-29- dergelijke discussie in de Raad onbehoorlijk vindt. Met de persoonlijke motieven die het kollege tot deze benoeming hebben geleid heeft de heer Houtman niets te maken; daar houdt hij het bij De heer LEIJS moet het toch van het hart dat de mededeling van de Wethouder dat hij er niet verder op ingaat hem toch erg tegenvalt. Het gaat bij hem niet om een moti vering, het gaat om het spel dat gespeeld is; dat is door interpellant gesteld. "Welk spel is hier gespeeld?" Dat wil spreker weten; met de motivering heeft hij niets te maken. De heer HIJPELS zegt dat de vraag van de heer Houtman luidt Welke motieven hebben voor het College gegolden? Daarop heeft hij antwoord gegeven; niet namens het College, maar persoonlijk. Mevrouw JUTEN- van AS merkt op dat de Wethouder thans een paar keer het woord "onbe hoorlijk" heeft gebruikt. Als lid van de Raad zou zij dat woord nu ook willen ge bruiken. Indien twee personen zo'n lange tijd hun diensten hebben bewezen en dan ondanks de aanbeveling van de Raad van Beheer door het College niet worden geaccep teerd, dan kan dit volkomen "en regie" zijn, maar dan eist het fatsoen dat men deze mensen bij zich laat komen, om hen ontslag te laten nemen. De heer NIJSSEN meent dat de heer Houtman handig gebruik heeft gemaakt van zijn woorden door te zeggen dat hij vóór de motie zou zijn omdat hij de laatste alinea heeft betwist. Spreker heeft zich echter over de motie niet uitgelaten. De motie wordt hierna in stemming gebracht en met 11 tegen 10 stemmen aangenomen. Vóór stemmen Mevrouw Juten- van As en de heren leijs, Franken, Houtman, Broos, Benner, Notenboom, Bakx, Berger, Asselbergs en Veraart. Tegen stemmen de heren de Jaeger, Nijpels, Akkermans, Noorman, Scheppink,Ratsma, van Doorn, Nijssen, Ambagts en de Wit, De VOORZITTER sluit hiermee de interpellatie en verzoekt de leden voor een besloten atting nog'even aanwezig te willen blijven. Na heropening der vergadering wordt deze onder dank aan de leden voor de opkomst door de VOORZITTER gesloten. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 30 maart 1962, De Sec Jet ar De Voorzitter,

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1962 | | pagina 57