. Spreker weet dat deze markt inder tijd ^is opgeheven wegens gebrek aan belangstelling en dat ze ook door de plaat selijke middenstand is veroordeeld. Hij meent dat dit een verkeerd inzicht is. Niemand zal^enige schade ondervinden door invoering van de zaterdagse markt,maar wel zal blijken dat daarmee iets wordt ingevoerd dat het publiek naar de stad zal trekken, h(3 zaterdagmarkt i^s vorige maal mislukt tengevolge van de slechte organisatie,he Vere niging voor de liarkt-, otraat-,en Rlvierhandel wil thans de organisatie ter hand nemen. Men wenst echter dat alsdan enkele punten worden vastgesteld, he markt zal de eerste tijd 40 kramen groot zijn en de kooplieden die voor een plaats in aanmerking willen komen,moeten zich verplichten voor drie maanden marktbezoek, hit wordt speciaal gedaan om een goede start te hebben. Spreker wil er wel aan toevoegen dat er een grote belangstelling bestaat van de zij He van de marktkooplieden. Een onderzoek heeft uitgewezen dat 60% van de marktkooplieden die belangstelling hebben voor de donderdagse markt ook in de zaterdagse markt geïnteresseerd zijn. Men is er wel van overtuigd dat het 's zater dags een ander publiek zal zijn. Spreker weet dateer moeilijkheden zijn omtrent de plaats. Als hij enkele plaat sen mag noemen die er voor in aanmerking komen, zou hij de volgende op willen noemen, de St.Josephstraat, het St.Catharinaplein,.en de van de Rijtstraat. Wat de parkeerruimtebetreft,die zal volgens spreker best worden opgelost; dat ge beurt met de Maria-Ommegang en met de carnavalsoptocht ook; dan zijn er zelfs; meer straten afgesloten. Spreker zou hiervan graag een voorstel tegemoet willen zien. De heer van DOORN is al jaren overtuigd dat handhaving van de markt op de Grote Markt onhoudbaar is en spreker is ook overtuigd dat elk besluit voor handhaving op ae Grote Markt slechts de betekenis kan hebben van een uitstel van executie, e rukte van het verkeer neemt zodanig toe en het ongerief dat deze markt op donderdag aan automobilisten en andere deelnemers aan het verkeer "bezorgt is zo groot, dat men er niet aan zal kunnen ontkomen voor de wekelijkse markt een andereplaats te^zoeken, Spreker hoopt - hij komt niet zoveel meer buiten egenwoordig - dat hij niet zoveel ongenoegen bij de marktkooplieden zal op wekken dat zijn welstand bedrsi ;d zal worden. Hij meent te moeten getuigen van dit inzicht omdat hij weet dat het door velen wordt gedeeld, In zijn vorige woonplaatsDen Haag,heeft spreker de lange strijd meegemaakt over de verplaatsing van de markt, een dagmarkt, van de Gedempte Prinsengracht en de Grote Markt naar de Dirk Costerstraat. Daar zouden allerlei rampen uit voortvloeien. Het is herhaaldelijk in de Raad geweest, herhaaldelijk is het besproken, afgestemd en uitgesteld en tenslotte is de verplaatsing er toch gekomenmet het resultaat dat deze markt veel beter geoutilleerd is, veel meer ruimte biedtdan de markt voordien op de Gedempte Prinsengracht,terwijl men op dit ogenblik geen enkele stem meer hoort die terugverlangt naar de oorspronkelijke stmat. Spreker zou niet willen voorstellen om volgende week te verhuizen naar de gedempte Haven,maar hij wil wel vaststellen dat men er tooh niet aan zal kunnen ontkomen om een andere plaats te zoeken. De heer van HEIJST heeft gehoord dat de heer Bernaards zich kan verenigen met het eerste deel van het antwoord om inderdaad de donderdagse weekmarkt maar niet te verplaatsen.Door de heer van Doorn is wel gezegd dat het er op den duur tooh van zal moeten komen, maar spreker gelooft dat men voorlopig deze zaak kan la4 ten rusten en dat men de verdere ontwikkeling in dit opzicht rustig kan af wachten. Een groter probleem is de zaterdagmarkt. Het is natuurlijk wel zo-en dat heeft spreker beluisterd bij de heer Bernaards- dat de organisatie van marktkooplie- en inderdaad wil garanderen dat er de eerste drie maanden minstens lJ.0

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1963 | | pagina 137