- 19 -
Inzpiddels is door de Planologische Dienst een uitbreidingsplan gemaakt voor deze om
geving en dit uitbreidingsplan ligt thans ter inzage.
Wat de prijs betreft, inderdaad kost het nogal wat. Dit heeft alleen betrekking op het
bouwrijp maken, maar spreker moet er bij zeggen dat het anderzijds niet duurder zal zijn
dan andere terreinen. Spreker zou daarvoor willen herinneren aan "De Zeekant"waar
voor ook grote bedragen zijn uitgegeven. Hij heeft op het ogenblik niet de beschikking
over de begroting, maar het is een normale prijs. Spreker wijst er op dat in deze priis
het verleggen van de leidingen is begrepen» Wat de transportleiding betreft, deze be
hoeft niet verlegd te worden, het is mogelijk deze leiding te laten waar ze ligt.
De heer LEIJS merkt op dat de Wethouder toch niet de angst bij hem heeft wegge
haald dat men hier verschrikkelijk in een knelpositie komt te zitten. Spreker ziet dit
los van het uitbreidingsplan dat straks in de Raad komt. Het' is zo, dat de Wethouder
stelt dat bij het bedrag van ƒ.763.000,- de leidingen bij zijn, maar geen aankopen, en
als men het plan bekijktzal men zien dat nog behoorlijk grote percelen aangekocht moeten
worden om bouwrijp te worden gemaakt, omdat er continubouw op gepleegd moeten worden,
men kan die aankopen op het ogenblik niet missen. Zijn vraag is nu of het niet mogelijk
is - om niet in een moeilijke positie te komen - een deel van de continubouw ergens
anders, te projecteren. Hij denkt daarbij aan het plan "Zeekant", v/aar in december 1.1.
nog een voorstel is aangenomen om de grond hier bouwrijp te maken voor 126 woningen.
Om zich veilig te stellen meent spreker dat men die richting moet uitgaan en dat men
moet zorgen verschillende pijlen op de hoog te hebben» Hij denkt ook aan de Moerstraatse-
baan. Daar is heel wat grond in het bezit van de gemeente. Men zit door ook met het
houwrijpmaken, maar men zou er toch in 1960 kunnen bouwen, aan de continubouw verplich
tingen kunnen voldoen en de grond ter beschikking kunnen stellen van de aannemer, daar
deze anders de gemeente in gebreke stelt en men'voog nog duurdere kosten komt te zitten
Wat thans wordt voorgesteld vindt spreker een vrij gecompliceerd plan en als men nagaat
dat het een millioen gaat kosten, wordt het ook een enorme kostprijs, vooral als men
weet dat men slechts een derde kan verkopen voor bouwgrond en de rest moet dienen
voor straten en groenvoorziening. Zo gaan de straten en de groenvoorziening veel
kosten. Wanneer men hier woningwetbouw pleegt en niet bepaalt wat er in gecalculeerd
wordt, zal het een nadelige transactie worden» Spreker meent dat men niet met bepaalde
plannen moet komen wanneer het uitbreidingsplan niet geheel hekend is. De Raad moet
eerst kunnen zien welke richting men uit gaat. Thans tast men in het duister. Spreker
maakt er het college geen verwijt van, het is al jaren zo, maar hij meent dat men die
richting moet uitgaan dat men, wanneer de financiën worden beschikbaar gesteld, precies
weet waar af en waar aan, Hij vindt het een bezwaar dat men in een knelpositie komt.
Daarom heeft hij de vraag aan het college gesteld: Kunnen we niet een andere richting
uit, naai' het plan "Zeekant"waar de grond bouwrijp wordt gemaakt voor 126 woningen,
of naar de Moerstraatsebaan, waar ook continubouw kan worden gepleegd?
De heer VERAART moer er zijn spijt over uitdrukken dat in 1960 laagbouw wordt ge
passeerd, Hij begrijpt wel dat het'nankeert aan bouwrijpe gronden, maar hij vindt het niet
temin jammer.De verhouding tussen hoog- en laagbouw moet goed zijn en hij zou er dan ook
'op willen aandringen in 1961 de schade in te halen. Spreker gelooft dat de ervaring is
dat hoogbouw niet zo erg gewild is, men moet het nu wel aanvaarden omdat er niets
anders te krijgen is, maar men heeft liever laagbouw. Wat continubouw betreft, ziet
spreker het liefst gevarieerde bouw, zoals thans aan "De Zeekant" gebeurt.
De heer NOORMAN zegt dat het door de omstandigheden onmogelijk is met laagbouw te
beginnen, zodat men met de continubouw wel de hoogte in moet. Men moet echter de con
tinubouw niet over één jaar zien, maar' over vijf jaar. Dan zal men zien dat er een goede
verhouding is tussen hoog- en laagbouw. De continubouw 1961 is vrijwel volledig opge
zet in laagbouw, maar door de terrein-moeilijkheden is men thans- uitsluitend op hoog
bouw aangewezen.
Wat de opmerking van de heer Leijs betreft, om, nu men met terreinmoeilijkheden zit,
de continubouw elders weg te zetten, daarop zou spreker willen aantwoorden dat ook dat
moeilijkheden geeft. Aan "De Zeekant" is nog slechts een klein terrein beschikbaar. Dat
is bestemd voor 126 woningen premiebouw. Hij zou het betreuren warneer men de gelegenheid
voor premiebouw niet zou kunnen openstellen, temeer waar verschillende gegadigden zich
hebben aangemeld. Spreker heeft wel het vertrouwen dat de continubouw 1960 tijdig zal
kunnen plaatsvinden, het grootste deel van het terrein is eigendom van de gemeente, er
is alleen nog een klein gedeelte waarover onderhandelingen gaande zijn; en die verkeren
in een ver gevorderd stadium, ffij verwacht wel dat deze bouw toch tijdig zijn beslag zal
krijgen, V/at de prijs van de grond betreft, gelooft'spreker dat deze niet exorbitant
boven andere prijzen zal uitgaan»
Men moet dit niet op zich zelf beschouwen, maar het geheel bezien.
De heer LEIJS wenst geen stemming, maar aantekening in de notulen dat hij tegen
het voorstel van Burgemeester en Wethouders is.
Zonder hoofdelijke stemming wordt daarna overeenkomstig het voorstel van Burgemeester
en Wethouders besloten.