I: -
-16-
luidde dag de verstrekking van schoolmelk zeer nuttig is ter bevordering van
de gezondheid van de schoolgaande jeugd» De ervaring leert, dat de lust tot
snoepen hierdoor duidelijk vermindert, hetgeen het gebit van de kinderen alleen
maar ten goede komt. Leden van de Raad voor de Volksgezondheid in Noord-Brabant
zijn onder meer^de medici Pesten, Hillen, van der Horst, Nijboer, Taminiau,
Verster. Bovendien de vele andere vertegenwoordigers van de Provinciale^EToojfd-
Brabantse Bond 1 het Wit Gele Kruis, openbare lichamen van de Provincie,
de afdeling Noord-Brabant van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten,
Aangezien onder meer in Den Bosch, Breda en Oss gebleken is, dat de voor de
jeugdgezondheidszorg belangrijke schoolmelkvoorziening goed kan worden geregeld
zonder schade voor het onderwijs, verdient het overweging, dat in Bergen op'
Zoom, met medewerking van de gemeente, een klein comité van voorbereiding wordt
gevormd,dat in^de eerste plaats wordt verzocht te onderzoeken op welke wijze
de voorziening m deze gemeente kan worden georganiseerd, zonder moeilijkheden
voor de scholen en leerkrachten en uitsluitend op die scholen, waar de ouders
de voorziening ten behoeve van hun kinderen wensen»
Spreker zou de Wethouder voor Onderwijs willen verzoeken in deze richting zijn
voelhorens uit te steken,
De heer van LEEUWEN merkt op dat deze vraag niet nieuw is. Enige jaren geleden
is gevraagd ox men hier ook tot schoolmelkvoorziening zou moeten overgaan.
Toen was het antwoord dat de gemeente-arts het niet noodzakelijk vond»
Spreker mist nu het advies van de gemeente-arts.
De VOORZITTER wijst op het antwoord van Burgemeester en Wethouders,waarin
woruu gezegd dat de voedingstoestand van de Bergen op Zoomse schooljeugd op
grond "van de rapporten van de schoolartsendienst geen reden geeft tot ongerpst—
De -neer van HEIJST zou willen vaststellen dat de schoolmelkvoorziening in het
varleden misschien urgenter was dan onder de huidige omstandigheden» In het
verleden waren de sociale omstandigheden minder goed en was het misschien wel
ui nel. oogpunt van sociale plicht bijzonder hard nodig dat de kinderen althans
op pchoo^. tot het drinken van melk werden aangezet.
Spreker geloofc dat tegenwoordig de omstandigheden thuis aanzienlijk zijn ver-
©uera en dat men het helemaal niet op de voeding behoeft uit te zuinigen,zo-
day ook thuis de nodige hoeveelheid melk wordt genuttigd,
Dav mon^ooch,^ zoals de heer Nijpels opmerkt, in sommige plaatsen op dit moment
overgaan, yot het verstrekken van schoolmelk kan misschien hierdoor verklaarbaar
sijn,dac in bepaalde streken mogeOijk minder melk wordt gedronken dan in deze1
streek. Dat is best mogelijk, Men men staat hier tooh sterk door het advies
van de schoolartsendienst,die zonder meer zegt dat de voedingstoestand van
de schooljeugd niets te wensen overlaat. Dan vraagt spreker zich toch af waar
men de moeilijkheden voor nodig heeft om die scholen die op dit ogenblik duide
lijk nog me b bereid zijn aan de schoolmelkvoorziening mee te werken te gaan
verplichten mee te doen» Spreker heeft ergens anders bij een andere vraag de
moeilijkheid gelezen dat men van mening is dat men de lager onderwijskrachten
-Ge veel morele verplichtingen oplegt. Hij vraagt zich af; Waarom de onderwijs-
mach een nu nog de verplichting opleggen om voor melkboer te spelend Spreker
voelb op het ogenblik beslist niet de behoefte aan een comité om de melkvoor-
ziening te gaan bestuderen,
'•i jgeloout dat men rustig kan zeggen dat men in geweten verantwoord is, uit*
o_.uiber.id reeds aan de hand van het rapport van de schoolartsendienst, waarin"
wordü gezegd dat er op het ogenblik voor Bergen op Zoom geen behoefte bestaat
aan de schoolmelkvoorzieningT»
De heer NxJPELS had dit antw.qord van de Wethouder verwacht, dat de gemeente-
a... xuon heb niet nodig vinden, Spreker twijfelt niet aan de deskundigheid van
de artsen maar aaarom is hij met klinkende namen gekomen. De heer van Heijst
vecht voor zijn eigen standje meent spreker, omdat hij bang is dat men op
de middelbare scholen melk moet gaan verstrekken en melkboer moet gaan spelen.
preker weet uiteraard dat bij het onderwijs velen het er niet mee eens zijn,
maar men moet het voor de kinderen over hebben, Hij is zelf vader van een J
gezin en weet^dat melk nodig is» Dat de onderwijzers het niet graag doen,kan
spreker begrijpen, thuis heeft men ook wel eens geen zin de dochter of de
zoon melk te moeten geven, 'maar daar gaat het niet om, het gaat om de jeugd»
Door de Wethouder isgezegd^dat de scholen niet verplichtikunnen worden, maar
dat was zijn vraag niet» Hij heeft gevraagd de voelhorens eens uit te stekken
en het uitsluitend te doen op de scholen waar de ouders dit wensen.
De heer van DOORN heeft het gevoel wanneer hij in deze discussie zwijgt»dit
moeu worden uitgelegd als zóu hij het eens zijn met het standpunt dat Wethouder
ean Leijsb heeft verdedigd. Spreker zegt bij yooibaat zijn mening zich
meer rient naar het gestelde door de heer Nijpels dan naar de afwijzig die door
Q IL Cu r,
