-12- als we dit gaan doen, dan is het hek van de dam',' Spreker zou niet weten welke normen men zou moeten hanteren om af te wijken van de normen van de taxateurs. Er is een aanbod gedaan, er is een voorstel geweest en spreker dacht terecht dat men afstand zou doen van de grond die de gemeente nodig heeft. Daarbij is ter compensatie een ander perceel aangeboden; dat perceel is kleiner, maar de pachter zou 7.500,— toe krijgen. Volgens de Centrale Commissie was deze taxatie en gedeeltelijke ruil voor de gemeente verantwoord. De pachter zegt nu echter "Deen, dat doe ik niet, ik wil de totale pachtafkoop zonder ruiling'.' Daar kan de gemeente niet in treden Spreker staat achter de gemeentelijke taxateurs; hij heeft daarin alle vertrouwen. Indien het om een klein bedrag gaat, is er nog wel eens iets aan te doen, maar de partijen kunnen hier niet tot elkaar komen. Spreker ziet geen andere oplossing om deze terreinen pachtvrij te krijgen dan door, een procedure tot pachtontbinding. De heer LEIJS zegt dat het met grondkwesties altijd een enigszins ingewikkelde zaak is, hetgeen ook wel is bewezen. Bij hem zit de moeilijkheid echter hierin De gemeent heeft hier een perceel grond nodig van 1,8 ha, een aaneengesloten perceel, terwijl voorgesteld wordt om te gaan procederen over de ontbinding van een pachtovereenkomst betreffende een perceel grond van 8000 m2, ter compensatie waarvan de pachter een perceel grond van 4.500 m2 plus een bedrag van 7500,is geboden. Bij de taxatie voor het gehele perceel van 1,8 ha zit men met de bedragen echter veel dichter bij' elkaar. "Is het niet mogelijk", vraagt hij, "dat de gemeente de pachtrechten afkoopt van het gehele perceel?" Indien men hier bedrijfsgebouwen projecteert, dan hebben de mensen grond nodig; oojc is er grond nodig voor parkeergelegenheid. Het perceel van 1,8 ha moet de gemeente' te zijner tijd toch vrij hebben. Het gaat in het onderwerpelijke voorstel slechts om een klein gedeelte. Daarbij komt dat de bezwaren die de tuinder aanvoert begrijpelijk zijn. De gemeente zegt tegen de tuinder: "Hj kunnen u compenseren; u krijgt ter compensatie een per ceel boomgaard, waarop jarenlang niet gewerkt is'.' Dat perceel was van de vader van de betrokken tuinder; het was. niet verpacht, daarom kon de gemeente het aanbieden. De grond is echter minder waard dan die waarop betrokkene thans werkt. Daarom is deze niet op het aanbod ingegaan. Het gaat er spreker nu om om voor het gehele perceel van 1,8 ha de pachtontbinding te bewerkstelligen. Daarmede bereikt men dat men geen lange lijdensweg moet bewan delen en dat men later niet meer behoeft te gaan procederen. De heer van DOORS leest in het volgend voorstel in fierde alinea: Uit ons besluit mag niet afgeleid worden, dat onzerzijds niet verder getracht zal worden de voor onteigening aan te wijzen percelen door minnelijke overeenstemming te verkrijgen'.' Dat is naar hij meent toch de gewone gang van zaken. Wanneer de Raad toestemming geeft tot het voeren van een procedure, dan staat het bij het gemeente bestuur toch altijd voorop dat,indien de procedure nog kan worden voorkomen door minnelijk overleg, zulks zal plaats vinden. Spreker meent dat men daarop volkomen kan vertrouwen. De VOORZITTER wijst er op dat dit meestal de formule is bij onteigening van grond, maar hij weet niet of dit bij ontbinding van de pacht ook van toepassing is. De heer DOORMAN merkt op dat, indien de heer Leijs zegt dat het perceel grond dat de gemeente aanbiedt een oude boomgaard is, waarop jarenlang niet is gewerkt, hij daarmee in een zekere deskundigheid treedt en spreker gelooft niet dat de heer Leijs er meer van af weet dan spreker zelf. De heer LEIJS deelt mede dat hij dit van een ander heeft en niel/van zich zelf. De heer NOORMAN zegt dat het gemeentebestuur afgaat op de deskundigheid van1" de Centrale Commissie. Men kan nu wel zeggén !:Ruilen is niet gunstig, deze grond tegen een oude boomgaard", maar daar wil hij buiten blijven. Bovendien wordt dan een bedrag van 7.500,gegeven om de balans in evenwicht te krijgen. Voorlopig heeft de gemeente niet meer nodig dan dit perceel grond. Wanneer men ook voor het overige gedeelte pachtontbinding wil verkrijgen, dan gaat het niet om een gering bedrag, maar om een bedrag dat de moeite waard is.Spreker meent dat uiteindelijk het gerecht maar moet beslissen. Zo ziet hij dit. Daarbij komt dat hij aanneemt dat het bod van de gemeentelijke taxateurs een goed bed is, voldoende hoog en indien de zaak voor het gerecht komt, is het dus wel de vraag wie de kosten zal betalen. Als de rechter uitspraak doet in deze zin dat het bod van de gemeente goed is geweest en niet te laag, dan zal de andere partij de kosten moeten betalen, Dit kan voor de betrokkene aanleiding zijn om zich te bezinnen of hij het tot- een procedure zal laten komen. Spreker kan de verzekering geven dat bij onderhandelingen over aankoop van grond heel uitvoerig wordt gesproken en onderhandeld alvorens men tot onteigening over gaat, Er zijn reeds tal van percelen aangekocht waarbij de mensen tevreden waren

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1962 | | pagina 88