r
I
punt zëkerheid zal kunnen krijgen van Gedeputeerde Staten. Hij wil het 'voorlopig hierbij
laten.
De heer NIJPELS zou een kleine opmerking willen maken aan de heer Berger.
Deze wil eerst naar Gedeputeerde Staten gaan en trachten het grote plan er door te
krijgen en in afwachting daarvan niets provisorisch doen "Verbeeld je", zegt spreker,
"dat Gedeputeerde Staten zeggen: "Het grote plan gaat niet door". Dan krijgt men grote
koppen in de krant, maar er gebeurt niets".Door de "heer Leijs heeft hij de opmerking
horen maken dat het water niet goed is. Misschien heeft de heer Leijs wel de meesters
titel voor zijn naam, maar zeker geen doctorandus, hij kan het dus niet weten.
De mededeling welke de heer Noorman heeft gedaan, dat contact opgenomen is ïnet ir.
Heydelberger van de Heide Maatschappij, verheugt hem. Het is een mooi plan. Zoals
spreker reeds heeft opgemerkt, zou hij graag "De Zanderijen" provisorisch in orde hebben*
Als men dit zakelijk bekijkt, behoeft men er niet veel woorden over te zeggen. Naar zijn
mening kunnen Gedeputeerde Staten er geen bezwaar tegen hebben hier een provisorisch
zwembad te openen. Bij gunstig weer krijgt men per dag 2 - 3 a 5000 man bezoek. Rekent
men de prijs welke ook in het gemeentelijk zwembad aan de Schelde wordt berekend, n. 1.
een kwartje, dat is niet te hoog, dan kan men de kosten voor de provisorische inrich
ting van "De Zanderijen" gemakkelijk bestrijden uit de inkomsten van het zwembad.
De heer BERGER is blij te horen dat het college van Burgemeester en Wethouders
zeer binnenkort een bespreking heeft met Gedeputeerde Staten, Hij twijfelt er niet aan
dat daarbij een poging zal worden ondernomen om in ieder geval de principiële toezeg
ging te krijgen dat het grote plan wel of niet wordt goedgekeurd. Hij gelooft dat men
na deze beslissing dit project opnieuw en vruchtbaar kan bespreken.
De heer RATSMA meent dat men met de discussies niet veel verder is gekomen.
"Mogelijk", zegt hij, "is de heer Berger nog niet lang genoeg Raadslid", maar dat Burge
meester en Wethouders op 2 april met de toestemming voor het grote plan in hun zak
thuis zullen komen, moet zijns inziens toch wel uitgesloten worden geacht. Dat zal on
getwijfeld nog wel geruime tijd duren, Overigens juicht hij het toe dat het college van
Burgemeester en Wethouders met het college van Gedeputeerde Staten een bepsreking zal
hebben over de vaststelling van een urgentie schema voor investeringen. De Voorzitter
heeft een aantal objecten genoemd die uit het oogpunt van werkverschaffing ook be
langrijk zijn, zoals de rioolpersleiding naar de Wester-Scheldeeen investering die
uiteraard enorme sommen zal verslinden, Wanneer men^het goed betekent, gaat het over
een bedrag van meerdere millioenen. Spreker kan daarom niet erg optimistisch zijn dat
de toestemming voor dit zwembad gemakkelijk zal afkomen, te meer niet nu hij de heer
Noorman heeft horen zeggen dat men niet op 575.000,- maar op ƒ.700.000,- moet rekenen,
Hij blijft er bij dat het het beste is, daar men nog lang zal moeten wachten op het grote
plan, terwijl hij het grote plan ook niet wil torpederen, maar dat men toch verstandig
zou doen met een klein plan uit te voeren. Nu kan men, zoals de heqr Leijs doet, er
bezwaren tegen'inbrengen, misschien grote bezwaren; hij zegt o.a. dat deze plas geen
eigendom is van- de gemeente en de Spiritusfabriek er water uit kan trekken en dat
men niet over water kan beschikken of men moet er ijzerhoudend water in pompen, maar
dan wil hij er toch aan herinneren dat, toen men de oorspronkelijke plas liet maken, het
'op deze wijze zou worden uitgevoerd» Men heeft de putten laten slaan om, wanneer water
uit "De Zanderijen" zou worden getrokken, 'het op deze wijze weer aan te vullen. Spreker
meent dat hij er indertijd reeds op gewezen heeft dat men een ontijzeringsinstallatie
zou moeten bouwen om het water op peil te houden. Spreker meent te mogen aannemen,
waar toen, 10 a 12 jaar geleden, het plan ter tafel werd gebracht en aangenomen, het ook
nu nog tot de reële mogelijkheden behoort om dit uit te voeren.
Nu heeft Wethouder Noorman gevraagd: "Ik zou het oordeel van de Raad willen weten".
Spreker zou ook kunnen zeggen: "Ik zou het oordeel van het college van Burgemeester
en Wethouders willen weten".
Spreker wil best een uitspraak van de Raad uitlokken over het kleine plan dat de Wet
houder min of meer concreet naar voren heeft gebracht. Hij hoorde een bedrag noemen
van de kosten van ƒ.25.000,-. De Raad kan deze avond niet ingelicht worden over dit
plan, dat moet men uitgewerkt hebben, maar spreker zou het college willen vragen, al
vorens een voorstel te doen: Wat doet het college wanneer het straks terugkomt van Gede
puteerde Staten en men niet de zekerheid heeft dat het grote plan kan worden uitge
voerd en niet de zekerheid of wel de zekerheid dat het niet zal kunnen worden uitge
voerd? Is het college dan bereid om met een voorstel bij de Raad te komen, zodanig, dat
dit in de volgende Raadsvergadering ter tafel kan komen? In dat geval is de uitspraak
van de Raad thans niet nodig. "Of is het zo", vraagt spreker, "dat men van het college
geen voorstel behoeft te verwachten"? In dat geval zou hij vanavond wel een uitspraak
van de Raad willen uitlokken. Spreker hoopt dat hem zo nodig daarvoor in derde in
stantie het woord zal worden gegeven.
De heer LEIJS meent niet veel te hebben toe te voegen bij wat hü in eerste i^an-
tie gesteld heeft. Alleen dit: Door de Wethouder is gesteld dat het plan van ƒ.8 000,-
van de dienst van gemeente werken om bepaalde redenen, n.l. tengevolge van e es e
dingsbeperkingafgewezen zou zijn. Hij meent dit te moeten bestreen en dat de Raad
gesteld heeft dat, als een provisorisch plan ƒ.80.000,- moet kosten men er dan maar
niet aan moest beginnen. Spreker weet niet of hij het juist voor heeft, hu