L v/t r- - 23 - hij daar aan t evoegen dat dit dan wel niet gebaseerd is op een recht. En als dat recht hen wordt afgenomen dan is het naar zijn mening him goed recht daartegen op te komen. Zij willen slechts dat dit recht gehandhaafd wordt. De heer ASSELBERGS zou nog graag even willen ingaan op de discussies die zijn gevoerd en op de opmerkingen die daarbij zijn gemaakt. Hij zou dan willen beginnen met op te merken dat hij blij is dat de heer Ratsmai in tweede instantie over de ziekenhuis affaire heeft beperkt tot zakelijke opmerkingen. Spreker zou het bijzonder hebben toegejuicht als het altijd zo was geweest. De heer RATSMA (inteimmpeert"Het is zo geweest* Dat is weer een insinuatie". De heer ASSELBERGS vraagt of het een zakelijke opmerking is hierbij te praten over de kwestie Trimbach, over de Z.C.P., over de Ambachtsschool en zelfs over"Doskoy Wat de houding betreft welke de Burgemeester heeft aangenomen wil spreker gaarne verklaren dat deze naar zijn mening deze zaak op volkomen onpartijdige wijze heeft ge leid. Spreker wil gaarne ingaan zeer in het bijzonder op de kwestie- zijn twee ziekenhuizen mogelijk in Bergen op Zoom? Hij wil dan zeggen dat hij er in de hele. discussie van uit is gegaan dat de informatie welke de Voorzitter heeft genomen in Den Haag juist is. Hij meende dat het ande® moeilijk kon. Overigens moet hij zeggen dat, wanneer het mogelijk zou zijn om naast een katholiek ziekenhuis een protestant ziekenhuis of een algemeen ziekenhuis te hebben, hij er dan geen enkel beswaar tegen zou hebben, integendeel. Maar het is zo dat hij vreest dat het niet mogelijx zal zijn, tenzij het alleen maar een alge meen ziekenhuis is. Dat is het hokje van het algemene, wat hij net zo goed een hokje vindt als het katholieke hokje dat meermalen in de Raad komt. Wanneer blijken zou dat het onmogelijk sou zijn, hoe dan ook, dan zou spreker,wanneer men praat over de rechten van de minderheid willen opmerken dat deze noch aan de ene kant noch aan de andere kant geweld worden aangedaan, Maar spreker meent voor een objectieve beoordeling iets anders te moeten stellen. Hij gelooft dat hij daar geen ongelijk in heeft, maar mijnheer de Voorzitter zal dit anders wel weten te vertelen. Rij vraagt zich namelijk af of het ligt in de lijn van de Stichting A.B.G. om een protestant of een algemeen ziekenhuis naast een katholiek particulier ziekenhuis te exploiteren. Dat is dan een kwestie maar de minderheid zich eeiö serieus over moet beraden. Het is maar een vraag, spreker weet het antwoord ook niet definitief, maar hij vreest dat het moeilijk zal zijn. En wanneer op deze mogelijk heid in de discussie rustig zou zijn gespeeld de vraag of de minderheid bereid zou zijn.,evengoed als de katholieken bereid zijn om een katholiek ziekenhuis te stichten, een niet-katholiek ziekenhuis te stichten, dan is dat een vraag die hij eerlijk gezegd meende dat ontkennend was te beantwoorden, omdat de protestantse minderheid naar hij meent op dit moment daarvoor te klein is. Spreker legt dit probleem maar even ter tafel, Dan wil hij graag iets zeggen over de volkomen juiste en zakelijke opmerking van de heer van Doorn over de kwestie"overgangstijd'!, Nu kan spreker corrigeren het tekort dat hem kan worden verweten en ook is verweten, n.l. dat hij op een door de heer Ratsma gestelde vraag geen antwoord heeft gegeven, n.l.jwaarom in de vergadering van april de vergadering moest worden geschorst en waarom, toen de schorsing geëindigd was, hij van het woord heeft afgezien. Dat ging doodeenvoudig over de overgangstijd. Zijn fractie had gemeend dat het wenselijk was om zeer speciaal de nadruk te leggen op het behoud van al datgene wat noodzakelijk was te doen in het belang van de volksgezondheid. Daarom meenden zij dat het juist was het College van Regenten van het A.B.G., gezien de beslissing tot stichting van een katholiek ziekenhuis,te moeten verzoeken tot een loyale mede werking, uitsluitend in het belang van de volksgezondheid. Spreker heeft namens zijn fractie gesproken en hij kon zich voorstellen dat daaromtrent een zekere wijfeling be stond, zodat hij dit even wilde bekijken» Dn toen dat zo was heeft hij er van afgezien daarover te spreken. Dat is het hele eieren eten» Graag wil spreker nu iets zeggen over de overgangstijd in verband met wat de heer van Doorn heeft gezegd. Het is inder daad waar dat aan het A.B.G. in de vorige periode voel is gebeurd. Hij herinnert zich de wasserij en een verpleegstersgebouw. Er is gewerkt aan heb ziekenhuis-bouwplan uit de aard der zaak. De bouwplanontwikkelingen in die periode waren gebaseerd op de optie welke het A.B.G. had op een deel van Plein XIII, Het heeft inderdaad heel wat besprekingen met de P.P.D.met het gemeentebestuur en met de architect gevergd voor dat de basis daarvoor was» En nu is het zo, en dat komt door de continuiteit waar de heer van Doorn over gesproken heeft, bij de wisseling van het bestuur is al die arbeid, "laat ik zeggen dat weinig arbeid was", zegt spreker, dat kan hem niet schelenmaar de arbeid is verricht en men was er ver in gevorderd, en die is door het nieuwe college - dat neemt hij hen niet kwalijk, men heeft het recht een eigen lijn uit te stippelen - met êën slag van de tafel geruimd. Dat is niet de eerste keer. In 1948 gebeurde het, in 1952 gebeurde het weer en in 1958 is het opnieuw gebeurd» De continuiteit welke de heer van Doorn ziet als een .goed apparaat, en daar is spreker het mee eens tot op zekere hoogte, heeft dit tot gevolg gehad. De bouw van een ziekenhuis kan men niet in 2 - 3 of 4 jaar klaar krijgen, dat is jammer genoeg, want men zit met deze periode als er uiteindelijk maar 4 jaar beschikbaar zijn. Het is hem niet gegund deze zaak af te handelen, de Raad heeft r/ ,'0. 0 0^:u -■'

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1959 | | pagina 228