-2-
K. V.P. te Tilburg gewend met de mededeling het alsnog op prijs te stellen de gelegen
heid te krijgen voor het lidmaatschap der K.V.P, té bedanken.
Daar ik derhalve heb gemeend uit de brief van de heer Tomesen mijn conclusies te
moeten trekken, heb ik u, mijnheer de Voorzitter, om een andere plaats hier in
de Raadszaal gevraagd.
De reden dat ik mij niet meer voor de K.V.P. beschikbaar stel is, dat ik mij niet
wil onderwerpen aan de discipline van de K.V.P.-fractie. DeZe is mijns inziens
te dictatorachtig.
Aangezien ik blijkbaar niet meer als K.V.P.-lid aanvaard wordt, heb ik besloten als
lid van uw Raad te bedanken.
Voor mij is het niet duidelijk hoe de K.V.P.-reglementen gehanteerd worden.
De K.V.P. ontkent iets te maken te hebben met het verkiezingspamflet waarin kenne
lijk mijn persoon bedoeld wordt. Ik vraag mij af of het KV.P.-bestuur nu op grond
van de K.V.P.-reglementen maatregelen neemt tegen het bestuurslid dat de versprei
ding van dit pamflet heeft verzorgd. Dit is trouwens een aangelegenheid voor dé
K.V.P..
Ik wil deze vergadering niet verlaten zonder u allen te hebben bedankt voor de wijze
waarop u mij steeds de gelegenheid hebt gegeven om mijn standpunt ten aanzien van
de behandelde problemen op mijn eigen manier in het algemeen belang naar voren te
brengen.
Ik dank u, mijnheer de Voorzitter, voor de gelegenheid die u mij geboden hebt om
dit kort woord uit te spreken'.'
De VOORZITTER meent verstaan te hebben dat de heer de Jaeger ontslag neemt als lid
van de Raad. Hij neemt aan hiervan nog een schriftelijke mededeling te zullen
ontvangen.
De heer de JAEGER zegt dit toe en verlaat dan de vergadering.
De VOORZITTER zegt vervolgens dat door het lid van de Raad de heer Ambagts ge
vraagd is om in deze Raadsvergadering vragen te mogen stellen. Deze vragen luiden
als volgt
1. Is het juist, dat bij de restauratieplannen voor het Markiezenhof, welke
restauratie in diverse phasen zou geschieden, de gebouwen welke thans in gebruik
zijn als opslagplaats, kantoor en commandopost ten behoeve van de Bescherming
Burgerbevolking, niet zijn opgenomen in een bepaalde phase"?
2. Als deze gebouwen niet zijn opgenomen, is dit dan mogelijk gebeurd met de be
doeling om te allsitijde onafhankelijk van de restauratieplannen deze ge
bouwen te kunnen gebruiken voor de huisvesting van de muziekschool?
3. Zijn voor de huisvesting van de muziekschool in deze gemeente reeds plannen
en tekeningen gereed?
4. Is gezien de verandering in de organisatie der BB thans het moment niet aan
gebroken om te trachten zo snel mogelijk tot huisvesting van de muziekschool
in genoemde gebouwen over te gaan?
De VOORZITTER stelt voor de gevraagde toestemming te verlenen en de vragen te
behandelen na afdoening der agenda.
De Raad gaat hiermede zonder hoofdelijke stemming accoord.
Aan de orde komt dan:
Vaststelling van de notulen van de vergadering van de Raad van 23 februari 1962.
De VOORZITTER deelt mede dat deze notulen in ontwerp aan de leden zijn toegezonden,
dat hierop geen bemerkingen zijn ontvangen, zodat hij conform het reglement van orde
voorstelt om deze ongewijzigd vast te stellen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten.
2. Ingekomen stukken
a* Gedeputeerde Staten van Noord- Brabant te ^-Hertogenbosch.'s-Hertogenbosch
7 maart 1962.
Goedkeuring van le t/m 28e, 30e t/m 60e, 62e t/m 112e, 114e t/rn 140e, 142e
t/m 145e, 147e t,m 152e, 154e t/m 156e, 158e t/m 176e, 178e t/m 194e wijziging
van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1961;
le t/m 19e, 21e t/m 23e wijziging van de begroting van het waterleidingbedrijf
voor het dienstjaar 1961;
le t/m 7e wijziging van de begroting van de keuringsdienst voor slachtdieren
en vlees, met inbegrip van het openhaar slachthuis voor het dienstjaar 1961;
le t/m 6e wijziging van de begroting van het gemeentelijk woningbedrijf voor
het dienstjaar 1961;