-25- men zondag en in de week open willen blijven. Ban is aangehaald dat overeenstemming was bereikt, waaromtrent een bericht in de kranten heeft gestaan. Ondergetekende heeft hierover contact opgenomen met het be stuur van de H.K.W., welke hem ee:i verklaring heeft verstrekt, welke hij even wil voorlezen. Deze luidt: Op dinsdag 4 februari 1958 heeft een informele bespreking plaats gehad tussen de "besturen van de R.K,Middenstandsvereniging "St, Olof" en de Nederlandse Katholieke "Bond van Administratief, Verkopend en Verzekeringspersoneel "St.Franciscus van As- "sisië", afdeling Bergen op Zoom (de H.K.W. -"St.Olof" heeft daarbij medegedeeld een verzoek te willen richten aan het colle- "ge van Burgemeester en Wethouders van Bergen op Zoom, teneinde algehele ontheffing "te verkrijgen van de Winkelsluitingswet tijdens de "Expo-*58" te Brussel. Daar bij "eventuele verkrijging van bedoelde ontheffing personeelsbelangen zijn gemoeid, en dit "door "Si.Olof" tijdens genoemde bespreking ook werd erkend, heeft "St.Olof" zich tot "de H.K.W. gewend, teneinde deze kwestie te bespreken. Nu "St.Olof" in haar perscom muniqué in "De Stem" en het "Brabants Nieuwsblad" van 12 mei 1958 stelt, dat de "H.K.W. akkoord gegaan is met een verzoek van "St.Olof" aan het college van Burgemees ter en Wethouders om tot uitbreiding van de openstelling van bepaalde winkels te ko ten, moet de H.K.W. dit ten stelligste tegenspreken. Zij wijst in dit verband op het verdere verloop van de bespreking op 4 februari "1958, waarbij zij bepaalde garanties aan "St.Olof" heeft gevraagd, die voor de H.K.W. "van belang waren. Deze garanties heeft "St.Olof" bij deze bespreking niet kunnen ge- ten, aangezien de plannen voor de door "St.Olof" te voeren actie de daarop volgende "week aan haar leden nog ter goedkeuring moesten worden voorgelegd. De H.K.W, heeft "zich tijdens meergenoemde bespreking op het standpunt gesteld, zich alle vrijheid "voor te behouden ten aanzien van de door "St. Olof" te ondernemen actie en zich des- "noods te wenden tot het college van Burgemeester en Wethouders om in deze kwestie ge- "hoord te worden, Nu het verzoek van "St.Olof" om tot- latere openstelling der winkels te geraken "door het college van Burgemeester en Wethouders aan de Gemeenteraad wordt voorgelegd, "wil de H.K.W, nogmaals benadrukken, dat zij hier afwijzend tegenover staat en dat "zij het betreurt dat het juist de R.K. MIddenstandsvereniging "St.Olof" is die voor "langere openstelling der winkels op zondag thans pleit. De H.K.W. zal zo nodig stappen ondernemen om in beroep te gaan bij de Kroon. Verder stelt de H.K.W, vast, dat door "St.Olof" geen enkele regeling is getrof- "fen die redelijkerwijze tegemoet komt aan de belangen van het winkelpersoneel; belan- "gen, waarvoor tijdens de bespreking op 4 februari 1958 door de H.K.W, is gepleit en "daarvoor geen garanties 'of toezeggingen van "St.Olof" heeft verkregen". De heer BROEKMANS heeft weinig behoefte nog verder op deze aangelegenheid in te gaan, ook niet op hetgeen de heer de Jaeger naar voren heeft gebracht. Alleen over het 'laatste, over wat hij heeft medegedeeld namens de H.K.W.zou spreker nog iets willen zeggen. Het spijt hem dat hij het zeggen moet. en een ander standpunt moet innemen, maar in tegenstelling met deze verklaring kan hij zeggen dat inderdaad overeenstem ming is bereikt met het bestuur van de H.K.W., in verband met het feit dat er geen personeelsbelangen mee gemoeid waren. Wat door de heer'Ratsma is voorgesteld, vindt hij een ernstig bezwaar. Het is nu eind mei, het afkomen van de Koninklijke goedkeuring zal nog wel even op zich la ten wachten en de "Expo" duurt tot 19 oktober. Spreker ziet daarom geen reden waarvoor de openstelling van winkels teruggebracht zou moeten worden. Spreker zou de woorden van de Wethouder kunnen onderschrijven, dat het er mede om gaat dat de winkeliers op legale wijze kunnen verkopen. De VOORZITTER wil dan eerst in stemming brengen het amendement van de heer Rats- ma, om 19 oktober te wijzigen in 1 september, en de zondagen te laten vervallen. De heer RATSMA gelooft dat het voorstel van het college verstrekkender is en eerst in stemming zou'moeten komen. De VOORZITTER merkt op dat amendementen toch altijd eerst in stemming worden ge bracht De heer RATSMA denkt dat, wanneer zijn amendement wordt verworpen en daarna het voorstel geen meerderheid haalt, men het dan jammer zal vinden het mindere niet geno men te hebben. De heer BROEKMANS merkt op dat, wanneer het mindere wordt aangenomen, het meer dere van zelf komt te vervallen. De VOORZITTER brengt dan. het voorstel van Burgemeester en Wethouders in stemming. Tijdens de stemming wenste de heer ASSELBERGS zijn stem te motiveren, v/aarbij hij concludeerde dat hij blanco zou stemmen, hetgeen echter naar de. VOORZITTER mede deelde niet mogelijk was. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt aangenomen met 11 tegen 9 stem men.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1958 | | pagina 149