-8- kwestie behandeld was, de Voorzitter zal hebben gedacht dat hij nog even ver was als vóór het tijdstip waarop hij deze mening heeft uitgelokt. Spreker kan zich n. 1. goed herinneren - en om het niet langer te maken-^dan nodig is, zal hij niet over de bekende kwestie van "de Zanderijen" gaan uitweiden - dat er in deze Raad een of andere meerderheid was of minderheid - tot een stem ming is het niet gekomen - welke een belangrijke aandrang uitoefende om hêt plan "circulatiebad Zanderijen" niet zonder meer te verwerpen, maar in de studie van het dagelijks bestuur op te nemen. Spreker kan zich voorstellen dat de onderhavige nota in haar omvang het resultaat zou kunnen zijn van een studie van een uur, maar hij moet toch - en dat moet hij tot zijn spijt zeggen - er zijn misnoegen over uitdrukken, dat na een jaar studie een dergelijke bescheiden nota uit de bus is gekomen, In de nota worden enkele punten naar voren gebracht naar aanleiding van de besprekingen in I960, maar een van de punten waarover lang en heel lang gediscussieerd is, n.l, de kwestie "zanderijen" wordt niet meer aangesneden. Spreker betreurt het ten zeerste dat het mooie plan "de Zanderijen"dat in 1954 door de gehele Raad enthousiast is ontvangen en waarvoor men net hetzelfde enthousiasme een krediet van 575»000, beschikbaar heeft gesteld, zeven jaren later rustig in de prullebak wordt ge gooid, de kosten die er voor gemaakt zijn worden afgeschreven en dat men verder net doet of het plan niet heeft bestaan. Woensdagavond, in de vergadering van de fractie, heeft spreker tot zijn fractie genoten gezegd dat het verdwijnen van het plan "Zanderijen" en het op stapel staan van deze plannen een product is dat geboren is uit de nieuwe politieke situatie van 1958, Bij het naar voren brengen van de plannen voor een tijdelijke oplossing van de zwemgelegenheid "de Zanderijen" is door velen uit deze Raad de vrees geuit dat dit summiere plan er de oorzaak van zou zijn dat het grote plan "de Zanderijen" aan de kapstok komt te hangen. Gezien deze nota hangt het plan niet eens meer aan de kapstok, maar is het al in een of andere kast ver dwenen. Waar aanleiding van de nota en de opmerking van de heer van Leeuwen over liet zwembad aan de Zwembadweg zou spreker willen opmerken dat men in het verleden van de vaste overtuiging is uitgegaan dat met het hebben van de gemeente bad- en zweminrichting aan de Zwembadweg daarnaast een belangrijke behoefte was aan een circulatiebad. De opzet waarover men in deze nota spreekt van een circulatiebad met de mogelijkheid tussen twee haakjes van een overdekte bad- en zweminrichting is gekoppeld aan het doen verdwijnen van het zwembad aan de Zwembadweg,Spreker meent, afgezien van het feit of het in deze nota genoemde circulatiebad Lievens- hove moderner zal zijn, dat men met het creëren van deze zwemgelegenheid en het doen verdwijnen van de gemeente bad- en zweminrichting de klok achteruit zet. "We hebben", zegt spreker, "naast de gemeente bad- en zweminrichting behoefte aan een zwemgelegenheid of een circulatiebad," In de Nieuwjaarsrede van de Voorzitter heeft spreker getroffen de verwachting die wordt uitgesproken met betrekking tot de toekomst van de stad en hij heeft zich afgevraagd of de Voorzitter op het moment waarop hij zijn Nieuwjaarsrede gereed maakte in het geheel niet gedacht heeft aan de nota welke de Raad op 13 december 1961 heeft bereikt. De nota van 13 december j.l, getuigt n.l. naar zijn mening niet van een grote ontwikkeling van. de stad. In het verleden heeft in verband met het circulatiebad "de Zanderijen" ook de mening gespeeld dat men langzamerhand zal komen tot de mogelijkheid om een zwem gelegenheid te maken aan de Schelde. Men heeft gehoopt dit te kunnen verwezen lijken in verband met de rioolzuiveringsinstallatie} daarna hebben we gehoopt op het Deltaplan, maar al met al - daarom heeft hij in de aanvang gewezen op het 10-jarig bestaan van de plannen inzake een bad- en zwemgelogenhèid - is hij bang dat het een hele tijd zal duren voordat deze plannen verwezenlijkt worden. Indien men zijn mening zou vragen over hetgeen uit deze nota te putten zou zijn, dan kan spreker zeggen dat zijn persoonlijke mening is dat men het best zou kunnen beginnen met het creëren van een overdekt zwembad, met de mogelijkheid van uitbreiding te zijner tijd met een open zwemgelegenheid. Reeds meermalen is in de Raad de wens naar voren gekomen dat Bergen op Zoom langzamerhand zeer grote behoefte heeft aan een overdekte bad- en zwemgelegenhéid. Spreker kan uit deze nota niet constateren cm welke redenen de gemeente bad- en zweminrichting gesloten zal moeten worden. Waar zijn mening kan de huidige zweminrichting nog jaren blijven bestaan, Gezfen de grote verwachtingen welke men heeft over de toekomst van Bergen op Zoom, hetgeen ook naar voren komt in de Nieuwjaarsrede - ofschoon het hem wel onwaarschijnlijk lijkt dat, zoals de statistieken aangeven, Bergen op Zoom in 1980 tot een stad van 80.000 zielen zal zijn uitgegroeid - is het misschien wel erg naïef te vragen om het Zanderijenplan uit de kast te halen en opnieuw ter tafel te leggen. Bij een dergelijke stadsuitbreiding lijkt het hem n.l, gewenst

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1962 | | pagina 8