- 6 - "^°°rstel tot het gevai van een bes temming voor het jaar 1959 aan de rente over de belegde middelen vsn het legaat van Ir. P.P.van Cooth, (Dossier nr0288 C.) (Verzameling 1959, nr.139.) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 9Voorstel tot afwijzing van de subsidie-aanvrage van de Rolschaatsverenlging; Fodri. (Dossier nr.11 6 G.II) (Verzameling 1959, nr„131 De heer de JAEGER begint met op te merken dat het hem bevreemdt dat dit voorstel, zonder dat het in een of andere Commissie is geweest, ineens aan de Raad wordt voorgelegd. Het is altijd de'gewoonte geweest, als er een aanvrage voor subsidie werd gedaan, dat deze in de een of andere Commissie werd gebracht» Uit de betreffende stkken blijkt hem niet dat deze aanvrage in een Commissie is geweest, Niettegenstaaiï- de dat wil hij er toch wel enkele woorden aan wijden- om zijn bevreemding en ook zijn argst uit te spreken over de afwijzing van het college van deze subsidie-aanvrage voor de rolschaatsverenigirg Fodri»'Waarom deze afwi^ing?1' vraagt hij zich af. Enkele jaren geleden heeft spreker ook meegemaakt dat door een vereniging een subsidie-aan vrage was gedaan, een vereniging welke destijds vol energie was en. hard werkte en waar veel van uitging» Helaas heeft deze subsidieverlening geen doorgang kunnen vinden omdat er geen meerderheid in de Raad was te vinden en de vereniging heeft in die tijd met zeer grote moeilijkheden te kampen gehad» Daarom heeft hij ook hierbij enige angst. Deze vereniging heeft werkelijk iets groots te berde gebracht en daarmee bijgedragen aan de ontwikkeling van de jeugd en van de andere leden der vereniging. De vereniging is gewoon veel werk te verrichten,hetgeen men kan zien in de stukken die ter inzage hebbaa gelegen en wat nu te berde is gebracht, Spreker kan niet begrijpen waarom het college zonder meer met een afwijzend voorstel in deze komt. Immers bij het schrijven dat de vereniging gedaan heeft op 10 april aan het college is een begroting overgelegd waarop men tot een uitgave kwam van ƒ.1650,-. Hiervoor zijn dingen gemaakt die voor de toekomst nog wél gebruikt kunnen wordeamaar ook dingen die speciaal voor deze show. gemaakt zijn en hoogst waarschijnlijk niet meer in aanmerking kunnen komen voor een volgende -show, indien men althans de kans krijgt om dit werk door te zetten. Op 10 april werd het verzoek gedaan ontheffing te verlenen voor vermakelijkheidsbe lasting, maar' jammer genoeg, door de weinige inlichtingen die men gegeven en gekregen heeft, is er weinig of niet veel aandacht aan besteed, Nu ligt de zaak anders. De vereniging heeft zich met een schrijven tot de Raad gericht en dat heeft ondergeteken de enigszins wakker gemaakt. Door de stukken die ter inzage hebben gelegen en de in formaties welke hij heeftgedaan is hij tot de conclusie gekomen welke kosten deze vereniging heeft gemaakt» In het begin heeft spreker reeds opgemerkt welke kosten de vereniging gemaakt heeft voor de show en daarbij was nog niet de zaalhuur. Het heeft enorm veel geld gekost en jammer genoeg heeft de vereniging een verkeerde gok gemaakt. Om iedereen kennis te laten maken met de vereniging heeft men de show midden:in de stad gegeven en waar de zaalhuur hoog ligt heeft men er hqge kosten voor gemaakt, maar men had gerekend op bom-volle zalen. Jammer genog is dit niet het geval geweest. Het bezoek is erg mini maal geweest,hetgeen men ook heeft kunnen constateren uit de rekening welke ter inzage heeft gelegen van de vermakelijkheidsbelasting. Spreker zou het verzoek willen doen om deze mensen toch nog ter wille te zijn. Hij weet niet of een fout of een misrekening hierin zit» Ook op de verjaardag van H.M. de Koningin op 30 april zou door deze vereniging een show gegeven zijn welke door de weersomstandigheden geen doorgang heeft kunnen vinden. Een mondelinge toezegging was gedaan dat ze op 27 of 28 juni een show zouden kunnen geven en deze gaat schijnbaar ook niet door,, Hiervoor wordt geen enkele vergoeding gegeven, hetgeen hem bevreemdt. Met dat al is de vereniging erg gedupeerd, waarom spreker in overweging zou willen geven alsnog minstens genomen de vermakelijkheidsbelasting vrij te geven aan deze ver eniging. De heer NIJSSEN zegt ook met verwondering te hebben kennis genomen van de afwijzende houding die Burgemeester en Wethouders aannemen ten opzichte van het verzoek van de rolschaatsvereniging Eodri. Deze vereniging heeft naar zijn mening een drieledig doel;' ten eerste de jeugd-sportbeoefening te bevorderen; ten tweede culturele ontspanning en ten derde en niet het minste de opvoeding van de jeugd, waarvoor men ook een geestelijk adviseur heeft» Dat laatste acht hij van groot belang, daar immers door de rol schaatssport te beoefenen de jeugd van straat wordt gehouden. Naar aanleiding van hetgeen de heer Gerritse gezegd heeft over de baldadigheid van de jeugd moet men het op prijs stellen dat er verenigingen zijn die imede ten doel hebben de jeugd van de straat te houden» Nu vraagt de vereniging subsidie gelijk aan het bedrag van de vermakelijkheidsbelasting welke is moeten warden opgebracht voor de gehouden rolschaats-show. Zijn mening is

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1959 | | pagina 166