haven en wegen- Voorts is overleg gaande met het gemeentebestuur van Halsteren om het uitbreidingsplan van Halsteren voor wat betreft de Theodoruspolder te doen wijzigen, de bestemming ervan te Wijzigen waardoor op grond van de Woningwet aldaar industrieterrein kan worden verkregen, desnoods door onteigening- De bevolking van Bergen op Zoom nam over 1958 toe van 34.4-48 tot 34.813. De 35.000 werd dus niet. gehaald. Een toename van 365 zielen welke te denken is aan een geboorte-overschot van.473 dat gepaard ging met een vertreksaldo van 108. Wanneer men de laatste 10 jaren neemt, van 1949 tot en met 1958, nam de gemeente toe van 29.222 tot 34.813 is in totaal met 5591 zielen. Dit was te danken aan een vesti gingssaldo van 1006 en een geboorte-overschot van 44585, gemiddeld per jaar' een vesti gingssaldo van 100 en een geboorteoverschot van 460» In die periode heeft men tweemaal een vertreksaldo gehad n.l.in 1951 van 30 en in 1958 van 108. Hu moet men voor wat betreft het vertreksaldo, het migratiesaldo over het al gemeen over iets langere termijn bezien. Daarvoor heeft hij enkele cijfers vanaf 1900. Van 1901 tot 1910 is het migratiesaldo voor Bergen op Zoom minus 523, dus een verstrek- saldo. Van de jaren 1911 tot 1920 was het saldo plus 663,-van 1921 tot 1930 was het plus 407,-van 1931 tot 1940 plus 1420- van 1941 tol; 1950 plus 407 en van 1951 tot 1957 plus 900. Een negental gemeenter in deze omg ving, met inbegrip van Steenbergen en gaande tot de grens en ook Rilland Bath er bij gerekend, hadden over deze periode een negatief mi gratiesaldo, in totaal voor heel de periode van 12,684= Wanneer men het gehele gebied met Bergen op Zoom er bij neemt dan was er een totaal migratienegatief van 9410, In de periode van 1951 tot 1957 was er een totaal migratiesaldo positief, dat wil zeggen een aanwinst van 722. Dit moet ongetwijfeld ten dele zijn oorzaak vinden in de pendel en de onmogelijkheid om elders woningen ie vinden en de mogelijkheid om met gemakkelijk vervoer elders te gaan werken. Het negatief saldo voor Bergen op Zoom in 1958 zal naar zijn mening wel gedeeltelijk zijn oorzaak vinden in het feit dat in den lande over het algemeen de woonruimte-situa tie beter wordt, waardoor velen die in Bergen op Zoom woonachtig waren en elders hun economisch bestaan hadden, gelegenheid hebben gekregen hun woning te verleggen naar de plaats waar'zij werkten. Maar toch gelooft spreker ook, dat de zorgelijke cijfers die hij genoemd heeft ten aanzien van de werkgelegenheid, niet nagelaten hebben hierop in vloed uit te oefenen. Wat betreft de bevolking zijn ook de relatieve cijfers interessant. Het betreft hier de geboorte per 1000 van de bevolking» Dit bedroeg in 1949 2b, 1 dat was bijzender hoog. Het daalde vervolgenskreeg enige schommelingen en bedroeg in 1958 21,0. Dit betekent dus een daling van het aantalgeboorten per 1000 zielen. Wat de woningbouw betreft zou spreker ook gaarne enkele cijfers willen geven van het ver leden; eerst zal hij enkele cijfers van het laatste jaar ter tafel brengen. In 1958 kwamen in totaal 2.00 woningen gereed, waarvan 167 gemeentewoningen en 33 particu liere woningen. In 1957 bedroeg dit totaal 359,waarvan 326 gemeentewoningen en. 33 parti culiere woningen. Het jaar daarvoor was het lager n.l, 155 totaal, zijnde 136 gemeente en 19 particuliere woningen. Er is dus nog al enige schommeling, Het betrekkelijk lage aantal van 1958 vindt waarschijnlijk zijn oorzaak in het feit, ten dele althans, dat er in 1957 zo veel woningen zijn gereed gekomeh en dat het verloop van de bouw over het jaar niet steeds gelijk is. Er zijn op'het ogenblik in aanbouw, per ultimo 1958, nog 200 wo ningen, waarvan een groot deel in de eerste maanden, of eerste weken van dit jaar ge reed komt. Wanneer spreker even teruggrijpt op de woningbouw 11a de oorlog,dan ziet hij dat in 1945 eerst noodwoningen werden gezet, drie complexen, totaal 96 woningen n.1.30 stenen, 20 houten en 46 maycretewoningen, In 1946 kreeg men de eerste normale woningbouw. Het bouwvolume werd destijds uitgedrukt gedeeltelijk in m3,gedeeltelijk in aantal, dat was niet precies aangegeven maar in de jaren 1946 tot 1950 werden 851 woningen gebouwd waarvan 816 door de gemeente. Van 1951 tot 1953 bedroeg het bouwvolume 653 woningen. Bij de re alisatie is aanvankelijk enige moeilijkheid geweest in verhand met de financiële moei lijkheden na de Korea-crisis, iets wat men nu ook weer heeft gehad. Spreker kan niet precies nagaan of al deze woningen zijn gebouwd, doch hij vermoedt van wel. Van 1954 tot 1956 bedroeg het bouwvolume aanvankelijk 310, doch door allerlei aanvullingen steeg het totaal voor 3 jaar tot 538. In 1957 werd een hasis-centingent verleend van 218 woningen. -Dit werd later opgevoerd tot 229. In 1958 werd een basis-contingent woningwetwoningen verleend van 180. Dit werd aangevuld met woningwetwoningen voor industrie en repatrianten met 50 woningen, in to taal dus tot 230 woningwetwoningen. Hiervan zijn er 146 in het continubouwcontract opge nomen en 84 in het plan gemeentewerken, zoals het gewoonlijk genoemd wordt. Premiebouw was toen practisch vrij. In 1958 werden in. aanbouw genomen 41 premiewoningen. Voor 1959 bedraagt het basis-contingent 179, dat net voldoende is voor vervulling van het con- tinucontractMen hoopt natuurlijk dat evenals in het verleden er iets bij zal komen. Men behoeft de kranten van de laatste week maar te lezen om te zien dat niemand tevre den is geweest met het contingent dat. beschikbaar is gesteld, Spreker gelooft dat Ber gen op Zoom niet ongunstig afsteekt hetgeen te danken is aan het continueontract daar hiermede in elk geval dit aantal verzekerd is. Spreker wil dan nog enkele vergelijkende cijfers van andere gemeenten geven voor wat

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1959 | | pagina 5