w De VOORZITTER wijst er op dat de tweede alinea van het onderhavige voorstel het zegt "Omdat het in het voornemen ligt het gebouw Oranje Nassaustraat 13 in te richten tot kantoor voor de dienst van gemeentewerken, stellen wij u voor dit pand met bijbehorende erven per 1 januari 19^2 bij genoemde dienst in te biengeneven als de garage en een gedeelte van de daarbij behorende tuinr" Er wordt dus ^niet afgeweken van het doel waarvoor het gebouw werd gekocht; dat staat duidelijk in de stukken» De heer RATS MA. zegt dat het een trieste zaak is wanneer de gemeente panden aan koopt. Indien men ze eenmaal gekocht heeft, weet men er geen raad mee. Hij denkt hierbij aan "Ruytershove"dat al vele jaren staat te verinteresten en spreker was bevreesd dat dit het tweede pand zou worden waarmede men geen raad weet. Door de heer Houtman is er terecht op gewezen dat het pand negen maanden geleden is aangekocht op grond van de motivering dat het zeer dringend gewens t was dat de dienst van gemeentewerken een andere huisvestingsgelegenheid.kreeg daar men uic het huidige pand is gegroeid. Uit het onderwerpelijke voorstel heeft spreker welbegre pen dat het nog steeds in de bedoeling ligt om de dienst van gemeentewerken in de villa onder te brengen. Spreker zou echter willen vragen wat de oorzaak ervan is dat het zo lang duurt en wanneer men er nu in gaat. De heer NIJSSEN zou zich willen aansluiten bij de vorige sprekers. Hij is van dezelf de gedachte. Alleen het inbrengen heeft reeds negen maanden op zich laten wachten: en dat vindt hij erg lang. Zoals reeds is opgemerkt, zit de gemeente ook al met het pand "Ruytershove"., waarvoor een groot bedrag is geïnvesteerd; de rente die men daar voor moet betalen, betekent een verliespost. Spreker zou willen verzoeken om in de naaste toekomst spoed te betrachten, De heer NOORMAN heeft er niet veel over te zeggen. Slechts dit, dat de voorberei dingen om het gebouw in te richten voor de dienst van gemeentewerken nog niet rond zijn. Burgemeester en Wethouders hopen spoedig met voorstellen te komen om het ge bouw geschikt te maken voor de huisvesting van de dienst van gemeentewerken. De VOORZITTER zegt dat de plannen inderdaad nog niet" rond zijn, maar dat ze reeds geruime tijd in bewerking zijn. De voorstellen zijn bij Burgemeester en Wethouders geweest, maar er is nog enig overleg nodig over de vraag hoe de inrichting moet plaats vinden. Men heeft beslist niet stil gezeten. Dit inbrengen is een formele kwestie en geschiedt met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 1962. Men heeft er dus geen negen maanden voor nodig gehad. In elk geval gaan de plannen door. De heer HOUTMAN zou willen vragen of hij het nog meemaakt. De VOORZITTER meent dat dit een vraag is welke men niet aan de Voorzitter mag stellen. De heer NIJPELS verwonderen de vragen welke de heren Ratsma en Houtman gesteld hebben niets. Spreker wil niet uit het College klappen, maar de zaak zit zo Het gaart er om of het gebouw voor de dienst van gemeentewerken "luxe" moet worden - en dan zal het nog 3 d 4 jaar duren voordat het klaar is - of dat het slechts behoorlijk wordt opgeknapt. Als dit laatste h°t geval is, dan meent spreker dat het spoedig kan worden gerealiseerd, maar a%3 men met plannen wil komen om het gebouw luxueus in te richten, dan veronderstelt hij dat de heer Houtman weinig kans heext om het nog mee te maken. De VOORZITTER neemt aan dat de heer Nijpels het standpunt in het College in elke vergadering waar het aan de orde komt kan verdedigen. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 22, Voorstel tot het inbrengen van panden Moeregrebstraat 22 en 24 en pakhujs_ Moeregrebstraat 26 en gronden gelegen tussen Moereerebstraat en Oranje Nassau- straat in het gemeentelijk grondbedrijfcomplex V.) (Dossier nr.343 B. (Verzameling 1962,nr.83). Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 23. Voorstel tot het bouwen van 144 woningwetwoningen en 38 garages in het kader,, van het bouwplan "Continubouw Brabant II". en tot wijziging van het Raadsbesluit van 26 rnei 1961. nr. 110. (Dossier nr. 141 X 4. (Verzameling 1962,nr,88). De VOORZITTER merkt op dat ook dit voorstel samenhangt met een kwestie welï£e

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1962 | | pagina 91