;c. A -4- van de idee dat de nieuwe functie van het Algemeen Burger Gasthuis zal zijn een verpleeghuis voor chronische zieken, dit College zich op de dag van vandaag niet precies kan realiseren hoe dat verpleeghuis voor chronische zieken georganiseerd moet worden en dat dit College momenteel zeker niet kan zeggen dat het te bouwen verpleegstershuis ten dele geschikt zal zijn voor verpleeginrichting voor chronische zieken. Indien zulks niet het geval zou zijn - en er zijn personen in den lande die zeggen dat de kamers voor een verpleeginrichting voor chronische zieken totaal ongeschikt zijn - dan rijst de vraag of ze dan geschikt zijn voor de verpleegsters van een verpleeghuis voor chronische zieken, Natuurlijk zijn ze daar geschikt voor, maar men moet zich wel realiseren dat het aantal verpleegsters dat nodig is voor een verpleeghuis voor chronische zieken aanzienlijk kleiner is dan dat voor/èieken die in een ziekenhuis verpleegd moeten worden. Spreker meent zich uit vroegere gegevens te herinneren dat men aanneemt dat voor een ziekenhuis per 2,1 zieken eén verpleegster nodig is en dat voor een verpleeghuis voor chronische zieken de verhouding is 1 op f>. Spreker meent dathet toch wel overduidelijk is dat, indien over 5 ja'ar de taak van het Algemeen Burger Gasthuis zich zou wijzigen, althans de taak van het zieken huis zou ophouden te bestaan, het verpleegstershuis dat men wil bouwen dan veel te groot is. Spreker heeft niet de indruk dat leze vragenstelling in het College van Regenten duidelijk ligt. Er wordt inderdaad in verschillende stukken die de Raad toegestuurd krijgt nu en dan gesteld "een verpleeghuis voor chronische zieken", maar daaromtrent is nog geen enkele beslissing genomen. Daarover zal toch waarschijnlijk het een en ander besproken moeten worden, veronder stelt spreker, ook met deskundigen en het zou kunnen zijn dat men er op zakelijke motieven van af zou moeten zien om daartoe over te gaan. Als spreker zegt 5 jaar, dan is dit wel subjectief gekleurd, maar als het Algemeen Burger Gasthuis een verpleegstershuis gaat bouwen a raison de 800.000,--, dan zit men toch, financieel bezien, ook wel in de boot. Het komt hem overigens voor dat, indien het Algemeen Burger Gasthuis te zijner tijd een verpleeghuis voor chronische zieken zou worden, toch feitelijk nog niet is kunnen worden bestudeerd, respectievelijk is bestudeerd, of dan in de bestaande gebouwen geen ruimte beschikbaar zal zijn voor de verpleeg^ters. Spreker denkt bijvoorbeeld - hij kent de inrichting er van niet - aan het klooster van de zusters. Wat moet daarmee gebeuren? Komt dat leeg te staan indien men er een verpleeginrich- ting voor chronische zieken heeft of wordt het ook ingericht voor de verpleging van chronische zieken? Is het wellicht niet uitstekend geschikt voor de huisvesting van verpleegsters? Spreker vraagt zich af of men deze punten in het algemeen wel heeft overwogen. Hij leest er niets over. Men leest wel - en dat staat ook gedeeltelijk in de stukken - dat er ernstige bezwaren verbonden zijn aan het feit dat het verpleegsters huis dat voor de Stichting St.Elisabeth-Ziekenhuis gebouwd wordt zo ver weg ligt. Spreker weet echter niet of dat nu wel zo'n erg steekhoudend argument is. Wel weet Hij dat men bijvoorbeeld in Roosendaal een verpleegstershuis bouwt op een afstand van het ziekenhuis aldaar die naar zijn mening groter is dan de afstand van het verpleeg stershuis dat de Stichting St.Elisabeth-Ziekenhuis gaat bouwen tot het Algemeen Burger Gasthuis. Nog andere bezwaren zijn hierbij aangevoerd, maar spreker betwijfelt het of dat allemaal objectieve bezwaren zijn. Er is ook nog een bekend spreekwoord dat zegt: Wiens brood men eet diens woord men spreekt'.' Hij wil het ook maar heel objectief en nuchter zeggen. Resumerende moet spreker zeggen dat de argumenten van het College van Regenten, waarop zij dus het aanbod van de Stichting St.Elisabeth Ziekenhuis menen te moeten verwerpen, veel te zwak zijn. ''Hoe moeten wij hier uit?", vraagt spreker zich af. Hij meent dat, indien men het hierbij rustig laat, er dan niets komt en dat vindt hij juist zo erg jammer. Er wordt ook gesteld de tarieven zijn te hoog. Spreker vindt het ook jammer dat het College.,;.van Regenten van het Algemeen Burger Gasthuis geen aanleiding ziet en feeen poging doet om zelf een voorstel te formuleren aan de Stichting St.Elisabeth- Zi ekenhuis. Dat zal waarschijnlijk wel niet gebeuren op grond van het argument dat het verpleegstershuis te ver af' gelegen is en dit voor de verpleegsters bezwaarlijk is. Spreker vraagt echter of dit erg steekhoudende argumenten zijn; als men er nuchter over denkt, meent hij dat zulks niet het geval is. De vraag is nu Hoe komen wij er uit? Hèt College van Regenten van het Algemeen Burger Gasthuis zegt "Het heeft geen zin om de bemiddeling van B.en W. in te roepen'.' Spreker meent dat Kien daarin gelijk heeft, gezien de ligging wel te verstaan. Als men goedwillend WO,;

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1962 | | pagina 32