- 28 - 32,Voorstel tot wijziging van de gemeente-begroting voor het dienstjaar 1959 (95e wijziging Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen 26 t/m 32 van Burgemeester en Wethouders bssloten. Aan de orde komt dan de interpellatie van de heer Anibagts. De heer AH3AGTS wil hierop graag een kleine toelichting geven. Het heeft hem bevreemd men moet het hem niet .kwalijk nemen, maar hij snapt het niet meer. Het enige wat hij snapt mag' hij eigenlijk niet zeggen. Deze avond heeft hij zoveel horen luiden en vertellen, men mag het college niet aanvallen, men moet het sparen, men mag de ambtenaren niet aanvallen maar sparen, wat moet men doen? Door "St.Olof" was het plan opgevat tijdens de uitverkoop een beurs te houden. Ge zien het zeer ongunstig vallen van de Raadsvergadering waardoor het onmogelijk was aan de Raad het verzoek te richten om 3 koopavonden te mogen houden. Om op de beurs verkoop-mogelijkheid te hebben, is spreker zijn licht gaan opsteken, omdat dit wel aardig zou zijn, op plaatsen waar men hem wel inlichten kan omtrent deze materie en te vragen of het mogelijk was, gezien de winkelsluitingswet, om hier toch iets te doen. Hem werd medegedeeld dat volgens artikel 12 van de winkelsluitingswet Burgemeester en Wethouders gemachtigd zijn toestemming te verlenen, of ontheffing te verlenen ten aanzien van veilingen. Het oorspronkelijk idee was van de baan maar bij de deelnemers kwam de idee naar voren dat er iets leuks van te maken was en dan een veiling te organiseren. Men heeft de zaak nog eens onderling bespreken en daarop is beslo ten de vergunning aan te vragen, dan zou het wel in orde komen. Misschien is men ergens geweest waar men niet bevoegd was, spreker weet het roet, maar hij vindt zo, als de plaatselijke middenstand op de idee komt om een opruimingsveiling te orga niseren, niet alleen voor de leden van "St.Olof" maai' voor iedereen, dan is er altijd een mogelijkheid om dit af te wijzen doch ook om dit toe te staan# "Het kan niet", is geen antwoord, want een oplossing is er altijd te vinden. Immers Renard zei:"La technique juriüique a teELement de tours dans son sac, qu'on 1& trouve rarement au d£- pouvoir" hetgeen wil zeggen: "De juridische techniek heeft zoveel middelen dat ze maar zelden in verlegenheid verkeert" Spreker meent zeker, wanneer het college van Burgemeester en Wethouder er de nodige aandacht aan had besteed, dat het besluit anders zou zijn uitgevallen, temeer waar de afdeling en de politie gezegd hadcfei Vraagt het maar aan Burgemeester en Wethouders. Men had de mogelijkheid om het toe te staan en spreker begrijpt niet dat hiervoor geen toestemming is verleend. Er worden zoveel shows gehouden waarop verkocht wordt en tentoonstellingen georganiseerd waarop verkocht wordt. Ma ar nu de plaatselijke middenstand als organisatie het verzoek richt om als organisatie iets te brengen, kan het niet. Spreker zou graag horen waarom het niét kon. De VOORZITTER zegt te zullen trachten dit antwoord te geven. "St.Olof" vroeg toestemming tot het organiseren van een opruinings'veiling. Nu mag men die geven zoveel men wil, maar het ging om de sluitingstijd, want deze veiling zou ook plaats hebben tussen 6 en 10 uur namiddag. Nu heeft aanvrager verwezen naar artikel 12f volgens welk artikel ontheffing zou kunnen worden verleend van dat verbod. Nu heb ben Burgemeester en Wethouders de zaak anders bezien en daarbij is gebleken dat die uitzondering voor veilingen onder zeer bepaalde omstandigheden in de wet gekomen is. Men heeft de bedoeling gehad om bestaande gebruiken te-kunnen handhaven, zoals antiquiteitenveilingen en boekenveilingen. Ondanks de tegenstand welke hiervoor be stond in de Staten-Generaal is deze uitzondering gebleven. Maar voor het doel waar voor het hier gevraagd werd is het beslist niet de bedoeling. En het zou, om ook een franse uitdrukking te gebruiken, "détournement cé pouvoir" geweest zijn als men de toestemming wel had gegeven. De heer ASSELBERGS vraagt de vertaling van de uitdrukking. De VOORZITTER zegt dat het "misbruik van bevoegdheid" zou zijn geweest, Burge meester en Wethouders hebben gezegd: "V/ij kunnen geen ontheffing verlenen op die grond',' aangezien dit niet kOn, maar niet omdat men niet zou willen. Aan "St.Olof" is dan ook medegedeeld dat de gevraagde ontheffing niet kon worden verleend. Dat is de gehele zaak, daar zit niets anders achter. Aan Burgemeester en Wethouders is bij de wet de opdracht gegeven om de wet uit te voeren en men moet dan niet met misbruik van de wet zekere gunsten gaan verlenen. De heer AMBAGTS is dan tevreden gesteld, Hij weet nu dat het in Bergen op Zoom niet mogelijk was. De VOORZITTER komt op tegen de insinuatie dat men dit aan de Bergen op Zoomse middenstand heeft willen onthouden» Burgemeester en Wethouders zijn verplicht de wet uit te voeren en dat doen zij ook. De heer EIJEELS vraagt of er geen modus was te vinden waardoor "St.Clcf" toch geholpen was geworden» Had men niet kunnen zeggen» ''Als u het zo doet ^krijgt u wel toe stemming',® Men had kunnen meehelpen, meent hij» De VOORZITTER zegt dat dit iets van andere aard is. Hij weet niet of dit moge-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1959 | | pagina 204