11 gemeente deel te nemen. Wanneer de drie fracties waarvoor hij op het ogenblik spreekt het met elkaar eens zijn geworden dat een van hun vijven hun candidaat is voor het Wethouderschap, dan betekent dat dat zij het met elkaar aandurven. Niet dat zij gelijk zijn aaii el kaar, maar dat zij er vertrouwen in stellen dat deze éne vertegenwoordiger humde be langen in het college naar voren zal brengen. Het is zo en dat is ook zeer begrijpe lijk, dat altijd de kleine minderheden elkaar zullen zoeken tegenover een zo grote meerderheid. Er zijn gemeenten in den lande waar een enkele K.V.P,-er moet aansluiten bij de P.v. d.A, of bij de A.R, Pas als men in de verdrukking zit, vindt men elkaar en als men elkaar gevonden heeft, kan men met recht en reden opkomen om een vertegenwoor diger te krijgen in het dagelijk bestuur. "Daarom", zegt spreker, "zullen wij er nooit mee accoord gaan dat een partij die 50% van de kiezers achter zich heeft de brutali teit heeft aanspraak te maken op het totaal aan Wethouders". Spreker heeft geen nieuwe argumenten naar voren te brengen dan de zelfde welke hij vijf jaren geleden naar voren gebracht heeft, maar deze argumenten zijn op zich zelf sterk genoeg. Het gezamenlijk aantal stemmen dat de partijen voor wie hij thans het woord voert verenigd heeft, rechtvaardigt dat zij aan het dagelijks bestuur :.kun- nen deelnemen. Het tweede argument is hierin gelegen dat aan het hoofd van een gemeente staat een Gemeenteraad en die Gemeenteraad is gekozen door de kiezers en in zijn samenstel ling een afspiegeling van de bevolking. Uit die Gemeenteraad kiest men de Wethouders. De redelijkheid eist dan toch dat met de uitspraak der kiezers rekening wordt gehouden, te meer omdat het college van Wethouders lang niet in alle opzichten rekenschap ver schuldigd is van zijn beleid aan de Gemeenteraad. "Denkt maar eens", zegt spreker, "aan de uitvoering van de Woonruimtewet, die ge heel in handen is gelaten van het college van Burgemeester en Wethouders, Denkt aan de benoemingen van secretarie-personeel en de benoeming van personeel dat gedelegeerd is. aan het college van Burgemeester en Wethouders door de Gemeenteraad". "Wij zouden wel naïef zijn", aldus spreker,"als wij er ons zonder meer bij zouden neerleggen om een college te kiezen uit een deel van de Raad dat slechts 50% van de kiezers achter zich heeft". Op de derde plaats meent hijen dat zegt hij met enige vrijmoedigheid omdit hij niet zelf de candidaat is, dat de kwaliteit van de Raadsleden welke deze drie niet spe cifiek Katholieke fracties in de loop der jaren naar voren hebben gebracht rechtvaar digt, dat zij deelnemen aan het dagelijks bestuur van deze gemeente. Hij meent te mogen zeggen dat zij met toewijding het Raadslidmaatschap hebben vervuld en in bekwaamheid voor de leden van de K.V.P.op zijn zachtst gezegd, niet onder doen. Bij hen rijst de vraag: Wat zijn de werkelijke beweegredenen van de K.V.P. om bij zo'n kleine meerderheid alle Wethouderszetels op te eieen? Dat deze partij slechts 50% van de stemmen gekregen heeft wijst er zijns inziens op dat er ontevredenheid is over het gevoerde beleid. Het wijst er niet op dat Bergen op Zoom niet voor de doorbraak heeft gekozen. Daar zal hij straks bij de algemene beschouwingen op terug komen.. Maar hij wijst er thans wel op dat onder het Katholieke kiezerskorps grote ontevredenheid heerst en dat er grote groepen zijn die het anders wensen dan men het tot nu toe heeft gedaan. Een beginselkwestie kan het voor de K.V.P. niet zijn, gezien de houding welke een K.V.P.-fractie aanneemt wanneer zij in de minderheid is. We kunnen dan ook naar-de wa re beweegredenen gissen. Het doet hem genoegen dat in ieder geval vast staat dat ook in Bergen op Zoom vele Katholieken hun standpunt delen. Reeds vijf jaar geleden sloot de fractie van de K.N.P. en sloten ook de Katholieken die op vrije lijsten gekozen waren zich zonder voor-overleg spontaan bij hen aan en zij hebben hun stem uitgebrachtop hun candidaat. Spreker hoopt dat deze leden, waarvan er nog aanwezig zijn in deze Raad, al hoewel ten dele nu tot andere groeperingen behorend, niet van mening zijn veranderd en dit weer zullen doen. Wat toen rechtvaardig was, is het nu nog. De eed die men pas heeft afgelegd houdt in dat men naar eer en geweten zijn stem zal uitbrengen, Als hij de verkiezingsuitslag door hun bril bekijkt, dan zou naar zijn mening de fractie van de K.V.P. aanspraak kunnen maken op twee Wethouderszetels. Verder zou er een zetel kunnen worden toegewezen aan de drie niet Katholieke partijen en een aan de Katholieke Stadspartij. Naar hun overtuiging zou deze samenstelling kloppen met de ver kiezingsuitslag en zij zouden bereid zijn in deze geest mede te werken aan de samenstel ling van een college. Men heeft nu gehoord dat de fractie van de K.V.P, daaraan niet zal medewerkën. "Wij- zullen stemmen", zegt spreker, "voor een college dat samengesteld is volgens de verhou dingen door mij aangegeven, althans zoveel mogelijk in deze geest'.' Hij hoopt dat 'er in deze Raad een meerderheid zal zijn om aan deze democratische samenstelling van het col lege mede te werken. Hij weet dat het tal van Katholieken aan het hart gaat dat met de rechten van de minderheid wordt omgesprongen zoals dat de laatste jaren is gedaan. Spre ker doet een beroep op de Katholieke mede-Raadsleden om het college samen te stellen in de geest zoals door hem geschetst.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1958 | | pagina 195